Joren Molter won met 'Zomervacht' een Gouden Kalf. Een beloning na een serie tegenslagen. Foto: Michel Rosendaal
Het aantal prijzen was al slecht bij te houden. Nu is er zelfs een Gouden Kalf. Joren Molter, opgegroeid in Borgercompagnie, net 30, al jaren filmmaker, hoopt na Zomervacht op meer. Alleen graag minder zwaar dan deze productie. Een verhaal over wat is, wat was en wat komen gaat.
We zitten op zijn voorstel in café De Jaren, achter Hotel de l’Europe in Amsterdam. ,,Net als toen ik op de Filmacademie zat”, zei Joren Molter door de telefoon. Eenmaal binnen lees je aan het café de ontwikkeling af die centrumbewoners van de hoofdstad de strot uitkomt. Waar we indertijd de keuze hadden uit vrije tafels in elke hoek, zit het grote café propvol toeristen, met een toevallig vrijgevallen plek.
Groter contrast met de lange leegte rond Borgercompagnie is er niet. Daar op het Groningse land werd Molter groot. Zijn talrijke films – op zijn 19de had hij er al 18 geschoten – ademen de sfeer van het platteland, van overzichtelijkheid, maar dan wel vol menselijke tegenstellingen, van dikwijls eenlingen die moeite hebben met de rest, en andersom.
Vroeger in een Gronings dorp, nu in Betondorp
Hoe platteland ook, Molter is nu definitief Amsterdammer, of in elk geval voor onafzienbare tijd. Een dag voor de afspraak kreeg hij te horen dat het bod van hem en zijn vriendin op een huis in Betondorp, Cruijffs buurt, is geaccepteerd. Of nee, verkeerd om: het bod van zijn vriendin en hem. ,,Zij heeft een vaste baan. Een filmregisseur met een inkomen als het mijne kan het wel schudden.”
Vader Peter Molter runt samen met Else Flart, Jorens moeder, al jaren een cultuurboerderij in Borgercompagnie. Hij voorspelde vijf jaar geleden: ,,Ooit komt hij terug”. Broer Andor deed dat, uit Amsterdam, samen met zijn partner Anna en hun kinderen, zoals vastgelegd in de Beeldlijn-documentaire Weg uit de stad van Saskia Jeulink en Tom Tieman. Ze kochten de oude basisschool De Butte in Borgercompagnie en sloegen grondig aan het verbouwen.
,,Prachtig gedaan”, zegt Joren. ,,Wij betalen nu meer voor die oude sociale huurwoning dan zij voor de school en de verbouwing samen.” Dan moeten er nog dubbelglas, een nieuwe vloer en een nieuwe keuken in. Hoe dan ook is hij er blij mee. ,,We waren bijna dood.” Huh? ,,Bij een controle bleek de koolmonoxide-uitstoot in onze huurwoning 125 keer de toegestane waarde te bevatten. Mijn vriendin had doorlopend een toen onverklaarbare hoofdpijn. ‘Dit had geen dag langer moeten duren’, zeiden de controleurs.”
Op de filmset met Joël in 't Veld (midden) en Jarne Heylen. Setfoto
Een mailtje uit Los Angeles
Dat klinkt als een pleidooi voor ruimte, lucht en dan een hele tijd niks. ,,Zij is een echte Amsterdamse. Uit de Pijp. Die krijg ik nooit mee”, zegt hij lachend. Een tweede argument heeft met zijn filmcarrière van doen: de gehoopte impact van het succes van zijn laatste film, Zomervacht. Van de vier nominaties voor een Gouden Kalf, op zich al mooi, werd die voor ‘production design’ verzilverd. Bovendien vond de Kring van Nederlands Filmjournalisten Molters film de beste, op het Nederlands Film Festival.
Toprecensies. ,,Trouw schreef dat cinema bij mij door de aderen stroomt. Daar werd ik stil van. Inmiddels heb ik ook een mailtje gekregen uit Los Angeles.” Dat ligt op duizenden kilometers van vader Molters voorspelling.
Hopen op de Berlinale
Het is maar een mailtje en zoon Joren weet hoe relatief het kan zijn. Hij hoopte Zomervacht ook onder te brengen op de grote festivals van Cannes, Venetië en Toronto. ,,Twee keer haalden we de shortlist, wat geweldig is, maar bij alle drie de festivals kregen we te horen: nét niet.” Zijn hoop is nu gevestigd op de Berlinale, nog zo’n spraakmakend filmfestijn.
