Monique van de Ven in de film ‘Een vrouw zoals Monique’. Foto: Triple P Entertainment
Monique van de Ven (73), een van de grootste Nederlandse actrices ooit, krijgt op Film by the Sea in Vlissingen op 13 september een oeuvreprijs. Daar zal ook de film over haar leven ‘Een vrouw als Monique’ in première gaan. Een goed moment om terug te blikken én vooruit te kijken. „Ik mis Rutger Hauer nog elke dag.”
In haar vrijstaande huis in Blaricum worden we welkom geheten. De actrice is goedgehumeurd en heeft er zichtbaar zin in. „Het is lang geleden dat er zoveel pers over de vloer kwam als in de afgelopen dagen”, zegt Van de Ven. „Ik denk dat Edwin (de Vries, haar man sinds 1991, red.) uitkijkt naar het moment dat-ie z’n huis weer terug heeft.”
In 2018 was Van de Ven voor het laatst in een productie te zien, toen ze na het vierde seizoen Dokter Deen haar stethoscoop neerlegde. Nu schenkt ze water met ijs en vruchtensap in aan een lange eettafel in de keuken.
De Vries komt even gedag zeggen voordat hij zich in zijn kantoor terugtrekt. De voormalig acteur en schrijver van onder meer de Soldaat van Oranje-musical klimt nog altijd regelmatig in de pen. Ook al zorgde het immense succes van de musical ervoor dat werken voor inkomsten geen noodzaak meer is.
Voordat we beginnen, maakt Van de Ven duidelijk dat we haar gewoon mogen tutoyeren. „Geen u, ben je gek. En als je het sapje niet lekker vindt, giet ik het door de gootsteen. Ik heb het speciaal voor jou gehaald, maar je hoeft dat niet uit beleefdheid op te drinken hoor.”
In het kort
Monique van de Ven werd geboren op 28 juli 1952 in het Noord-Brabantse dorpje Zeeland. Na één jaar op de toneelschool beleefde ze in 1973 haar doorbraak in de film Turks Fruit. Sindsdien speelde ze in grote films als Keetje Tippel, De aanslag en Amsterdamned. Haar nieuwste film Een vrouw als Monique, over haar eigen leven, is vanaf 18 september in de bioscoop te zien.
Monique van de Ven wil graag dat we haar tutoyeren. „Geen u, ben je gek.'' Foto: Mark Uyl
Het is alweer even geleden dat we je ergens in zagen spelen. Dacht je nog niet aan pensioen?
„Nee hoor, maar na Dokter Deen dacht ik: ik heb nu meer dan 50 jaar gewerkt, het is tijd voor een sabbatical, eventjes mezelf een beetje verwennen. Toen brak daarna corona uit. Ik vond dat stiekem heerlijk, dat niet meer móéten. En vooral niet meer om vijf uur ’s ochtends moeten opstaan.”
Het zal niet de eerste keer zijn geweest dat iemand je levensverhaal naar een film of boek wilde vertalen. Waarom heb je nu voor deze film gekozen?
„Regelmatig kwamen mensen aanzetten met ideeën voor biografieën. Eerst dacht ik nog: die ik ga zelf wel schrijven. Maar ik ben geen schrijver en heb er ook totaal de discipline niet voor. Totdat ik het script las van Claire Pijman (regisseur van Een vrouw als Monique, red.) die ik al lang ken en die veel van mij weet. Dat klopte gewoon. Uiteindelijk zijn we met een groep naar een afgelegen huisje in Bretagne gegaan waar we alles hebben opgenomen. Met die gekke Joes (Brauers, red.), een fantastisch acteur met wie ik een hele goede klik kreeg.”
De film gaat over een jongeman (Brauers) wiens fiets stuk gaat en aanklopt bij Van de Ven in haar vakantiehuisje in Bretagne. Zij speelt zichzelf. Hij blijft een paar dagen, waarbij Van de Ven langzaam uit haar schulp kruipt en vele hoogte- en dieptepunten uit haar verleden begint te vertellen. Ondersteund door fotoalbums en archiefbeeld.
