De in Slochteren geboren schrijver/journalist Hans Hulst woonde en werkte lang in Myanmar. Dat land werd getroffen door een zware aardbeving. Foto: Jean-Pierre Jans
De allesverwoestende aardbeving in Myanmar laat de in Slochteren geboren Hans Hulst (50) niet onberoerd.
In de ochtend na de aardbeving had Hans Hulst (50) gelijk zijn schoonfamilie uit Myanmar aan de lijn. Die woont in Yangon (Rangoon), de voormalige hoofdstad van het Zuidoost-Aziatische land. Ze waren behoorlijk overstuur. „Gelukkig zijn ze ongedeerd. Dat was een grote opluchting.”
Het epicentrum van de aardschok die Myanmar vrijdagmorgen 28 maart met een kracht van 7,7 op de schaal van Richter trof, lag in de buurt van Mandalay, de tweede stad van het land, zo’n 500 kilometer noordelijk in het binnenland. Desondanks was er veel paniek, vertelt Hulst. Dat werd verergerd doordat de telefoonverbinding voortdurend wegviel. „Via een oom in Mandalay vernamen we dat daar veel gebouwen zijn ingestort. Ook bekende pagodes en zelfs een muur van het voormalige Koninklijke Paleis liggen in puin.”
Voor de buitenwereld is moeilijk in te bepalen hoe omvangrijk de ramp is. De militaire junta houdt de deuren het liefst potdicht. Spaarzaam sijpelen beelden van de verwoesting naar buiten. Het wetenschappelijk bureau de US Geological Survey schat dat het aantal slachtoffers kan oplopen tot 10.000. „Dit is een heel serieuze tragedie”, zegt Hulst.
‘De impact ervan werd onder het tapijt geveegd’
De grote vraag is of er voldoende hulpverlening beschikbaar komt. Afgaande op de cycloon Nargis die het land in 2008 teisterde, waarbij 140.000 slachtoffers vielen, heeft Hulst er een hard hoofd in. „De impact ervan werd onder het tapijt geveegd en hulpverleners werden tegengewerkt. Ook nu hoor ik dat de hulp van het regime in een stad als Sagaing uitblijft. De mensen staan er alleen voor.”
De staatskranten hebben dit keer wel melding gemaakt van de aardbeving en geschreven dat buitenlandse hulp welkom is. Hulst neemt het met een korreltje zout. „In de eerste plaats omdat generaal Min Aung Hlaing een goede beurt moet maken; hij heeft vorige week verkiezingen aangekondigd. Dus zie je hem nu her en der bij ingestorte gebouwen op de foto. De hulp die het land is binnengekomen, kwam in eerste instantie van juntavriendelijke landen als Rusland en China. Ik moet nog zien dat westerse hulpverleners – die door het leger worden gewantrouwd – het land worden binnengelaten.”
De machthebbers hebben er volgens hem überhaupt een handje van om slecht nieuws onder de pet te houden. Dit soort autoritaire regimes drijven op het uitstralen van een soort almacht. Als er iets faliekant misgaat, zoals bij een natuurramp, dan brokkelt dat imago af.
Hans Hulst: „De gifbeker lijkt in Myanmar geen bodem te hebben.” Foto: Jean-Pierre Jans
Bijgelovig land
Daar komt bij dat het overwegend boeddhistische Myanmar een heel bijgelovig land is. Een aardbeving wordt opgevat als een signaal. Van hogerhand wordt de regering als het ware gestraft voor wat het heeft misdaan. Dus moet het bewind dat verdonkeremanen of zo klein mogelijk houden.
Ook de lijdzame en fatalistische levensopvatting van de onderdanen helpt niet mee. Onheil moet je accepteren. Er is een sterk geloof in reïncarnatie. Dat heeft volgens Hulst ook positieve effecten. De Myanmarese bevolking is heel vrijgevig. Donaties zijn gunstig voor hun karma en wedergeboorte. „Het levert bonuspunten op. Mede daarom bieden ze spontaan hulp bij rampen als deze.”
Het gebeurt niet vaak dat Myanmar wordt getroffen door zo’n zware aardbeving. In de periode dat Hulst er woonde heeft hij elk jaar wel kleine schokken meegemaakt waarbij het gebouw waarin hij verbleef secondenlang trilde. „Dat was wel griezelig, maar kwam niet in de buurt van de kracht van deze aardbeving. Dit was de zwaarste in ruim een eeuw. Een vriend die op het bewuste tijdstip in Yangon in een café zat, vertelde dat het pand wel 3 minuten op zijn grondvesten schudde. Dat is extreem lang.”
‘Weinig aardbevingsbestendige constructies’
Er is naar zijn weten niet of nauwelijks aardbevingsbestendig gebouwd in Myanmar. Daarvoor is het land te arm. Als het al gebeurt dan door Japanse investeerders die hotels of kantoren bouwen. Die hebben hun eigen historie met aardbevingen, dus houden daar wel rekening mee.
