De zorg kampt met grote tekorten, terwijl de vergrijzing toeneemt. Nieuwe opleidingen in Leeuwarden, Emmen en Groningen moeten ervoor zorgen dat bewoners in buurten naar zulke ouderen omzien. Ook moet invoering van technologie in de zorg soelaas bieden.
NHL Stenden in Emmen en Leeuwarden en Hanzehogeschool in Groningen komen met twee nieuwe hbo-opleidingen: ‘Participatie en Buurtontwikkeling’ en ‘Zorg en Technologie’. In de eerstgenoemde helpen studenten een handje bij het plannen van ontmoetingen tussen buren in een wijk of dorp. In de tweede (alleen aangeboden door NHL Stenden) leren studenten techniek in te voeren in de zorg.
Dat laatsteis nodig, want in veruit de meeste gemeenten in Drenthe, Groningen en Friesland ligt het percentage 65-plussers dicht bij de 25 procent, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De komende jaren zal dat stijgen. Het aantal handjes in de zorgsector daalt daarentegen. Mede door vergrijzing is extra inzet op leefbaarheid in dorpen van belang. De nieuwe opleidingen kunnen soelaas bieden.
In overheidsbeleid is het al jaren de wens om techniek in te voeren, maar in de praktijk blijkt dat lastig, zegt Gijs Terlouw. Hij is docent-onderzoeker en teamleider Master Health Innovation bij NHL Stenden. „De mensen die in de haarvaten van een organisatie zitten en technologie omarmen, missen we nog. Technologische innovatie wordt achter een bureau geschreven.”
„De laatste jaren is het besef gekomen: je kunt niet zomaar technologie invoeren”, zegt Terlouw. Veel instellingen kochten in recente jaren bijvoorbeeld een digitale ‘tovertafel’ om ouderen met dementie in beweging te brengen. „Een impulsaankoop, want bij een groot deel van de instellingen ligt-ie te verstoffen.”
Bij Zorg en Technologie leren studenten technologie in te voerenop de werkvloer. Bijvoorbeeld een bedvalzender, die het meldt als er een bewoner uit bed valt. Zo’n apparaat scheelt de medewerker zes rondjes lopen. Terlouw: „Toch kun je dat niet zomaar aanschaffen. Een zorgmedewerker verliest persoonlijke controle; dat accepteert niet iedereen gelijk.” Daar is uitleg en hulp bij nodig.
Desondanks is de noodzaak voor technologie er wel: de zorg wordt minder arbeidsintensief en beter, vindt Terlouw. „Met zo’n bedvalzender hoeft de zorgmedewerker niet steeds te denken: ik moet dóór met mijn controlerondje. Hij kan echt aandacht schenken aan de persoon die uit bed gevallen is.”
Met de opleiding Participatie en Buurtontwikkeling leren studenten initiatieven in dorpen en buurten op te zetten. „Door een verschuiving van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving komt zorg meer aan op buurten, wijken, dorpen en netwerken”, vertelt Jisca Kuiper, docent sociale academie van Hanzehogeschool.
De opleiding moet zorgen dat buurten leefbaar blijven, zegt Kuiper. „Vergrijzing is een voorbeeld waar deze student zich mee bezig kan houden. Je kunt jarenlang naast je oude buurvrouw wonen zonder dat je bedenkt dat het handig is om een keer een boodschapje te doen.”
Zulk werk werd al wel gedaan door sociaal werkers (hbo bachelor-niveau), maar in de praktijk zijn zij meer bezig met ingewikkeldehulpvragen op beleidsniveau. De studenten met deze opleiding gaan echt de wijk in. Zij kunnen helpen bij allerlei ontwikkelingen in de buurt: sociale armoede, energietransitie, leefbaarheid in krimpregio’s en langer thuis wonen van ouderen.
„Deze studenten worden de bruggenbouwers, de spin in het web. Zij leggen verbindingen met de goede professionals”, vult Marjolanda Hendriksen, teamleider en studiecoach bij Participatie en Buurtontwikkeling op NHL Stenden, aan. „Als dat niet gebeurt, bloeden sommige initiatieven dood of blijven partijen langs elkaar heen werken.”
In Emmen was onlangs een bijeenkomst over de twee nieuwe opleidingen. Emmer onderwijswethouder Raymond Wanders (PvdA) toonde zichenthousiast. „Als je die opleidingen biedt waardoor mensen hier blijven of willen komen wonen, krijg je meer jonge mensen in de regio dan voorheen én leid je hen op voor het beroep waar grote behoefte aan is.”
De opleidingen starten 22 september. Beide studies zijn op het niveau Associate Degree (AD): praktijkgerichte, twee jaar durende hbo-opleidingen. Deeltijd, dus geschikt voor mensen die al in de praktijk werken en zich op deze problemen willen richten.