Het wordt al snel emotioneel wanneer Van de Ven voor het eerst sinds lange tijd openlijk over het verlies van haar eerste zoon Nino praat. Hij overleed aan een hersenvliesontsteking, nog voor zijn 2de verjaardag.
Hoe was het om dat opnieuw te moeten vertellen?
„Nou, het stond aanvankelijk niet eens in het script. De setting was er gewoon naar. Ik had inmiddels een hechte band met Joes en voelde dat ik het kon vertellen. Ook omdat er zoveel parallellen met mijn carrière zijn. Een paar jaar daarvoor speelde ik in de film Romeo (1990) een moeder die haar kindje verliest. Vervolgens overkwam mij dat zelf ook, dat kun je gewoon niet bedenken. Als ik fragmenten van Romeo terugzie, grijpt me dat nog steeds aan. Het verlies van Nino is onderdeel van mijn leven, dat moest ook gewoon worden verteld.”
Monique van de Ven als de witte koningin in de film 'Lang leve de koningin'. Screenshot
Daarna zeg je tegen Joes dat de film ‘Lang leve de koningin’ (1995) je leven gered heeft. Kun je dat uitleggen?
„Als je zoveel verdriet en zoveel rouw hebt, dan wil je gewoon niet meer naar buiten. Geen mensen meer aankijken die vragen hoe het met je gaat. Ik wilde me helemaal isoleren en zorgen voor Sammie (haar tweede zoon, red.). Toen kwam Esmé (Lammers, regisseur) met het idee voor Lang leve de koningin (de kinderfilm over schaken waarin Van de Ven de witte koningin speelt, red.) Esmé zei: ’Meekomen, je gaat deze rol spelen’. Ik klom daardoor uit het dal en kwam weer onder de mensen. Ineens zag ik dat het leven gewoon doorgaat, ook zonder Nino.”
Welke film uit je oeuvre gaat je het meest aan het hart?
„Alles is natuurlijk begonnen bij Turks Fruit. Maar elke film heeft weer tot een volgende film geleid. Ik heb ontzettend veel kansen gekregen. Een echte favoriet is lastig, maar er zitten natuurlijk wel wat pareltjes tussen. Niet zolang geleden vierde bioscoop Tuschinski in Amsterdam zijn 100ste verjaardag. Ter ere daarvan werd Turks Fruit nog eens vertoond. Ik zat daar en dacht: dit is zo’n retegoede film, hij staat nog als een huis. Als je die chemie tussen mij en Rutger Hauer ziet, dan zie je gewoon dat die mensen echt van elkaar houden. Terwijl we in het echt eigenlijk meer broer en zus waren.”
Lange rijen bij bioscoop Tuschinski voor de film 'Turks Fruit', 1973. Foto: ANP/Bert Verhoeff
Een vrouw als Monique toont dat Van de Ven, na slechts één jaar toneelschool, brutaal de stoute schoenen aantrekt en op Paul Verhoeven afstapt. Een open sollicitatie die goed uitpakt. Verhoeven neemt een foto van Van de Ven mee naar huis en maakt thuis het script van Turks Fruit af, met vóór hem de foto van de dan pas 19-jarige actrice. Van de Ven is nog altijd goed bevriend met Verhoeven en was dat ook zeker met Hauer die in 2019 overleed.
Onlangs kwam de documentaire uit over het leven van Rutger Hauer waar jij ook nog een rol in had. Denk je nog veel aan hem?