,,Ik had gehoord dat de programmeur van Berlijn vorige week naar het Cinekid Festival in Amsterdam zou komen. Coming of age en inclusie vormen een thema in Berlijn, precies waar Zomervacht in past. Ik dacht, ik stap gewoon op hem af. Nou, zoiets voelt vooraf bepaald niet comfortabel! Ik sprak hem aan, vertelde mijn verhaal, maar daarna bleef het even ongemakkelijk stil. Ik hoorde mezelf praten. Uiteindelijk hebben we toch samen, toen de borrel al gesloten was, geprobeerd de biertap weer open te krijgen. Dat was lachen. Dus wie weet heeft die ontmoeting alsnog geholpen. In elk geval weet hij nu wie ik ben.”
Dat 'Zomervacht' uiteindelijk in België werd opgenomen, had te maken met de locatie, een soort trash-trailer plek. Foto: Sam du Pon
Heftige thema’s met soms absurdisme
Molter vertelt op een jongensachtige, open, hartelijke manier. Met een vrolijkheid die haaks staat op de heftige thema’s die hij oppikt voor zijn films, ook al schemert er geregeld absurdisme in door. Zomervacht, zijn eerste lange speelfilm, is zo’n heftige. De lullige levensloop van een saaie man uit 2015 (alleen de titel al), over een trombone spelende begrafenisondernemer die zijn omzet ziet kelderen door een nieuw, goed geoutilleerd ziekenhuis, is van een andere orde.
Vol van leven gaat dan weer over een meisje dat de leegte van haar gezin probeert te ontvluchten. Het was deze productie van 24 minuten waarmee Molter als 16-jarige voor het eerst het Nederlands Film Festival haalde. Daarna volgde onder meer Dode duiven, over een meisje dat zich verraden voelt door mannen. Dòst (2018)gaat over de reactie in een vriendengroep als twee van hen worden ‘betrapt’ op het uiten van homoseksuele gevoelens. De film werd geëerd als de beste noordelijke film op het Noordelijk Film Festival in Leeuwarden en als Beste Groninger Film. De film werd verkocht aan Amazon en vertaald in 27 talen. ,,Ik vond het hilarisch om een Gronings gesproken trailer te zien met Japanse ondertiteling.”
In Kropsdam is iedereen gelukkig (2016) werd zijn grootste succes. Dit eindexamenwerk van 23 minuten toont hoe dorpelingen een boer terroriseren als ze hem ervan verdenken te heulen met de bouwers van windmolens. Ook deze film viel in de prijzen op de noordelijke festivals, maar daarnaast won hij vijftien awards op grote festivals, zoals die in Warschau, Karlovy Vari, Busan en Dubai. ,,Internationaal dus veel meer aanzien dan in Nederland.” Molter denkt er nu over hoe hij ‘Kropsdam’ kan uitbreiden tot speelfilmlengte.
Als 7-jarige voelde hij het al
Het zijn allemaal films met wat je een Gronings karakter zou kunnen noemen. Een Ommelander karakter. Ze zijn er ook meestal opgenomen. De films spelen in een kleine omgeving, sterk observerend, met beelden die een verhaal vertellen, weinig tekst nodig hebben. Vaak zijn er rollen voor non-acteurs. Echte mensen. Die voorkeur is gesterkt door Molters filmacademieverleden. Hij dacht, zo jong als hij was, tot in detail te weten hoe acteurs moesten spelen. ,,Zo werkt het natuurlijk niet. Acteurs willen zelf hun rol kunnen invullen. Toen ik begon te regisseren had ik een moeizame relatie met ze. Maar ik heb een hoop afgeleerd.”
De verhalende kracht van zijn beelden komt door wat anderen een afwijking zouden noemen: Molter is een dyslectische beelddenker. Niets begint met een scenario, alles met één enkel beeld dat hij zomaar voor zich ziet en dan daarop verder bouwt. ,,Mijn brein werkt als het ware van buiten naar binnen.” De kiem voor die werkwijze werd jong gelegd.
,,Ik zou met mijn vader naar de bioscoop. Ik was 7 en wilde naar Harry Potter en de Geheime Kamer. ‘Nee’, zei hij, ‘we gaan naar Images. Naar een arthouse-film’. Ik huilde van verdriet, maar mijn vader zette door. Het werd de Argentijnse film Whisky. Daarin heeft een man een slecht draaiende sokkenfabriek. Dan komt na het overlijden van zijn moeder zijn broer uit Brazilië terug.”
