Wie een elektrische auto heeft en die op zonnige dagen thuis kan opladen, komt al een heel eind. Foto: ANP
Zonnepanelen zijn minder gaan lonen. Maar ze kunnen nog steeds hun geld waard zijn als huishoudens erin slagen om meer opgewekte stroom zelf te verbruiken. Hoe krijg je dat voor elkaar?
Uit onderzoek van Gaslicht.com blijkt dat de terugverdientijd van zonnepanelen voor een alleenwonende die 30 procent van zijn zonnestroom zelf verbruikt, vanaf 2027 wanneer de alderingsregeling eindigt, in één klap van zeven naar twintig jaar gaat. Bij een huishouden van vier personen met 30 procent eigen verbruik loopt die terugverdientijd op van zes naar zestien jaar.
Omdat zonnepanelen een levensduur van ongeveer 25 jaar hebben, lopen consumenten er dan ook niet meer zo warm voor. Volgens onderzoeksbureau Multiscope hebben zij vorig jaar bijna 2,5 miljard euro minder uitgegeven aan panelen. Zij hebben juist meer geld gestoken in isolatie.
De meeste zonnepanelenbezitters benutten zelf ongeveer 30 procent van hun opgewekte stroom. De rest leveren zij terug aan het stroomnet. Na de afschaffing van de salderingsregeling wordt het verbruiken van meer eigen zonnestroom belangrijker. Berekeningen van Gaslicht.com tonen namelijk aan dat in die nieuwe situatie de terugverdientijd van zonnepanelen jaren korter wordt als huishoudens de helft van hun opgewekte stroom zelf verbruiken.
Wie een elektrische auto heeft en die op zonnige dagen thuis kan opladen, komt al een heel eind. „Dat zijn grootverbruikers van stroom”, zegt Wijnand van Hooff van brancheclub Holland Solar. Dat geldt ook voor warmtepompen. Van Hooff raadt zonnepanelenbezitters eveneens aan om hun airco, vaatwasser, wasmachine of droger aan te zetten als de zon schijnt.
Thuisbatterij
Zonnestroom opslaan op een thuisbatterij zorgt er ook voor dat minder elektriciteit hoeft te worden teruggeleverd aan het net. Maar volgens Ben Woldring van Gaslicht.com kunnen mensen het beste tot 2027 wachten met de aanschaf daarvan. „De ontwikkelingen gaan ontzettend snel. Als je nog anderhalf jaar wacht, kan het zijn dat je dan een thuisbatterij met een grotere opslagcapaciteit voor minder geld kunt kopen.”
Wie niet tot 2027 wil wachten, kan volgens Woldring een kleine thuisbatterij overwegen waarop een paar kWh aan stroom kan worden opgeslagen. „Er zijn ook grote thuisbatterijen met een capaciteit van 10 tot 15 kWh. Maar die zijn veel duurder en hebben economisch weinig zin. Een kleine thuisbatterij is goedkoper en je kunt er voldoende stroom voor je normale verbruik in huis op kwijt voor in de donkere uren. Maar batterijen kunnen absoluut nog niet de stroom van de zomer opslaan voor in de winter.”