„Elke dag, ik mis hem nog altijd. Ik heb hier een foto van hem in de kamer hangen en soms, als ik er langsloop, wijs ik even naar ’m. Een stoer ventje was het. Hij at hier vaak aan deze tafel en na afloop kreeg ik dan soms een gedicht toegestuurd. Hij was ontzettend goed met taal. Hij was ook zo charismatisch. Als hij ergens een kamer binnenliep, kwam er echt iemand binnen. We hebben elkaar ook veel gezien in de elf jaar dat ik met Jan (de Bont, ex-man en bekend regisseur en cameraman, red.) in Los Angeles woonde. Mooie tijd was dat.”
Monique van de Ven en Rutger Hauer in 'Turks Fruit', dat de best bezochte Nederlandse film in de bioscoop ooit werd. Foto: ANP/Kippa
Hoe kijk je terug op die jaren in Los Angeles?
„Vooral positief. We zouden eigenlijk al na Turks Fruit gaan omdat de film voor een Oscar was genomineerd en we waren uitgenodigd. Maar Rob Houwer (de producent, red.) wilde het niet betalen. Hij was bang ons kwijt te raken en dus gingen we niet. Fijne vent.’’
,,Uiteindelijk zijn we na Keetje Tippel (1975) gegaan. Daar zaten al allemaal vrienden van Jan die prompt een film met Melanie Griffith kreeg aangeboden. Zo begon het. Ik ben zelf meteen naar de universiteit UCLA gegaan omdat ik in Nederland mijn toneelschool niet had afgemaakt. Daar heb ik ontzettend veel geleerd. Ondertussen deed ik veel audities en kreeg kleine rolletjes in een Starsky en Hutch-je hier en daar.”
Had je er niet meer willen uithalen?
„Nee, eigenlijk niet. Ik wilde de band met Nederland niet afsluiten. Voor Jan was het veel makkelijker, hij had geen last van de taal. Het was de Reagantijd en alle buitenlanders met een accent moesten ze niet. Dus ik vloog elke zes weken terug naar Amsterdam, dan deed ik daar een film en vloog ik weer terug. Ik heb er gewoon de tijd niet voor genomen in Amerika. Misschien had ik te weinig ambitie, ik was al hartstikke verwend met mooie rollen in Nederland.”
Plotseling staat Van de Ven op. „Helemaal vergeten! Ik had nog fruit voor je in huis gehaald. Ben ik vergeten op tafel te zetten.” Terwijl ze vers fruit uit de koelkast haalt en op bordjes legt, zet het interview zich inmiddels door de hele keuken voort.
Van de Ven met regisseur Paul Verhoeven (rechts) en cameraman en ex-man Jan de Bont op de persvoorstelling van de film 'Keetje Tippel'. Foto: ANP
Nog even terug over een ander emotioneel moment uit ‘Een vrouw als Monique’. Daarin vertel je over een voorval op de set van ‘Keetje Tippel’ waarin Jan je vanachter de camera een ’hoer’ noemt. Hoe kijk je daarop terug?
„Keetje Tippel was sowieso een rommeltje. Het was een dure film en ze waren het alsmaar niet eens over het script. Ik was al getrouwd met Jan die op dat moment heel anders naar al die naaktscènes keek. Meer vanuit een soort beschermende rol. Dus toen ik weer eens mijn blouse moest uittrekken, riep hij dat. Ik denk niet dat hij daar echt over nadacht, het floepte er gewoon uit. Dat was zeker niet leuk, maar we zijn er samen wel uitgekomen, hoor.”
Tegenwoordig hoor je veel verhalen over intimiteitscoördinatoren en dat voor elk beetje bloot in beeld veel moeilijker wordt gedaan. Hoe is dat nu vergeleken met de jaren 70?
„Ja, dat was de tijd van de seksuele revolutie. Alles kon en alles mocht. Ik liep gewoon bloot door het atelier, want we moesten toch weer zo gaan draaien. Zonder gêne, niemand keek daar raar van op. Maar het is goed wat er nu aan het gebeuren is. Even wakker worden, jongens. We moeten echt wat bewuster met elkaar omgaan. We zijn er wel wat in doorgeschoten, maar dat komt uiteindelijk vast weer terug in een gezonde middenweg. Er zijn een hoop vervelende dingen gebeurd, dus dit was even nodig. Al vindt er wel een soort vertrutting plaats, dat is niet bevorderlijk.”