Het doet Hulst veel. Hij heeft zijn hart verpand aan Myanmar, waar hij tussen 2014 en 2021 verbleef als journalist. De geboren en getogen Groninger kwam er in 2000 voor het eerst als toerist. „Het was helemaal niet mijn bedoeling om erover te gaan schrijven. Maar toen ik eenmaal in Myanmar aankwam, werd ik gegrepen door dit vreemde Aziatische land. Vergeleken met de buurstaten India en Thailand leek het alsof het een straatlengte achter in de tijd liep.”
Dat het land achterop is geraakt, heeft volgens hem alles te maken met de corrupte en onkundige manier waarop het decennialang door het leger is geleid. Tussen 1824 en 1948 was het onder de naam Birma een Britse kolonie. In 1962 kwam het uiteindelijk onder bewind van een militaire junta. „Meteen toen ik de grens over ging is mijn journalistieke fascinatie voor het land begonnen. De verhalen lagen op straat. Jarenlang ben ik het land als een soort parachutejournalist in- en uitgegaan.”
Dankzij internet ging de wereld voor hen open
In de loop van de jaren nul van deze eeuw verbeterden de levensomstandigheden en kwam er een proces van democratisering op gang. Het leger kwam met een nieuwe grondwet en in 2010 werden er verkiezingen uitgeschreven. Enkele maanden later trad een semi-burgerregering aan. In 2012 mocht de partij van Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi deelnemen aan tussentijdse verkiezingen en kwam het democratische icoon in het parlement terecht.
Anderhalf jaar later kreeg Hulst het aanbod om als redacteur voor een Engelstalig tijdschrift in Yangon te komen werken. „Precies op het moment dat ik in Nederland in scheiding lag en mijn leven probeerde te herijken.”
In januari 2014 verhuisde hij naar Yangon, waar hij ook zijn huidige partner leerde kennen. Niet veel later ging de hoofdredacteur van het tijdschrift waar hij werkte met pensioen en mocht hij het stuur overnemen. „Dat was een ontzettend interessante ervaring, ook omdat het land na 50 jaar dictatuur openging en begon op te bloeien. De economie werd geliberaliseerd. De censuur werd afgeschaft en er borrelden zeventien dagbladen op.” De aanloop ernaartoe verwerkte hij in zijn boek Birmese lente - De nadagen van de dictatuur in Myanmar (2014).
Het waren ook de jaren waarin de mobiele telefoon voor veel Myanmarezen binnen bereik kwam. Dankzij internet ging de wereld voor hen open. Facebook werd razend populair onder de bevolking. Mede dankzij buitenlandse investeringen kreeg de economie de broodnodige impulsen. Als klap op de vuurpijl won Aung San Suu Kyi in 2015 de verkiezingen. „Dat vormde het hoogtepunt. Het bracht enorm veel optimisme met zich mee. Op de dag van de verkiezingen was het hele land in extase.”
‘Fantastisch om mee te maken’
Inmiddels stond hij er – aan het roer van een ander blad – met zijn neus bovenop. „Het was fantastisch om mee te maken. Helaas begon het daarna langzaam bergafwaarts te gaan met het land.”
Aung San Suu Kyi. Foto: AFP
Voornaamste twistpunt waren de Rohingya, een kleine Moslim-minderheid in de westelijke provincie Rakhine. Het leger heeft die groep, ook voordat Aung San Suu Kyi aan de macht kwam, altijd gedemoniseerd. „In de staatspers werden ze zelfs schaamteloos omschreven als ‘kakkerlakken’. Zelf denk ik dat het een bewuste campagne was om nationalistische boeddhisten in die provincie af te leiden van hun roep om onafhankelijkheid.”
Het gevolg was dat de Rohingya door bijna iedereen in Myanmar met de nek werden aangekeken. Ze zijn vreselijk behandeld. Om met ze af te rekenen gebruikte het leger in 2017 een incident bij een grenspost in Rakhine als aanleiding om een grote militaire operatie in die provincie te starten. Gevolg: een miljoen Rohingya werden het land uitgebonjourd.
‘Lastig parket’
Het is nog altijd onduidelijk hoeveel mensen het leger tijdens die operatie heeft omgebracht, naar schatting zijn het minimaal 10.000. Zowel het Internationaal Strafhof (ICC) als het Internationaal Gerechtshof (ICJ) hebben de zaak opgepakt en zien er genocide in. Het gebeurde allemaal terwijl Aung San Suu Kyi aan de macht was. „Zij zat in een lastig parket. Altijd was ze de lieveling van het Westen geweest. Het probleem was dat haar kiezers een afkeer van de Rohingya hadden.”
