Demonstratie van derdelanders in Den Haag Foto: ANP/Hollandse Hoogte/Arie Kievit
Voor 2900 vluchtelingen uit Oekraïne met een andere nationaliteit, de zogenoemde derdelanders, vervalt maandag de tijdelijke beschermingsregeling die geldt voor vluchtelingen uit Oekraïne. Wat zijn de gevolgen voor de asielketen en leidt dit tot extra druk op Ter Apel? Acht vragen over het nieuwste hoofdstuk in de slepende asielcrisis.
Over wie hebben we het?
Het gaat over een groep derdelanders van 2900 mensen. Zij hadden een tijdelijke Oekraïense verblijfsvergunning, en moesten net als andere Oekraïners vluchtten voor het Russische oorlogsgeweld. De meesten studeerden of werkten in Oekraïne: hadden een leven opgebouwd.
In Nederland kregen ze aanvankelijk dezelfde rechten als vluchtelingen met een Oekraïense nationaliteit. De derdelanders vielen namelijk onder dezelfde Europese richtlijn. Daardoor mochten ze in een opvang voor Oekraïners wonen en kregen ze toestemming om te werken.
In de provincie Groningen bestaat de groep uit 120 derdelanders. Voor Drenthe kan de Veiligheidsregio de laatste cijfers niet geven, maar een paar week geleden ging het om ongeveer 200.
Waarom moeten derdelanders weg en mogen Oekraïners blijven?
Demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (asiel, VVD) besloot vorig jaar deze tijdelijke bescherming in te trekken, omdat derdelanders volgens het kabinet veilig terug kunnen naar hun geboorteland. Ook wilde hij de gemeentelijke opvanglocaties ontlasten.
Daarnaast bleek de gunstige regeling de instroom van Oekraïners naar Nederland in de zomer van 2022 te vergroten. Daardoor ontstond het vermoeden dat derdelanders misbruik maakten van de regeling.
Wat betekent dat voor de derdelanders?
Derdelanders krijgen een vertrektermijn van 28 dagen om Nederland te verlaten of asiel aan te vragen. Binnen die periode kunnen ze gebruik maken van een bed-bad-broodregeling.
Dat betekent dat er na 4 september twee groepen bestaan. De één is die van mensen die ‘in beeld’ zijn. Dat zijn de vertrekkers, die daarbij financiële steun krijgen om te remigreren. Ongeveer 570 mensen hebben zich hiervoor aangemeld bij de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V).
Daarnaast is van 700 vluchtelingen bekend dat zij hun asielprocedure doorzetten. Die groep wordt nu al overgeplaatst naar beschikbare coa-locaties. Een daarvan is het nieuwe azc aan de Europaweg in Groningen.
De tweede groep mensen, die na 4 september asiel aanvraagt, komt in het ‘normale’ asieltraject terecht. Zij mogen de eerste zes maanden van de procedure niet werken, moeten zich aanmelden in Ter Apel en worden daar waarschijnlijk ook opgevangen.
Wat gebeurt er met de mensen die niets hebben aangegeven?
Vanwege de beperkte interesse in de terugkeerregeling, dan wel in de asielprocedure, verwacht de regering dat verreweg de grootste groep derdelanders per 4 september illegaal in Nederland verblijft.
Volgens het Leger des Heils vergroot dat het risico dat mensen dakloos raken en wellicht aankloppen bij de al ‘overvolle daklozencentra.’ Ook FEANTSA, de Europese Federatie van Nationale Organisaties die werken met dakloze mensen, en haar Nederlandse lid Valente, vreest dat mensen in de illegaliteit zullen verdwijnen met het risico op misbruik en mensonwaardige situaties, laat ze weten in een statement. ,,We vrezen dat mensen op straat komen te staan en dat gemeenten geconfronteerd worden met een chaotische situatie en extra druk op diensten.”
Gaat dat zorgen voor buitenslapers in Ter Apel?
