Pieter Omtzigt (Groep Omtzigt) tijdens de stemming over moties ingediend bij het debat over het rapport van de Parlementaire Enquêtecommissie Aardgaswinning Groningen. FOTO ANP ROBIN UTRECHT
Zwembaden en buslijnen in Groningen mogen niet verdwijnen en de energierekening in het Noorden moet lager worden dan elders. Dat zijn uitkomsten bij de stemmingen na het gasdebat van vorige week. Maar tegelijk vertoont het kabinet terugtrekkende bewegingen over geld voor Groningen.
Na het tweedaagse Kamerdebat over de parlementaire enquête gaswinning van vorige week moest er nog gestemd worden over tal van moties die Kamerfracties hadden ingediend.
Een motie van de coalitiepartijen ChristenUnie, CDA en D66 stelt dat het jaarlijkse bedrag van 250 miljoen euro voor investeringen in Groningen, dertig jaar lang, moet meegroeien met de inflatie. Die indexering was ook een belangrijk punt van de Groningse regiobestuurders René Paas en Koen Schuiling in de onderhandelingen met het kabinet en was ook min of meer toegezegd door het ministerie van Economische Zaken.
Financiën hikt aan tegen wet
Maar staatssecretaris Hans Vijlbrief vroeg indiener Mirjam Bikker van de ChristenUnie tijdens het debat om de motie nog even aan te houden omdat het ministerie van Financiën er nog iets van moet vinden. Naar verluidt zou Financiën er moeite mee hebben het indexeren wettelijk vast te leggen.
,,Als het kabinet dát niet eens doet, dan blijken beloftes om met een voormalig minister te spreken een scheet in een netje’’, reageert PvdA-Kamerlid Henk Nijboer geprikkeld. Maar ook Kamerleden van ChristenUnie en CDA willen de motie hoe dan ook de komende weken nog indienen, laten ze weten. ,,Anders zou het bedrag voor Groningen over een jaar of vijftien bijna gehalveerd kunnen zijn’’, zegt Eline Vedder van het CDA.
Ook over een motie van Jesse Klaver van GroenLinks om de ‘generatielange inzet’ dat schadeherstel en versterking ,,koste wat het kost’’ doorgaat en dat vast te leggen in een wet, was plots nog geharrewar. Vijlbrief stuurde dinsdagochtend ineens een brief waarin hij Klaver vroeg zijn motie aan te passen omdat het zou betekenen dat extra geld voor schade en versterking buiten de begroting zou blijven en daardoor ten laste van de staatsschuld zou komen. Maar Klaver weigerde zijn motie aan te passen en de coalitiefracties stemden toch voor.
Zwembad De Hardenberg
Twee moties van PvdA’er Nijboer hadden eerst geen steun van de coalitie maar zijn toch door een meerderheid van de Kamer aangenomen. De eerste gaat om de uitspraak dat er in het aardbevingsgebied geen voorzieningen zoals zwembaden, openbaar vervoer, scholen, zorg-, sport- en cultuurvoorzieningen mogen verdwijnen als gevolg van bezuinigingen. Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer inclusief VVD, CDA, D66 en CU stemde daar mee in.
,,Daar ga ik het kabinet aan houden want het betekent nogal wat’’, reageert Nijboer. ,,Bijvoorbeeld dat zwembad De Hardenberg in Finsterwolde en buslijnen in het Hogeland niet verdwijnen.’’ Die staan ook met name in de motie genoemd.
Een andere aangenomen motie van Nijboer stelt dat de energierekening in het Noorden lager moet worden dan in de rest van het land. De staatssecretaris kon daarmee instemmen als het uitgelegd wordt als ‘inspanningsverplichting’ voor het kabinet om met allerlei maatregelen zoals isolatie de zogenoemde energie-armoede in het Noorden terug te dringen.
SP-Kamerlid Sandra Beckerman ontvouwde voor de stemmingen een poster over de ‘bestuurlijke spaghetti’ van vele instanties die voor veel Groningse aardbevingsgedupeerden een bureaucratische nachtmerrie zijn. Kamervoorzitter Vera Bergkamp greep in, want het tonen van affiches is tijdens stemmingen in de Kamer niet toegestaan. Een motie van Beckerman dat er gewerkt moet worden aan een ‘wereldwonder’ zoals de deltawerken in Groningen haalde geen meerderheid doordat de coalitiepartijen hem niet steunde.
Beckerman en Pieter Omtzigt vroegen om een hoofdelijke stemming over hun motie die het hele gasbeleid van het kabinet-Rutte na de aardbeving bij Huizinge in 2012 afkeurt. De motie werd verworpen doordat de hele coalitie tegen stemde.
Bikker van de ChristenUnie noemde de motie ‘te ongericht’. Zij had zelf wel een motie ingediend die de gevolgen van het hele gasbeleid in de afgelopen zestig jaar ,,betreurt en afkeurt’’. Daarbij ging het Bikker niet alleen om het kabinetsbeleid maar ook om de rol van de Tweede Kamer zelf. Die motie werd wel aangenomen.
Dat Omtzigt het in zijn motie alleen had over de laatste tien jaar en Bikker over zestig jaar is een belangrijk verschil. De parlementaire enquête gaswinning oordeelde in zijn rapport hard over het beleid van de kabinetten Rutte in die periode. De oppositie steunde daarom vorige week ook een motie van wantrouwen tegen de premier, maar die haalde geen meerderheid.