Om greep te krijgen op asielmigratie overweegt het kabinet terug te gaan naar een stelsel waarin onderscheid wordt gemaakt tussen asielzoekers die tijdelijk in Nederland bescherming krijgen en mensen die permanent mogen blijven. Die eerste groep mag dan korter blijven en krijgt minder rechten.
Het is een van de ideeën die op tafel liggen bij het moeizame beraad tussen bewindslieden over migratie. In het kabinet wordt het zogeheten ’twee-status-asielstelsel’ als serieuze optie genoemd, al is onduidelijk of er genoeg steun voor is. Vanuit VVD en CDA klinkt enthousiasme, maar die partijen denken meestal heel anders over asielmaatregelen dan D66 en CU.
Verschillend
Een permanente status zou worden verleend aan vluchtelingen die persoonlijk of als lid van een groep worden vervolgd, bijvoorbeeld op grond van etnische achtergrond of politieke opvatting. De tijdelijke status zou dan gelden voor asielzoekers die een burgeroorlog ontvluchten; zij worden niet rechtstreeks vervolgd, maar zouden bij terugkeer naar het land van herkomst wel risico lopen op ’ernstige schade’. In Nederland wordt zo’n veel vaker asiel verleend aan asielzoekers uit oorlogsgebieden dan aan politiek dissidenten of vervolgde etnische groepen.
Tot het einde van de vorige eeuw werd dat onderscheid al gemaakt, maar het twee-status-stelsel werd met de komst van de Vreemdelingenwet 2000 afgeschaft. Sindsdien krijgen vreemdelingen allemaal dezelfde status. De wet zou dus wel moeten worden aangepast om weer onderscheid te maken, waarvoor tijdrovende goedkeuring van het parlement vereist is. Europese wetgeving biedt wel de mogelijkheid groepen asielzoekers een verschillende status te geven en daarmee verschillend te behandelen.
Haast
In dat geval zouden tijdelijke vreemdelingen één tot maximaal drie jaar mogen blijven, waarbij onder meer geen beroep gedaan kan worden gedaan op gezinshereniging om familieleden te laten overkomen. Volgens critici voorkomt deze status een aanzuigende werking. ’Erkende vluchtelingen’ mogen permanent blijven en krijgen meer rechten. Nadeel zou zijn dat asielzoekers kunnen procederen om een andere status te krijgen.
Staatssecretaris Van der Burg (Asiel) erkent dat de optie op tafel ligt, maar wil er inhoudelijk weinig over kwijt. „Ik heb het CDA en VVD horen zeggen, wij zijn in het kabinet bezig met Catshuis-gesprekken. Als we als kabinet een standpunt hebben bepaald, zal er ongetwijfeld een standpunt in zitten over dit onderwerp. Maar daar ga ik dan pas een mening over geven.”
Van der Burg houdt de kaarten tegen de borst. „We hebben volgende week weer een gesprek staan met elkaar, tot die tijd mag ik er niks over zeggen.” Toch wil hij haast maken, omdat er in de coalitie al maanden over maatregelen wordt gesoebat. „Het lukt zeker voor de zomer”, zegt de staatssecretaris. „Maar ik heb nog geen voorstel gezien. U zult nog even geduld moeten hebben.”
‘Europees niveau’
Het tekort aan opvangplaatsen dreigt in juni voor grote problemen te zorgen. „Het is qua opvang pleisters plakken zolang we geen spreidingswet hebben”, zegt de VVD-bewindsman. „Ik heb het rond tot half juni, en dan zeggen de cijfers dat het weer spannend wordt en heb ik weer veel extra plekken nodig.” De bewindsman pleit vooral voor oplossingen ’op Europees niveau’ om iets aan de instroom te doen.