Voor derdelanders die ná 4 september alsnog asiel aan willen vragen, werkt het COA, samen met de IND, aan een locatie in het land waar deze groep tijdelijk wordt opgevangen. Deze locatie is vooralsnog niet gevonden.
Het COA verwacht zelf niet dat de extra toestroom tot meer problemen in de opvangketen zal leiden. Dit ondanks dat er nog meerdere noodopvanglocaties zijn, waarvan de bestaanszekerheid ook niet zeker is. Zo lopen de contracten voor Zuidbroek en Assen binnen een maand af.
Maar waarom hebben ze niet eerder asiel aangevraagd?
Derdelanders weten al langer dat hun status tijdelijk is. Toch houden velen de hoop dat ze kunnen blijven. Zij woonden vaak al jaren in Oekraïne toen de oorlog uitbrak. Zij vinden dat alle vluchtelingen uit Oekraïense dezelfde behandeling verdienen.
Bovendien heeft Nederland laten zien dat niet alles in beton is gegoten. Eigenlijk had deze groep op 4 maart al weggemoeten, dat is destijds uitgesteld. Ook kregen vierhonderd derdelanders begin februari een brief waarin stond dat ze nog een jaar in Nederland mochten blijven. Die brief bleek later bedoeld te zijn voor vluchtelingen met een Oekraïense nationaliteit, maar heeft voor veel verwarring gezorgd.
Hebben derdelanders dan geen recht om te blijven?
Daarover wordt nog juridisch gebakkeleid. In maart ontstonden bij verschillende organisaties twijfels over de juridische basis voor het beëindigen van de opvang voor de derdelanders. De IND, de Raad voor de Rechtsbijstand en Vluchtelingenwerk spanden daarom in een pilot twaalf proefprocessen aan om het oordeel van de rechter te vragen.
Begin augustus heeft de rechter in één van de zaken uitgesproken dat het beëindigen van tijdelijk bescherming voor derdelanders juridisch kan. Woensdag oordeelde de rechtbank in drie andere rechtszaken juist in het voordeel van de derdelanders. Volgens de rechtbank mag het kabinet de opvangregeling voor derdelanders pas stopzetten als de Raad van de Europese Unie dat heeft besloten. Nederland kan daar niet zelfstandig van afwijken.
Volgens Vluchtelingenwerk is de kans klein geworden dat de Raad van State op 4 september uitsluitsel kan geven over de juridische houdbaarheid van het plan om de opvang te beëindigen. Er komen nog meer uitspraken aan over soortgelijke zaken, en de organisatie is van plan door te procederen tot aan de Raad van State. Zij roepen het kabinet daarom op de beschermingsregeling opnieuw te verlengen. De staatssecretaris heeft daaraan geen gehoor gegeven; ook niet na de uitspraak.
Vluchtelingenwerk denkt dat juridische onduidelijkheid kan zorgen voor chaotische situaties. „Derdelanders zijn zich ervan bewust dat er nog steeds een juridisch perspectief bestaat om in Nederland te mogen blijven. We zijn bang dat een deel van hen daarom niet zal meewerken aan het verlaten van de opvang’”, schrijft de organisatie op haar website.
Wat betekent dit voor gemeenten?
Het wegvallen van de beschermingsregeling brengt gemeenten en locatie managers in een lastig parket: zij moeten ervoor zorgen dat de vluchteling uit de (gemeentelijke) opvang vertrekt. Rein Koopman, locatiemanager van de Oekraïne opvang in Oude Pekela, acht de kans groot dat derdelanders in de illegaliteit belanden. „Bij ons verblijven nu tien derdelanders. Dat zijn onder meer Marokkanen, Pakistanen en een Indische man. Zij kunnen in principe veilig terugkeren naar het land van herkomst, maar doen dit niet want ze zijn hier om geld te verdienen. Ik denk dus niet dat ze snel teruggaan.”
In het Veiligheidsberaad werden dinsdag door burgemeesters vergelijkbare zorgen uitgesproken. Volgens voorzitter Wouter Kolff moet het kabinet „ten alle tijde” voorkomen dat mensen in de illegaliteit belanden.