Spoorlijn bij de Oostvaardersplassen bij Lelystad. Foto: ANP
Zonder te stoppen van Groningen naar Amsterdam? Treinstations bij Leek en Lemmer? De rijksorganisatie achter de Lelylijn legt de bal neer bij de regio: welke toekomst wil het Noorden?
De projectorganisatie die de haalbaarheid van de Lelylijn in kaart moet brengen, komt bovengronds. De club, door rijk en regio in het leven geroepen om de ruimtelijke puzzel tussen Lelystad, Heerenveen en Groningen te leggen, schetst voorzichtig de toekomst van het Noorden met een Lelylijn.
Dinsdag deelden ze vier zogenoemde denkrichtingen, met daarbij de oproep aan gemeenteraden, Staten, parlement en colleges om zich de komende maanden te mengen in de discussie. ,,Welke toekomst willen we’’, is de vraag die directeur Stijn Lechner van de Lelylijn-organisatie opwerpt. ,,We vragen nu de regio om zich daarover uit te spreken.’’
Voor de eventuele aanleg van de Lelylijn is 2024 een cruciaal jaar. Voor de kerst wil de Tweede Kamer weten of het kansrijk is om het tracé aan te leggen - en tegen welke prijs. Al in de zomer moet duidelijk worden hóe het Noorden denkt over de eigen toekomst, als het straks aan nieuw spoor ligt.
Het doorsnijden van het land voor een spoorlijn is een ingreep van jewelste, weet projectmanager Durk Bergsma. ,,In het gebied wordt geboerd, liggen wegen, natuur en bedrijventerreinen. We willen meer dan kan, er zal een competitie om de ruimte plaatsvinden.’’
En dat zorgt voor dilemma’s, zien Bergsma en Lechner. Ze lieten consultancybureau Studio Bereikbaar uit Rotterdam vier scenario’s uitwerken, waarin de Lelylijn de A6, A7 en A32 volgt, de rijkswegen die Leeuwarden, Groningen en Lelystad via Heerenveen met elkaar verbinden.
In het ene beeld richten de makers zich vooral op de kleinere kernen, met treinstations in Urk, Lemmer, Joure en Leek. Met een stoptrein moeten de grotere plaatsen snel bereikbaar zijn over de Lelylijn. Alle woonplaatsen, groot en klein, zullen met extra huizen en meer bedrijvigheid profiteren van de ligging aan het spoor.
Om te zorgen voor ‘rust en ruimte’ in het landschap, kan men zich ook richten op de grotere kernen: vooral nieuwe woningen en bedrijvigheid bij Drachten, Heerenveen en Emmeloord. In een derde optie krijgen die steden een sleutelrol en slaat het tracé Joure en Lemmer over. In dit scenario werken de grote steden ‘nauw samen’ en ontpoppen ze zich tot grote stedelijke gebieden.
In een laatste scenario zijn de ogen alleen op Leeuwarden en Groningen gericht. Met een snelle verbinding, weinig stations en snelle treinen, zal Groningen zich nestelen tussen Amsterdam en Hamburg als ‘superstad’: veel meer inwoners, bedrijven en reuring.
‘We zetten geen onomkeerbare stappen’
,,We zoeken geen winnaar, maar een mix die werkt’’, zegt directeur Lechner. ,,Ook met het oog op brede welvaart, zoals sociale en culturele gevolgen van de eventuele aanleg.’’ Hij maakt nu met projectmanager Bergsma een rondje langs colleges. Er is koudwatervrees, maar ze treffen ook wethouders en gedeputeerden die staan te trappelen van ongeduld. Ze zien ,,meer bewustwording’’ en ,,minder onderbuik’’, zegt Bergsma.
En, benadrukt Lechner, ,,we zetten geen onomkeerbare stappen. We denken in een wereld die nog niet bestaat, maar die we wel met z’n allen moeten vormgeven.’’ Nu even een halte op het tracé aanvragen zit er niet in, waarschuwt Bergsma. ,,Daar zoeken wij niet naar. We willen het verhaal erachter horen. Over wat het betekent voor nieuwe woonwijken, nieuwe banen, bereikbaarheid met het achterland, brede welvaart, ons kwetsbare watersysteem.’’
Het gaat over een toekomst ,,mét, maar ook zónder Lelylijn’’, vindt Lechner, omdat die toekomst niet alleen mag afhangen van de spoorlijn. ,,Het gaat om een nieuw verhaal voor het Noorden. En die begint nu.’’
Waar de Lelylijn komt, is onderdeel van een bereikbaarheidsonderzoek dat het team van Lelylijn-directeur Stijn Lechner nu uitvoert. Voorstanders van de Lelylijn, in de politiek en daarbuiten, hebben de lijn al ingetekend: van Lelystad, via Emmeloord naar Heerenveen, Drachten en Groningen. ,,Het ligt voor de hand’’, zegt Lechner, ,,omdat het hele Noorden deze lobby heeft opgestart en steunt, maar we kijken ook naar alternatieve routes. Dat hoort bij de spelregels van deze verkenning.’’
De organisatie wil dit najaar met een weloverwogen rapport voor de dag te komen. ,,Wij moeten met een sterk en onderbouwd verhaal komen over welke route het meest gunstig en haalbaar is.’’ Lechner kijkt daarom ook naar een spoorlijn die over de Afsluitdijk gaat en een tracé die Friesland en Groningen overslaat en via Drenthe naar Duitsland gaat.