Van boyband naar musical en film: de lastige weg van MainStreet-zanger Rein (26) in de showbizz. ‘Die bizarre periode in mijn jeugd heeft mij wel gevormd’
Rein van Duivenboden moest zijn weg zien te vinden in de showbizz. Foto: Eran Oppenheimer
Gillende meisjes, toegeworpen bh’s, bergen fanmail en niet meer naar de hockeytraining kunnen. Dat Rein van Duivenboden (26) al op 13-jarige leeftijd werd aanbeden als zanger van de razend populaire boyband MainStreet, maakt het voor de zanger/acteur lastig een weg te vinden in de showbizz. Nu zit hij in de musical Hairspray en de film Onze Jongens 3. „Doordat ik zo jong heb gepiekt, leg ik de lat onrealistisch hoog.”
Met zijn blonde lokken en grote bruine ogen viel menig jong, vrouwelijk schoon voor hem in katzwijm. Dat gebeurde in zijn MainStreet-tijd – de bandleden hebben onlangs drie reünieconcerten aangekondigd – maar ook daarna als Mik in de film Hartbeat en Bobby in Goede tijden, slechte tijden. Inmiddels is zijn leven niet meer zo hectisch, maar timmert hij nog wel flink aan de weg. Binnenkort is Van Duivenboden te zien in de musical Hairspray en in de film Onze jongens 3. Ook heeft hij een nieuwe liefde. „Het hele succes als puber heb ik in een roes beleefd.”
In de Diemer Studio heerst een gezellige, ietwat chaotische drukte. Te midden van de pruiken, opgestoken met spelden, rekken met felgekleurde kostuums en een kaptafel voor de grime, zit een groepje musicalacteurs aan een ronde tafel aan de lunch. Onder hen een vreemde eend in de bijt: Rein van Duivenboden. In 2018 speelde hij Dolf in de familievoorstelling Kruistocht in Spijkerbroek, maar eigenlijk kan Hairspray worden gezien als het volwassen musicaldebuut van de zanger/acteur.
Eenmaal in de oefenruimte, omringd door spiegelwanden, vertelt Van Duivenboden over zijn bizarre tienerjaren en hoe de actie van Giel Beelen destijds – de radio-dj onderbrak MainStreet live in de uitzending omdat hij het optreden niet om aan te horen vond – lange tijd zijn sporen heeft nagelaten. „Dat ik nu tussen deze gerenommeerde musicalacteurs sta, maakt mij best onzeker”, geeft hij toe.
Ongeveer vijftien jaar geleden deed je als jochie mee aan The Voice Kids, net als je latere MainStreet-collega’s Nicolaas Käller, Daan Zwierink en Owen Playfair. Hoe kwamen jullie ook alweer bij elkaar?
„Nou, het verhaal dat we altijd hebben verteld is dat we elkaar in het proces van The Voice hebben ontmoet, en dat Niels toen op het idee was gekomen om een boyband te beginnen en mee te doen aan Junior Songfestival.”
MainStreet (met rechts Rein van Duivenboden) op de rode loper voorafgaand aan de uitreiking van de Edison Pop-prijzen in 2015. Foto: Archief ANP
Maar in werkelijkheid?
„Die versie is iets minder romantisch. Er zat gewoon een managementbureau achter dat de aanmeldvideo’s had bekeken en vier verschillende types bij elkaar heeft gezocht om de ideale boyband samen te stellen. We hebben elkaar voor het eerst ontmoet in Amsterdam en het bleek verrassend goed te matchen, ook op persoonlijk vlak. Sindsdien zijn we onafscheidelijk. Nog steeds. Onder de naam MainStreet behaalden we met het nummer Stop the time in 2012 de derde plaats bij het Junior Songfestival. Het beviel zo goed, dat we zijn doorgegaan.”
Jij was een jaar of 12, 13. Gillende meiden, propvolle stadions, hit na hit, niet meer over straat kunnen. Kan een puberbrein dat aan?
„Als ik er nu op terugkijk lijkt het wel een droom, een soort roes die ik niet helder heb beleefd. Hoewel ik mij de echt vette dingen uit die tijd nog wel voor de geest kan halen. Wat er toen gebeurde, was te groot om te bevatten. Het leek wel niet echt.”