Heb jij weleens vervelende dingen meegemaakt op dat vlak?
„In Nederland nooit, maar in Amerika wel, ja, vreselijk. Van die producenten die vragen of ik het script even bij ze thuis wil komen ophalen en mij dan in zo’n dun badjasje begroeten. ’Het script ligt boven, volg me maar.’ Dan kwam Jan de auto uit die natuurlijk gewoon met me was meegegaan. Dan was het klaar. Of dat een producent me in zijn auto even ergens wilde afzetten. Dan zat-ie ineens met zo’n paal in z’n broek. Maar ik verblikte of verbloosde niet, hoor. Ik wist meteen: bij het volgende stoplicht stap ik gewoon uit. Dan maar niet. Zak er lekker in.”
Acteur Huub Stapel helpt Van de Ven met haar zuurstoftank in de film 'Amsterdamned' uit 1988. Foto: ANP/Photo 12
Veel acteurs laten zich de laatste jaren ook als activist op social media zien en roeren zich in allerlei politieke zaken, zoals Carice van Houten. Wat vind je daarvan?
„Ik bewonder het, maar het is ook gevaarlijk. Ik vind dat je als acteur een soort neutraliteit bent toebedeeld. Het wordt anders lastiger om de persoon los van zijn of haar opvattingen te zien. Zoals ooit Vanessa Redgrave die, net als veel acteurs nu, voor het Palestijnse volk opkwam (Redgrave kreeg daarna veel kritiek omdat ze later in een film een Joodse concentratiekamp-overlevende speelde, red.). Op die manier gaan dingen door elkaar lopen en daar ben ik niet zo voor.”
Hoe kijk je zelf naar de persoon en carrière van Monique van de Ven?
„Het grappige is dat ik zelf daar nooit zo naar heb gekeken. Door die oeuvre-award ben ik dat wel gaan doen. Toen Jan Doense (festivaldirecteur Film by the Sea, red.) me erover opbelde, werd ik een soort van wakker. Daarna kwam er ook een stuk in de krant waarin staat dat ik een icoon van de Nederlandse film ben. Kijk, daar heb ik het opgehangen”, zegt Van de Ven, wijzend naar een prikbord vol krantenknipsels. „Ik heb schijnbaar zo’n tekst op een stukje krant nodig om me te realiseren dat het zo is. Dat is heel leuk, ik ben daar nooit zo mee bezig geweest. Zo’n oeuvreprijs doet me echt wat.”
Monique van de Ven is al jaren gelukkig met haar man Edwin de Vries. Foto: ANP/Anneke Janssen
Heb je nog iets dat je graag in de toekomst zou willen doen en gaan we je nog zien in ‘Amsterdamned 2’?
„Nee, ik heb nooit wat van die productie gehoord. Ik zal Dickie (Dick Maas, regisseur, red.) even bellen hoe dat zit. Ik kan toch prima struikelend door het beeld een gastrolletje spelen? Maar nee hoor, prima zo. Wat komt, dat komt. Edwin is bezig met een nieuw script, een internationale coproductie. Dat doet hij samen met een goede vriendin wier zoon is getrouwd met de dochter van Dustin Hoffman. Die zien we daar dan ook regelmatig. ’Monique, wanneer gaan wij samen nog een film maken?’ zei hij een tijdje geleden nog. Dus wie weet wat er allemaal nog op mijn pad komt.’’
„Sammie schreef het laatst nog zo mooi op na het zien van ‘Een vrouw als’: ‘Mam, dank voor je prachtige en ontroerende film, wat een mooi leven’. Dat is mooi toch? Ik mag niet klagen”, zegt Van de Ven ontroerd. „Ik heb een fantastische man, prachtig kind en best een leuk tuintje.”