Alie Noorlag was ook mede verantwoordelijk voor het leggen van Stolpersteine in de gemeente Stadskanaal Foto: Huisman Media
Verschillende gemeenten onderzoeken de omgang met Joods vastgoed in en na de Tweede Wereldoorlog. In Stadskanaal voert Alie Noorlag dat onderzoek uit.
Alie Noorlag houdt zich al jaren intensief bezig met de geschiedenis van de Joodse gemeenschap in de gemeente Stadskanaal. Zo stond ze mede aan de wieg van het plaatselijke Joods monument en was ze nauw betrokken bij het plaatsen van Stolpersteine voor huizen waar ooit Joden woonden.
Opgedane kennis
Vanwege de zo opgedane kennis is ze door de gemeentebestuurders gevraagd onderzoek te doen naar de wijze waarop in Stadskanaal in en na de Tweede Wereldoorlog werd omgesprongen met vastgoed van Joden. ,,Ik zei ja en ben al enige tijd aan het speuren’’, zegt de in Vlagtwedde woonachtige Noorlag.
Zij is niet de enige die dergelijk speurwerk verricht. Meer gemeenten hebben soortgelijke opdrachten verstrekt aan historici en deskundigen. Aanleiding is onderzoek dat het journalistiek platform Pointer van KRO/NCRV doet naar al dan niet geroofd Joods vastgoed in en na oorlogstijd en waarvoor het gemeenten benaderde. Omdat die vaak niet precies weten wat er destijds is gebeurd, hebben ze deskundigen aan het werk gezet.
Schadeclaim
Zo schakelde de gemeente Groningen de Rijksuniversiteit Groningen in. Dat resulteerde in een rapport dat deze week in het nieuws kwam. Een erfgenaam van een Joodse woning diende naar aanleiding daarvan een schadeclaim van 3 ton bij de gemeente in wegens ‘de ellende die het gevoerde huisvestingsbeleid van de gemeente aan de familie heeft berokkend’.
,,Zo’n rapport ligt er in Stadskanaal nog niet’’, zegt Noorlag. ,,Ik ben zoals gezegd nog niet zo lang geleden begonnen en verricht het onderzoek in mijn eentje. Ik moet proberen uit te vinden of huizen van Joden binnen de huidige gemeentegrenzen op een onrechtmatige wijze andere bewoners kregen, of goed met erfgenamen is omgegaan, of de gemeente niet bijvoorbeeld ten onrechte belasting vorderde van Joodse inwoners of erfgenamen.’’
Kadasters
Om antwoorden op die vragen te vinden, heeft ze toegang gekregen tot kadasters en andere archieven. ,,Daarin hoop ik informatie te vinden over 30 huizen waar Joden woonden. Om zoveel huizen gaat het. Ik weet ook dat de meeste eigenaren na de bevrijding niet terugkeerden, dat veel huizen dus andere eigenaren kregen. Aan mij om uit te vinden of dat op een goede manier is gebeurd. Maar ook of goed met landerijen van Joden is omgesprongen.’’
Ze heeft in kadasters en archieven inmiddels van enkele woningen beschrijvingen van onder anderen notarissen gevonden. ,,Maar van andere percelen vond ik bijna niets. Ik moet dus nog verder speuren en ook in het gemeentearchief duiken voor ik conclusies kan trekken. Ik weet inmiddels dat het onderzoek veel tijd zal vragen. Ook omdat zorgvuldigheid heel belangrijk is.’’