Je kon niet eens meer naar een hockeytraining.
„Ik bereikte het veld überhaupt niet als ik niet eerst twintig selfies met fans had gemaakt. Tijdens wedstrijden werd er zo gegild als ik aan de bal was, dat ik daardoor verlies leed. Het ergste vond ik dat fans onze adressen hadden achterhaald en ik ’s morgensvroeg werd opgewacht bij de carport. Daar kreeg ik het wel echt benauwd van.”
„Ik bereikte het veld überhaupt niet als ik niet eerst twintig selfies met fans had gemaakt”, vertelt Rein van Duivenboden. Foto: Eran Oppenheimer
Kregen jullie mentale ondersteuning bij dit proces?
„Nee, niet echt. Het voordeel is dat je met zijn vieren bent, dus je kunt de ervaringen met elkaar delen. Onze ouders waren ook heel erg betrokken. Zij overlegden alles met elkaar en brachten ons ook overal naar toe.”
Jouw ouders zijn gescheiden toch?
„Ja, toen ik drie jaar was. Ik heb het daar nooit echt moeilijk mee gehad, omdat ik eigenlijk niet beter wist. Ik genoot vooral van de voordelen, zoals alle feestjes dubbel vieren. Met mijn oudere zus heb ik een hele goede band. Net als met mijn vader en moeder. Eigenlijk is het altijd heel harmonieus gegaan, ook in de MainStreet-tijd. Ze waren er altijd voor mij.”
Dus er was wel iets van toezicht.
„Absoluut, maar die bizarre periode in mijn jeugd heeft mij wel gevormd tot wie ik ben en hoe ik naar dingen kijk.”
Positief?
„Positief, maar negatief zeker ook. Alles wat niet minimaal net zo succesvol is als MainStreet, voelt alsof ik niet goed bezig ben. Alsof ik het altijd moet overtreffen. Zo’n jaar als nu. Ik speel in Onze jongens 3 en in Hairspray. Dat zijn dingen waarvan ik denk: nu kom ik in de buurt. Maar een bijrolletje voelt als verspilde tijd. Alsof ik voor spek en bonen meedoe.”
Dat zit je in de weg.
„Ja en dat is jammer, want ik zou ook van de wat kleinere dingen moeten genieten. Maar ja, ik leg het mezelf op. MainStreet is op heel jonge leeftijd mijn standaard geworden. Alles wat daar niet bij in de buurt komt, voelt als falen. Het is een worsteling. Waarom kan ik niet gewoon happy zijn? Waarom moet het altijd meer en beter? Dat is wel heel vermoeiend.”
Vorig jaar overleed One Direction-lid Liam Payne. Denk je dan niet: misschien is het uiteenvallen van de band wel een zegen geweest voor ons als pubers?
„Natuurlijk denk je daaraan. Maar onze MainStreet-periode was onze middelbareschooltijd. Wij zijn niet vanwege te grote druk gestopt, maar meer omdat we allemaal andere interesses kregen. Gaan we studeren? In mijn geval werd het acteren.”
Door de actie van Giel Beelen kregen jullie er destijds ook een andere vorm van bekendheid bij. Is het nog een trauma?
„Ik denk dat het in zoverre een trauma is dat ik live zingen voor een publiek lange tijd extra spannend heb gevonden. Dat zit ook een beetje in mij denk ik, maar het incident heeft wat dat betreft wel sporen nagelaten.”
Het was toch niet de eerste keer dat jullie live zongen?
„Nee, helemaal niet. Voordat we die cover zongen, die medley, hadden we al twee nummers van onszelf gedaan en dat ging prima. Die medley hadden we onderschat en te weinig geoefend. We dachten: boeien dat het om half zeven ’s ochtends is, het loopt wel los. Maar dat bleek niet zo. We waren naïef.”
Dat Giel Beelen jullie onderbrak, maakte het incident alleen maar groter. Hebben jullie hem dat kwalijk genomen?
„Natuurlijk. Als Giel ons had laten uitspelen en op de gang had aangesproken op de slechte voorbereiding, had niemand het er meer over gehad. Hij wist dondersgoed dat het zou exploderen wanneer hij zou ingrijpen.”