Zelf stond ze er volgens Hulst ook niet positief tegenover. Van Laetitsia van den Assum, de voormalige ambassadeur in Myanmar die later in de de Rohingya Commissie heeft gezeten, vernam hij dat zij negatieve sentimenten koesterde jegens de bevolkingsgroep. „Maar dat is natuurlijk wat anders dan een operatie ontketenen om keihard met hen af te rekenen, zoals het leger op eigen houtje heeft gedaan.”
Ze had ernaar eigen zeggen geen grip op, maar heeft het daarna evenmin publiekelijk veroordeeld. Wel heeft ze later de verantwoordelijkheid genomen naar Den Haag af te reizen om in de genocide-zaak te getuigen in naam van Myanmar. „Op dat moment gingen mensen in Myanmar massaal met spandoeken de straat op om haar te steunen. Voor het volk was zij de heldin die het voor de natie opnam.”
Schrijver/journalist Hans Hulst. Foto: Jean-Pierre Jans
‘Door het volk wordt ze als een godin vereerd’
Inmiddels heeft het ICC een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de huidige juntaleider Min Aung Hlaing. De kans dat dit tot een arrestatie leidt is gering. Ondertussen verblijven de Rohingya nog steeds in vluchtelingenkampen in Bangladesh. De VN heeft wegens geldgebrek recent hun rantsoenen gehalveerd, tot onder het bestaansniveau.
Aung San Suu Kyi zit sinds de coup in 2021 achter slot en grendel in Myanmar. In juni wordt ze 80 jaar. Er komt weinig over haar naar buiten. Ze schijnt te kampen met diverse gezondheidsproblemen. „Door het volk wordt ze nog altijd als een godin vereerd. Het beschouwt haar als een baken van hoop.”
Het leger zit met haar in de maag. Als het haar vrij laat, vreest het dat ze misschien het volk gaat opruien. Als ze sterft, wordt ze een martelaar. „Ik kan me voorstellen dat het daar hoofdpijn van heeft”, schat Hulst in.
‘Met twee koffers in mijn kielzog’
Zelf heeft hij 3 weken na de coup in 2021 Myanmar halsoverkop verlaten. De grond werd hem te heet onder de voeten. Demonstraties tegen het militaire bewind werden met grof geweld neergeslagen. Yangon veranderde in een soort fort. Banken, winkels en restaurants sloten de deuren. Er kwam een avondklok. „Op mensen die zich daar niet aan hielden, werd met scherp geschoten. Bij een bovenbuurman ging een verdwaalde kogel door de ruit. In het straatje achter mijn appartement werd een aantal mensen neergeschoten, één was dood.”
Als westerling kon je er geen normaal leven meer leiden. Het dagelijks bestaan was te stressvol. „Toen hebben we besloten om te vertrekken. Met slechts twee koffers in mijn kielzog. Onze huisraad kon niet per container of op de boot worden gezet. Het was einde bedrijf.”
Maar ook weer niet helemaal. Eind vorig jaar legde hij zijn belevenissen en ervaringen vast in Exit Myanmar - Leven in een land in crisis. Met zijn tweede boek over het land was de cirkel voor hem rond.
‘Winnende ticket in de loterij van het bestaan’
Als een vluchteling beschouwt hij zichzelf niet. Hij beschikt immers over een Nederlands paspoort, „het winnende ticket in de loterij van het bestaan”. „Mijn partner is mij enkele maanden later achterna gereisd. Door gedoe met documenten had dat nog veel voeten in de aarde. Mijn boeken en katten zijn nog steeds in Myanmar.”
Hij vindt het „een vreemd idee” dat ze daar nog zijn. “Eigenlijk sta ik met een been in Myanmar en met het andere in Nederland. Terwijl het slechte nieuws over de aardbeving elke dag binnenkomt, zonder dat je iets kunt doen. Het lijkt maar niet op te houden met de ellende in het land. Daarom was het ook zo mooi dat 11 jaar geleden de Birmese lente aanbrak. Door die militaire coup is het optimisme met een gigantische dreun de kop ingeslagen. De gifbeker lijkt in Myanmar geen bodem te hebben.”
Boek
Titel: Exit Myanmar - Leven in een land in crisis
Auteur: Hans Hulst
Uitgever: Murrow.
Prijs: 26,99 euro (384 blz)
In het kort
Hans Hulst: „De gifbeker lijkt in Myanmar geen bodem te hebben.” Foto: Jean-Pierre Jans
Hans Hulst is geboren in het gehucht Denemarken vlakbij Slochteren. Zijn vader, de journalist Ton Hulst kwam op 43-jarige leeftijd te overlijden. De vier kinderen hebben een extreem vrije jeugd gehad. Zijn broer Auke (49) heeft die beschreven in Kinderen van het ruige land (2012).
Samen met Auke speelt Hans in de band Hulst, voorheen De Meisjes. Op dit moment werken ze aan een nieuw muzikaal project. Hulst woont in Amsterdam.