De broer in Whisky heeft een juist heel succesvolle sokkenfabriek. ,,De camera zoomt in op een stickertje dat op zijn sokken zit. Dat is het geheim van zijn succes, tegenover de saaie sokken van zijn broer. Ik was zó onder de indruk van dat ene beeld. Hoe jong ik ook was, ik vond het fantastisch dat je met enkel zo’n shot een heel verhaal kon vertellen. Ik ben dat nooit vergeten. Zonder deze ervaring van ruim 22 jaar geleden was ik misschien nooit filmregisseur geworden.”
Jarne Heylen heeft meer met quads dan met acteren. Foto: Sam du Pon
De kijker heeft wat weg te slikken na Zomervacht
Decennia na dat sturende moment is er dan nu Zomervacht, een voorlopig hoogtepunt. De eerste film zonder een rol voor Groningen. Hij speelt bij de grens van Nederland en België, aan de Belgische kant. Waarom? ,,Ik voelde na Dòst dat ze me gingen zien als de Groningse filmer. Ik kreeg diverse plannen aangereikt die niks te maken hadden met mijn vertelwijze en thematieken. Wat overeenkwam, als enige, was dat alles in Groningen speelden. Van dat idee wilde ik af.”
Dat Zomervacht uiteindelijk in België belandde, had te maken met de locatie, een soort trash-trailer plek, met verloren stacaravans in een dito omgeving. ,,In Nederland is alles gerenoveerd. Zoiets als daar vind je hier niet.”
Na afloop van de film, naar het gelijknamige boek van Jaap Robben, moet de kijker flink bijkomen. Hij hakt er in. Een net gescheiden vader heeft twee zonen: een dubbelgehandicapte, zwaar spastische zoon (cerebrale parese), nauwelijks in staat tot communiceren, en een jonge tiener. De gehandicapte Lucien (Joël in ’t Veld) moet vanuit het verpleegcentrum, waar hij met pillen ‘koest’ is gehouden, bij zijn vader en broertje Brian (Jarne Heylen) wonen, in de stacaravan in die deplorabele omgeving.
De vader drinkt, doet buitenshuis onduidelijke klusjes, brengt nauwelijks centen in en bekommert zich niet om zijn twee zonen. De jongste wil eerst niks van zijn broer weten, voelt zich in de steek gelaten, maar langzaam groeit er een band tussen de twee. Met tussendoor uitstapjes naar het verpleeghuis, en daarmee bezoekjes aan het verstandelijk gehandicapte meisje Selma, probeert de jonge ‘Braai’ zijn eenzaamheid en het gemis van een moederfiguur te verdrijven, en zijn ontluikende seksuele gevoelens verder te helpen.
Brian (Jarne Heylen) zoekt troost bij Selma (Isabelle Kafando). Foto: Sam du Pon
Een reeks tegenslagen bij de productie
,,Het was mijn zwaarste film ooit”, zegt Molter. ,,Om te beginnen was het na corona heel moeilijk een goede uitvoerend producent te krijgen. Iedereen was bezet. We zijn noodgedwongen met mensen in zee gegaan, met wie het om uiteenlopende redenen totaal verkeerd liep. De productiekosten liepen mede daardoor fors uit de hand.”
In de film gaat het mis met een van de twee honden. ,,De hond die Honey speelt, is daadwerkelijk overleden op de set. Moesten we snel een gelijkende vervanger zoeken. Een auto die we voor het verhaal hadden gekocht begaf het twee keer tijdens het draaien. Er moest twee keer een nieuwe motor in. Van dat geld hadden we achteraf makkelijk een nieuwe auto kunnen kopen. Producent Floor Onrust van Family Affair Films heeft nog een halve ton extra moeten uittrekken, bovenop de post onvoorzien. Ze had de productie zomaar kunnen afkappen. Dat deed ze niet. Ik ben haar zó dankbaar.”