„Als je een volwassene op die manier terecht zet, is het ook niet chic. Maar hij had ons in bescherming moeten nemen. Hij vond op zijn beurt dat hij ons zogenaamd ’gered’ had door het af te kappen. Dat sloeg helemaal nergens op, want we moesten nog maar tien seconden.”
„Inmiddels is het natuurlijk heel lang geleden, maar toch beginnen veel mensen er nog steeds over. Het incident behoort tot de meest memorabele momenten in die vijf jaar MainStreet, terwijl we zo veel mooie dingen hebben gedaan. Dat blijft jammer.”
Door jullie management werden jij en voormalig Holland’s next topmodel-deelneemster/ fotografe Daelorian van der Kolk afgelopen voorjaar aan elkaar gekoppeld als dj’s.
„In twee maanden werden we klaargestoomd om met Kingsland op Koningsdag als duo te draaien. Daelo draait nog steeds met grote regelmaat, ik heb er nu minder tijd voor. Maar we vinden het heel leuk om op een feestje samen achter de draaitafel te staan.”
En daar sloeg de vonk over?
„We hadden wel gelijk een klik en konden erg met elkaar lachen zonder dat er gelijk een flirterige vibe was. Na een aantal dj-lessen sloeg toch een beetje de vonk over. We hebben maanden gedatet en sinds Lowlands is het officieel. Dus de relatie is nog wel pril.
En het gaat goed?
„Ja!”
Je hebt er alleen niet veel tijd voor nu?
„Nee, dat is een beetje jammer want juist aan het begin van een relatie wil je 24/7 samen zijn. Dat gaat niet. We zoeken de momentjes voor elkaar. Afgelopen zondag bijvoorbeeld, dat is dan mijn enige vrije dag, zijn we lekker naar het strand geweest en ’s avonds uit eten. Dan zorgen we voor wat qualitytime.”
Zij heeft ook een volle agenda?
„Zeker, zij is fotograaf en heeft veel shoots. Daarnaast is ze ook content creator. En dj dus, want Daelo is daar nog wel volop mee bezig. Parels van de Stad is het volgende optreden. Dan ga ik als trouwe supporter mee.”
Vorig jaar was je nog best ziek van je eerdere stukgelopen relatie.
„Ja dat klopt, want het is een jaar geleden uitgegaan en het verdriet was toen nog vers. We waren drie jaar samen. Een relatie waar ik veel van heb geleerd en waardoor ik een betere partner van Daelo kan zijn.”
Wat heb jij ervan geleerd?
„Communiceren en geduld hebben. Voorheen was ik wat ongenuanceerder en kon ik gelijk vanuit emotie reageren. Misschien kwam dat ook door mijn ADHD. Dan ging ik de discussie aan in plaats van te luisteren. Nu stel ik de vraag: wat is er gebeurd waardoor jij je zo voelt? Los van wat ik heb gedaan, of wat ik ervan vind. Maar ik ben er nog lang niet hoor, want door de relatie met Daelo ontwikkel ik mij ook weer als partner.”
Had je al de diagnose ADHD?
„Ik weet het pas sinds een jaar of twee.”
Wat merkte je?
„Vooral het gebrek aan concentratie. Terugkijkend was dat op school ook echt wel een ding. Nu ik ouder word, merk ik het nog sterker in alledaagse zaken. Als ik een aantal huishoudelijke taken heb, doe ik alles maar voor de helft. Simpele dingen als de was doen, een mail sturen, douchen en de deksel op het potje doen. Halverwege denk ik: o ja, ik moet dat nog doen en laat dan alles uit mijn handen vallen.”
„Ik woonde met Sean, een vriend van mij. Hij weet al sinds zijn zesde dat hij ADHD heeft, en slikte daar jarenlang medicatie voor. Hij zei op een gegeven moment: je moet echt eens even laten nakijken wat jij hebt.”
Rein van Duivenboden: „Dat ik nu tussen deze gerenommeerde musicalacteurs sta, maakt mij best onzeker.” Foto: Eran Oppenheimer
Je nieuwe liefde heeft ook ADHD?
„Ja, dus dat is wel heel leuk. Dingen waar andere mensen tegenaan lopen in een relatie, die hebben wij niet. Omdat je het zo herkent. Wij vinden het doodnormaal dat je geen planning kunt maken.”
