Het Rode Kruis zette woensdag een nood accommodatie op bij het overvolle aanmeldcentrum in Ter Apel om asielzoekers hulp te bieden. De situatie bij het overvolle asielcentrum was 'inhumaan' volgens het Rode Kruis. Foto: ANP Vincent Jannink
Een inhumane situatie, een indrukwekkend dieptepunt: voor de zoveelste keer zijn asielzoekers in Ter Apel in nood omdat er te weinig opvangplekken zijn in Nederland. Nog maar net waren de noodtenten afgebroken, of de haringen gingen weer de grond in. Vijf vragen over de noodsituatie in Ter Apel.
Alwéér tenten in Ter Apel?
Klopt. Dit keer was het het Rode Kruis die tenten opzette. Niet om in te slapen, zoals de eerdere nachtopvang in tenten die het COA had geplaatst, maar om de asielzoekers hulp te bieden. Die tenten zijn overigens alweer weg, maar de actie van de hulporganisatie is wel tekenend voor de nood bij Ter Apel. Het Rode Kruis noemde de situatie dinsdagnacht ‘inhumaan’. Zeventig asielzoekers konden niet meer terecht in de nachtopvang en dreigden buiten te moeten slapen.
Zeventig asielzoekers is toch niet zoveel? Was er echt nergens plek?
Uiteindelijk wel. Eerst in wachtruimtes van het aanmeldcentrum van het IND, woensdag in een crisisnoodopvang in Heerenveen. Maar het grote probleem is dat er te weinig structurele opvangplekken zijn voor asielzoekers. Dat heeft meerdere oorzaken. De woningmarkt zit bijvoorbeeld zo vast dat er moeilijk huizen zijn te vinden voor de statushouders (asielzoekers die in Nederland mogen blijven). Een derde van de ongeveer 40.000 bewoners van asielzoekerscentra heeft zo’n status en hoort daar dus eigenlijk niet te verblijven.
Ook hebben het COA en de staatssecretaris moeite om gemeenten warm te krijgen voor een asielzoekerscentrum. Asielzoekers hebben hun imago niet mee, de ruimte in het land is dus schaars en er zijn vele procedures te doorlopen voordat je aan de slag kunt. De staatssecretaris, het COA, de burgemeesters van Westerwolde en Groningen doen al maanden beroep op de rest van het land om te hulp te schieten. Toch verandert er weinig.
Zagen ze deze noodsituatie dan eigenlijk niet allang aankomen?
Jawel. Het COA trok in november 2019 al aan de bel over opvangtekort, en toen dat niet tot extra plekken leidde werd er in maart 2020 in een sporthal in Leeuwarden noodopvang klaargemaakt. Door corona was die uiteindelijk niet nodig: reizen werd moeilijker en er was minder instroom. Het was stilte voor de storm. In de zomer van 2021 begonnen de echte problemen. Afghaanse evacués werden naar Nederland gehaald, de statushouders stroomden niet door en er kwamen meer vluchtelingen uit met name Syrië, Jemen en Turkije.
Ter Apel, de eerste plek waar alle asielzoekers in Nederland zich moeten melden, liep vol. De extra nachtopvang op het NAVO-terrein, in eerste instantie gebouwd om meer ruimte te creëren tijdens de coronacrisis, liep overvol. Er was plek voor 275 asielzoekers maar die grens werd in het najaar van 2021 al veelvuldig overschreden. In april 2022 werd die nachtopvang opgeheven, omdat de vergunning afliep en de gemeente die niet wilde verlengen na alle commotie over de 650 mensen die er hadden geslapen in barre omstandigheden.
De staatssecretaris, het COA, de burgemeesters van Westerwolde en Groningen doen al maanden beroep op de rest van het land om te hulp te schieten.
Zijn die gemeentes dan echt zo onwillig?
Sommige wel. Asielopvang is geen officiële gemeentelijke taak en al helemaal geen plicht. De staatssecretaris werkt inmiddels wel aan een nieuwe wet die gemeentes zou kunnen dwingen om asielzoekers op te vangen.
Toch is het niet altijd onwil. Ruimte en woningen zijn nu eenmaal schaars. Soms bieden gemeentes ook locaties aan die het COA niet geschikt vindt omdat ze bijvoorbeeld te klein zijn. Grotere locaties zijn voor het COA efficiënter maar daar is in gemeentes niet altijd draagvlak voor. Bovendien heeft het COA zich na de vluchtelingencrisis van 2015/2016 niet overal populair gemaakt door al in gang gezette procedures voor asielzoekerscentra plotseling af te blazen toen de Turkije-deal was gesloten, zoals in de gemeente Aa en Hunze.
Overigens heeft het COA over gemeentes in het Noorden weinig te klagen. Verreweg de meeste vangen asielzoekers op. Een paar niet, zoals Aa en Hunze, Westerkwartier en Midden-Drenthe. Midden-Drenthe heeft het verzoek gekregen om weer asielzoekers op te vangen in Oranje, maar had al met inwoners en gemeenteraad afgesproken dat niet meer te doen. ‘We richten ons nu op de opvang van Oekraïners’, laat een woordvoerder weten.
Over die Oekraïners gesproken: waarom is daar dan wél plek voor?
Het voelt tegenstrijdig: overal in het land spannen bewoners en gemeentes zich in om duizenden Oekraïense vluchtelingen op te vangen en die paar honderd asielzoekers kunnen nergens heen. Het is zelfs zo dat er heel veel bedden klaar staan voor Oekraïners die (nog) onbeslapen zijn. Tienduizend lege opvangplekken, aldus het COA.
Overigens zijn gemeentes door het Rijk gevraagd om die opvang voor Oekraïners te regelen en wil Nederland ook voorbereid zijn op extra instroom uit Oekraïne. Toch zou het ministerie van Justitie en Veiligheid blij zijn als al een klein deel van die plekken voor ‘reguliere’ asielzoekers gebruikt kunnen worden, laat een woordvoerder weten. ,,Maar die keuze is aan de gemeentes. Dat kunnen we niet afdwingen.”