Youp van 't Hek speelt 'De Laatste Ronde' viermaal in de Stadsschouwburg in Groningen. Foto: Archief Bob Bronshoff
Cabaretier Youp van ’t Hek (70) neemt met vier voorstellingen afscheid van zijn geliefde Groningen. Er is plaats voor ‘gezonde weemoed’, maar de afscheidstournee De Laatste Ronde is bovenal een feestelijk uitroepteken achter zijn carrière.
‘Ik ben verliefd op Groningen en volgens mij is het een beetje wederzijds.’
Zo begon Youp van ’t Hek op 2 oktober 1993 zijn wekelijkse column in NRC Handelsblad. De liefde bleef, decennialang. „Groningen is een heerlijke stad. Ik kom er zo graag. En niet alleen ik, mijn hele entourage. De muzikanten, de technici, het management.”
Als cabaretier ben je er, tot en met zaterdag, voor het laatst. Vier keer een uitverkochte Stadsschouwburg en dan kan ook Groningen worden afgevinkt.
„Dat is een heel bewust gemaakte afspraak met mijzelf. Volgens mij moet je op tijd weg zijn. Vijftig jaar gespeeld, waarvan veertig jaar uitverkocht. Een schitterende, vrolijke tijd gehad. Dan is het een mooi moment om zelf te beslissen dat het genoeg is geweest.”
Geen weemoed nu het echt zover is?
„Jawel, maar gezonde weemoed. We spelen met opgeheven hoofd nog 25 voorstellingen. De splinters gaan van de planken. Iedereen is zich ervan bewust dat het stopt. En het is ook wel een clubje hoor... Ik bedoel: mijn manager Hans Floberg doet al sinds 1982 mee, Ton Scherpenzeel, de muzikant, sinds ’84. Ook vrijwel alle anderen zijn oudgedienden. Alleen de chauffeurs wisselen voortdurend, want dat zijn studenten.”
Die zaten vroeger ook in groten getale in het theater. Zéker in een stad als Groningen.
„Toen ik veertig jaar geleden stond te stampen op het podium, waren het bijna allemaal jongeren in de zaal. Het publiek is met mij ouder geworden. De studenten van toen zijn nu vaders, moeders, opa’s en oma’s. En zo hoort het ook. De volgende lichting cabaretiers – Daniël Arends, Rundfunk – staat te trappelen van ongeduld. Sterker nog: ze zijn er allang.”
Straks blijven voor jou alleen de herinneringen en de anekdotes over.
„Ja, en aan Groningen heb ik natuurlijk geweldige herinneringen. Echt ge-wél-dig! Het was de eerste echte studentenstad waar ik kwam en waar ik dan een week speelde. Avond aan avond een uitpuilende Stadsschouwburg. Fietsen tegen de pui. Ooit heb ik in de vrieskou, ’s nachts in het licht van de Febo op de Grote Markt, een uur lang staan optreden.”
Een legendarisch verhaal.
„Ik heb al zeker duizend mensen gesproken die erbij waren. Maar ik kan je zeggen: het begon met dertig toeschouwers en het werden er tachtig. Meer zeker niet. Ach ja, Groningen... Hotel De Doelen, natuurlijk. Het Schimmelpenninck Huys. Hotel de Ville, vroeger, daar sliepen we ook. En daar namen we gewoon de bar over. We mochten zelf achter de toog staan en opschrijven wat we dronken. Tot het NH Hotels werd, toen was het voorbij.”
Dan nog café De Sleutel...
„Alleen maar goede herinneringen. De ons helaas ontvallen Koos Huizenga was de beste kastelein van Nederland.”
Ooit kon je, zélfs in Groningen, anoniem over straat.
„Ik ben in 1973 begonnen en de eerste tien jaar kwam er helemaal niemand kijken. Gewoon niemand. Nou ja, mijn broer kwam tien keer en mijn moeder vijf keer en zo. Totdat ik in 1984 – ik was 30 – op tv kwam met dat rare nummer Lenen, lenen, betalen, betalen. Daarna ben ik nooit meer níét uitverkocht geweest, sprak hij arrogant. En altijd met diezelfde club jongens. Al mag ik dat van mijn kinderen niet zeggen: ‘Papa, die jongens zijn in de 70’. Voor mij blijven het jongens.”
Voor het publiek blijf je ook altijd ‘Youpie’.
„Toch moet je een beetje reëel zijn naar jezelf. Om me heen zie ik mensen sneuvelen of ziek worden. Allemaal leeftijdgenoten. Onlangs is mijn broertje (Huub, red.) overleden, die in Haren woonde. Tekenen dat je op je hoede moet zijn. Ik wil niet meer, zoals acht jaar geleden, toen ik met mijn hart liep te kloten, dat er om de haverklap in de krant staat ‘Youp onwel’ of ‘Youp van het toneel gedragen’. Ik ga wel dood, dat beloof ik, maar dat doe ik gewoon thuis.”
En nog niet te vlot, alsjeblieft.
„Nee, nee, nee. Ik blijf ook schrijven en heb nog veel meer plannen.”
Nog één ding: blijf je Groningen bezoeken als dat, qua werk, niet meer hoeft?
„Jazeker, want ik heb hier een aantal vrienden en die zal ik blijven opzoeken. Er is altijd genoeg te praten, te kletsen, te drinken. En er is trouwens nóg een reden: dat plafond van de Stadsschouwburg moet er zo snel mogelijk uit. Wat een enorme miskleun is dat. Over een paar jaar bestaat die schildering een halve eeuw en mag eindelijk de kwast eroverheen. Ik kom persoonlijk langs met een pot witte verf. Daar mag je me aan houden.”
Youp van ’t Hek speelt De Laatste Ronde tot en met zaterdag 13 april in de Stadsschouwburg, Groningen. Alle voorstellingen zijn uitverkocht. Dat geldt ook voor de rest van de tournee, die op zaterdag 25 mei eindigt in Carré, Amsterdam.