Verschillende soorten metselbijen zijn al verdwenen uit Nederland. Foto: Pixabay.
Zie je een uitgeputte bij op de grond liggen? Je kunt het beestje helpen. Als het toevallig een solitaire bij is, dan doe je daarmee meer goeds dan je waarschijnlijk denkt.
Over honingbijen maakt ecoloog en biologiedocent Rick Middelbos uit Groningen zich niet zo’n zorgen. ,,Die worden gesponsord door de mens. Het zijn eigenlijk gedomesticeerde mensenbijen.”
Maar wilde, solitaire bijen hebben het zwaar, zeker met deze hitte. Als je een trage, uitgeputte bij ziet liggen kun je hem (of haar) helpen door een beetje suiker in water op te lossen, zegt Middelbos. ,,Dat kan de bij opslurpen, zodat ‘ie weer wat brandstof heeft. En als hij in de zon zit kun je hem het beste in de schaduw zetten. Want ook insecten kunnen oververhit of uitgedroogd raken.”
De ene bij is de andere niet, zegt Middelbos. ,,Honingbijen en hommels leven in kolonies, met één koningin en heel veel werksters die hard moeten werken. In principe maakt één individuele bij voor zo’n kolonie niet zoveel uit. Van solitaire bijen zijn er honderden soorten en zij zijn het belangrijkste voor het ecosysteem. Zij leggen zelf eitjes en brengen zo een hele nieuwe generatie voort. Als je een solitaire bij tegenkomt maak je een heel groot verschil mocht je die kunnen redden.”
Rick Middelbos in actie: libellen vangend. Foto: eigen foto.
Het gaat de verkeerde kant op
Want het gaat slecht met wilde bijen en andere bestuivende insecten, vooral omdat de diversiteit aan planten in Nederland fors is afgenomen. Door stikstofneerslag ontstaat in veel natuurgebieden een mineralentekort in de grond. Middelbos: ,,Net als bij veel andere insecten wordt ook het exoskelet van bijen opgebouwd door calcium, maar dat mineraal spoelt weg doordat de bodem verzuurt door stikstofoxide. En sommige natuurgebieden worden minder divers door stikstofneerslag. Bramen en brandnetels nemen het daar over, andere planten verdwijnen. Hoe lager de diversiteit qua planten, hoe lager het aantal bijen. De insectenstand in Nederland is inmiddels met 75 procent afgenomen: het gaat de verkeerde kant op.”
Hoe meer hoe beter
Biodiversiteit is nodig om ons systeem weerbaar te houden, zegt Middelbos. ,,Hoe meer diversiteit in onze natuur, hoe weerbaarder ons systeem is tegen klappen als klimaatverandering. Wilde bijen en andere bestuivende insecten waaronder vlinders en zweefvliegen zorgen voor die biodiversiteit. Bepaalde insecten bestuiven bepaalde planten, dus hoe meer verschillende vliegende insecten, hoe beter.”
Een zweefvlieg. Foto: Pixabay.
Bestuivende insecten in nood
De belangrijkste bestuivende insecten van ‘bloemhoudende’ planten zijn wilde bijen, zweefvliegen en vlinders. In Nederland leven meer dan 360 verschillende soorten bijen, waarvan meer dan de helft dreigt te verdwijnen. 181 soorten staan op de Rode Lijst, 46 bijensoorten zijn volgens diezelfde lijst al verdwenen.
Wilde bijen zijn allemaal ‘zeer divers in uiterlijk en levenswijze’, meldt EIS Kenniscentrum Insecten. ‘Van kleine, zwartglimmende maskerbijtjes tot grote, harige hommels. Van nesten in holle braamstengels tot zelfgegraven gangenstelsels in de grond.’
Zweefvliegen
Van zweefvliegen bestaan in Nederland zo’n 330 soorten. Zweefvliegen lijken soms op bijen of wespen, maar kunnen niet steken. Het aantal zweefvliegen op de Veluwe is met 80 procent gedaald. Een zorgwekkende ontwikkeling, waarschuwen ecologen.
Tachtig procent van alle plantensoorten in Nederland, (ook de gewassen die wij eten) is voor hun bestuiving afhankelijk van bestuivers: voornamelijk van de wilde soorten.