Of het gaat juist irriteren.
„Ik vind het meer komisch omdat ik denk: zo zou ik het ook doen.”
Maar het is nog maar pril hè?
„Haha, ja maar we daten al een maand of vijf. Dus als ik het echt heel irritant had gevonden, had ik het wel al ontdekt.”
Gebruik je nu medicatie?
„Nee, nou eigenlijk soms. Of beter sinds kort. Ik ben hier natuurlijk degene met de minste musicalmeters en heb continu het gevoel dat de rest beter weet wat ze aan het doen zijn dan ik. Ik heb wel spel- en zangervaring, maar toch is musical een andere tak van sport. De manier waarop je je stem gebruikt en dan in combinatie met dans.”
„Gelukkig liggen de solonummers mij goed, maar bijvoorbeeld You can’t stop the beat is echt killing, daar is iedereen het over eens. Ik moet aan zoveel dingen denken en maak lange dagen. Dan merk ik dat medicatie helpt. In de avond kan ik alleen niets plannen, want zodra het uitwerkt ben ik kapot. Ook als we vanaf half oktober in de theaters staan, zijn er dagen dat wij dubbele shows draaien. Zonder medicatie is dat voor mij een onmogelijke opgave.”
Je zit nu ook in de film Onze jongens 3. Hing je daarvoor zo veel in de sportschool?
„Ik sportte daarvoor ook wel veel, maar voor Onze jongens echt heel gericht met een personal trainer. Ik ben 5 kilo in spiermassa aangekomen. Dat moest ook wel want ik sta bijvoorbeeld naast een Denzel Slager, wat zo ongeveer een god is. Die gast is zo groot; naast hem voel ik mij nog steeds een klein ventje. Daarbij moesten we anderhalve maand voor de opnamen intensieve danstraining volgen. Want we moesten natuurlijk gaan strippen. Nou dat was voor vier van de vijf jongens natuurlijk nieuw, tenminste het dansen was nieuw.”
Het strippen niet?
„Haha. Nee, ik bedoel dat één van ons danser was, dus dat hij het sneller oppikte. We hebben heel erg gelachen, want het zag er aanvankelijk heel houterig uit. Choreograaf Vincent Vianen ons er echt doorheen getrokken. Uiteindelijk ben ik wel blij met het eindresultaat.”
Is het een leefstijl die je na de opnamen nog steeds volhoudt?
„Ik probeer wel te behouden wat ik nu heb. Maar ik ga niet meer zo streng diëten. Vijf keer trainen red ik ook niet. Voor Hairspray repeteren we zes keer in de week van tien tot zes uur. Verder ben ik wel happy. Ik heb een fijn huis en woon nog steeds in Amsterdam.”
En dan drie MainStreet reünieconcerten in mei volgend jaar. Die overigens razendsnel waren uitverkocht.
„Ja, zo gaaf. We treden op in Vredenburg Utrecht, de plek waar we destijds ons afscheidsconcert gaven. We gaan terug in de tijd. De koortjes zingen we wel opnieuw in, want we hebben inmiddels de baard in de keel.”
Hebben jullie wel een kaartje voor Giel Beelen gereserveerd?
„Dat is een goeie. Nee nog niet, maar hij mag komen hoor. Ik denk dat ik ook namens de rest van MainStreet spreek als ik zeg dat hij van harte welkom is.”
Zo lang hij zijn mond maar houdt tijdens het optreden?
„Precies, haha.”
IN HET KORT
Rein van Duivenboden groeide op in Noord-Brabant. Samen met Nicolaas Käller, Daan Zwierink en Owen Playfair vormde hij van 2011 tot 2016 de razend populaire boyband MainStreet. Daarna ontwikkelde hij zich als acteur en presentator. Hij speelde in films en series als Hartbeat, Spangas, Goede tijden slechte tijden en presenteerde onder meer Bommetje!, De speurneuzen en De faker. Van Duivenboden is nu in de bioscoop te zien in Onze jongens 3, en in het theater als Link Larkin in Hairspray. MainStreet heeft inmiddels drie reünieconcerten aangekondigd voor mei volgend jaar.