De rol van Brian werd ook een hele toer. ,,Bij de castingbureaus zagen we niet de gezochte rauwheid. Te veel ijdelheid, te vaak de grachtengordel ‘r’ die niet paste. Ik vond een jongetje in Limburg met wie ik een half jaar elk weekend aan het repeteren ben geweest. Uiteindelijk bleek dat hij het acteren alleen maar deed voor zijn moeder. Dat hij het helemaal niet leuk vond en liever wilde steppen. Daarna kwam ik in België bij Jarne uit. Hij is een super-ADHD’er, die constant een Rubik-cube in zijn handen heeft om zijn energie te ontladen. Toen ik hem regisseerde op de set leek het soms alsof hij niets meekreeg. Vervolgens speelde hij de scène met een hyperfocus in één keer precies zoals goed was. Het grappige is dat hij liever automonteur wil worden dan acteur. Hij was meer bezig met de auto en de quad op de set dan met acteren.”
Festival precies op de locatie
Dan was er het probleem van de locatie. Aanvankelijk was die perfect, een honderden meters lange sliert aan verlopen stacaravans. ,,Toen bleek er nog even een festival voor tienduizend bezoekers te zijn georganiseerd. Op een klein hoekje van zes stuks na is alles plat gebulldozerd. Florian Legters, onze production designer, wilde stoppen. ‘Niks lukt’, zei hij. De helft van alle shots die ik had bedacht was weg.” Uiteindelijk won juist de ontwerper een Gouden Kalf.
Voor de rol van verstandelijk gehandicapte meisje Selma had Molter aanvankelijk daadwerkelijk een gehandicapte op het oog. ,,Toen ze de scène als verliefd meisje met schurende buiken moest repeteren met de regieassistente bleef ze nadien ook echt verliefd. Dat konden we haar niet aandoen.” Hij vond in Isabelle Kafando een actrice die, na een onderzoekende tocht langs instellingen, een intrigerende prestatie levert. ,,Een rol kun je psychologiseren, een handicap alleen imiteren.”
Joël, als Lucien, is in werkelijkheid wél communicatief. ,,Hoe langer ik met hem werkte, des te beter ik hem verstond. Joël werd op de grens van leven en dood geboren, direct gereanimeerd, had een hersenbeschadiging opgelopen, maar is verstandelijk 100 procent. Bij alles wat ik vertelde over zijn rol, begon hij dat direct te spelen.”
Joël in ’t Veld (Lucien, voor) en Jarne Heylen ('Braai): contrast met de emotioneel beperkte vader. Foto: Sam du Perron
Waardering uit de gehandicaptenwereld
Molter krijgt waardering uit de gehandicaptenzorg en -vertegenwoordigers. Eindelijk mogen mensen met een handicap meedoen, in plaats van iemand die een handicap acteert. ,,De filmwereld is heel druk met inclusie en diversiteit. Mensen met een beperking worden daarbij altijd vergeten. Ik wilde een film maken die laat zien hoe beperkt mensen zonder beperkingen soms zijn, zoals de vader die zijn emoties niet kan tonen. En dat een beperking nu juist even de kracht zijn.”
Zo goed als de beoordeling, zo mooi als de Kalf is, zo matig zijn de bezoekcijfers. ,,Negenduizend. Nederland heeft zoveel goede arthouse-filmers, maar het publiek blijft klein. Vergelijk dat eens met het buitenland. Wat is hier het mooiste compliment? Dat een film ‘on-Nederlands’ goed is. Zegt genoeg. Daar moeten we vanaf.”
Toch is Joren Molter een tevreden jongeman. ,,De druk is er af. Ik wilde voor mijn 30ste mijn eerste lange speelfilm maken. Dat is gelukt. Prijzen winnen is leuk, maar niet het belangrijkste. Dat is het filmen zelf. Op de set ben ik het gelukkigst.”
Joren Molter, interviews in Forum, Vanberesteyn en De Harmonie
Regisseur Joren Molter is aanwezig voor nagesprekken in Forum Groningen (6/11, filmaanvang 19.00 uur), Vanberesteyn Veendam (7/11, 19.30 uur) en op het Noordelijk Film Festival in Leeuwarden, De Harmonie (10/11, 11.15 uur). Daarnaast geeft Florian Legters op 10/11 om 14.00 in De Harmonie een ‘Masterclass worldbuilding Zomervacht’, aan de hand van de vraag: hoe maak en verzin je de wereld van je film en hoe geef je die vorm? Legters won met zijn ‘production design’ het Gouden Kalf en werkte eerder voor onder meer Klem, De luizenmoeder en Achtste-groepers huilen niet.