Asielzoekers voor wie geen plek is in Ter Apel worden opgevangen in Den Haag Foto: ANP/Jeroen Jumelet
De vrees was groot dat het aanmeldcentrum in Ter Apel deze week weer zou overstromen. Het gebeurde niet. Met dank aan een paar hulpvaardige gemeenten. ‘Je ziet het en denkt: dit kan niet.’
„Binnen een dag was het geregeld”, zegt wethouder Julius Terpstra (CDA) in Leiden. Een leegstaand kerkgebouw, een telefoontje met het kerkbestuur, toestemming van de bisschop en schakelen met het COA: meer was er niet voor nodig om acute noodopvang voor asielzoekers te regelen in zijn gemeente.
„We hoorden vorige week maandagavond dat er mogelijk weer mensen buiten moesten slapen in Ter Apel. Ons uitgangspunt is: als we kunnen helpen dan helpen we. Dat zit in het dna van onze stad.”
Leiden en Utrecht waren de eerste twee niet-noordelijke gemeenten die vorige week aanboden om asielzoekers op te vangen en Ter Apel te ontlasten. Later volgden Zutphen, Nissewaard en Den Haag. Mede dankzij hun hulp ging het deze week niet weer mis bij het aanmeldcentrum, zoals wel werd gevreesd.
‘Het is een kwestie van organiseren’
„Zo ingewikkeld is het niet”, zegt burgemeester Wimar Jaeger (D66) van Zutphen. „We hebben een sporthal vrijgemaakt. Daarvoor moet je wat activiteiten verplaatsen, telefoontjes plegen met verenigingen, bedden regelen met COA en Rode Kruis. Het is een kwestie van organiseren.”
Voor Jaeger is het volstrekt logisch dat zijn gemeente te hulp schiet. „Het kan echt niet dat er in dit land mensen buiten slapen. Deze mensen zijn nú hier, dus die moet je met empathie en compassie opvangen. Dat vindt de overgrote meerderheid in onze stad. We hebben hier een goedlopend groot azc. Daar zijn veel inwoners mee begaan en ook nu bieden zich spontaan vrijwilligers aan.”
Het kan dus wel, vindt Jaeger belangrijk om te vertellen. „En al zou het fijn zijn als het Rijk meer regie zou pakken in de opvang, neemt dat niet weg dat gemeenten de verantwoordelijkheid kunnen pakken om dit praktisch te regelen.”
‘Als het Rijk niet naar voren stapt moet je het met elkaar regelen’
Vanuit gemeenten klinkt stevige kritiek op minister Marjolein Faber van Asiel en Migratie. Zij zou de organisatie van opvang te veel overlaten aan gemeenten en slecht bereikbaar zijn voor overleg. „De noodoproep kwam niet vanuit het Rijk”, zegt de Utrechtse wethouder Rachel Streefland (ChristenUnie). „Je ziet in de media dat het COA alleenstaande mannen niet meer naar binnen kan laten en dat noordelijke burgemeesters ‘s avonds laat zelf bedden in elkaar staan schroeven. Dan denk je: dit kan niet.”
Asielzoekers bivakkeerden buiten bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Foto: ANP/Jaspar Moulijn
Utrecht stelde, zoals de stad al vaker deed, de Jaarbeurs beschikbaar voor de opvang van honderd asielzoekers. „Als het Rijk niet naar voren stapt, moet je met andere gemeenten onderling regelen. Een treintje bouwen. Leiden heeft plek voor een paar weken, daarna kunnen die mensen bij ons terecht, dan verhuizen ze door naar Zaandam en Biddinghuizen. Je moet het zelf sturen, want bij het COA lukt het met al die druk zelden om afspraken na te komen.”
‘Een kerkzaal met stapelbedden en mobiel sanitair buiten’
De Jaarbeurs, de leegstaande kerk, de sporthal: het zijn geen plekken waar asielzoekers langdurig terecht kunnen. Utrecht was onlangs gestopt met de opvang van Oekraïners in de Jaarbeurs omdat mensen daar te lang moesten verblijven. „Daar is die hal niet geschikt voor”, zegt Streefland. In de kerk in Leiden wil de gemeente niet langer dan drie weken onderdak bieden. „De voorzieningen zijn echt minimaal”, zegt wethouder Terpstra. „Een kerkzaal met stapelbedden en mobiel sanitair buiten.”
In Den Haag kunnen de negentig asielzoekers die maandag arriveren wel langer blijven: vier maanden. De gemeente had al een kantoorpand klaarstaan voor de opvang van Oekraïners, maar omdat het te lang duurde om vergunningen rond te krijgen, hadden die al een andere plek gekregen. „Het ministerie nam contact met ons op”, zegt wethouder Mariëlle Vavier (GroenLinks). „Die hulpverzoeken komen vaker. Het is een soort continue staat van paniek. Dit keer konden wij gelukkig snel handelen.”
‘Verzet en onrust krijgen de meeste aandacht in de media’
Ook Den Haag is een gemeente die al eerder te hulp is geschoten. Toen de gemeente vorig jaar asielzoekers opving in Kijkduin, leidde dat tot onrust. Toch is Vavier daar nu niet bevreesd voor. „Verzet, onrust en overlast krijgen de meeste aandacht in de media maar het gaat vrijwel altijd goed. We hebben net onderzoek gedaan naar al onze opvanglocaties en steeds zien we dat omwonenden van tevoren veel negatiever zijn dan als het een tijdje loopt. Dat was bij Kijkduin ook. Bewoners zeggen dat ze nergens last van hebben gehad. Vrijwilligers vonden het jammer dat het al zo snel weer dichtging.”
Het is jammer dat niet meer gemeenten vrijwillig de nek uitsteken, vindt Vavier. „Ik zag vorige week weer de beelden van Ter Apel. Dan zie je hoe de rest van het land het Noorden in de steek laat. En hoe er weer middenin de nacht weer met mensen wordt gesleept. Zo verdrietig.”
Acute asielopvang ter verlichting van Ter Apel
De eerste acute nood werd begin vorige week opgevangen door Stadskanaal (maandagnacht) en Borger-Odoorn (dinsdagnacht). Vanaf woensdag 18 september konden 100 mensen naar de Jaarbeurs in Utrecht en 80 naar de Antoniuskerk in Leiden. De sporthal in Zutphen is sinds zondag 22 september gereed om in geval van nood te gebruiken voor 100 asielzoekers, dat is nog niet nodig geweest. Den Haag stelt het kantoorpand vanaf komende maandag beschikbaar voor 90 mensen. Dan opent ook nog een kleinere crisisnoodopvang met 28 plekken in Nissewaard.
Dat Ter Apel deze week niet weer de poort moest sluiten voor wachtende mensen komt deels door de hulp van deze gemeenten. Daarnaast was de instroom lager dan verwacht.