Lammert Tel organiseerde 2 juni een demonstratie tegen de exmoorpony's in het Aeckingerzand. Foto: Jilmer Postma
De exmoorpony’s in het Aekingerzand zijn aan de wolven overgeleverd en die leren zodoende paarden te eten. Dat is de aanklacht van twee paardenhouders in de rechtbank Assen vrijdag. Ondertussen wordt de eigenaar van de pony’s met de dood bedreigd.
Bij het Aeckingerzand in het nationaal park Drents-Friese Wold zijn drie ponyveulens verdwenen. Van één zijn resten teruggevonden. Hoofdverdachte: de wolf. Paardenhouders Harm Jan Veenstra uit Boijl en Lammert Tel uit Een vrezen dat door deze aanvallen wolven aanleren paarden te eten. Ze willen dat de twaalf exmoorpony’s binnen 48 uur worden verwijderd, op laste van een dwangsom.
De twee paardeneigenaren spreken namens meerdere paardenhouders in het gebied. Ze vrezen dat de wolf straks ook met pony’s en grote paarden uit hún weide dineert. Deze angst wordt vergroot omdat de moederwolf van de Drents-Friese roedel uit de Duitse Barnsdorf-roedel afkomstig is, een groep die in het verleden vaker grote grazers pakte.
De aanklacht richt zich naar Staatsbosbeheer en naar Jaap Mekel, die eigenaar is van de exmoorpony’s. Maar Mekel begrijpt niet waarom het protest zich tegen hem keert. Staatsbosbeheer huurt hem in voor begrazing. Toch stond ook zijn naam op een spandoek tijdens een protestactie begin juni in Appelscha. Die was door paardenhouders onder aanvoering van Lammert Tel georganiseerd. Het doek met Mekels naam erop kwam boven de provinciale weg te hangen.
„Ik heb doodsbedreigingen ontvangen. Serieus. ‘Een kogel door die rotkop van je’, ‘We pakken je’. Deze heren hebben dat misschien niet zo bedoeld, maar het is een gevolg van wat zij in gang hebben gezet.”
Bij de provinciale weg dichtbij het bezoekerscentrum van het Drents Friese Wold hangen spandoeken tegen Mekel en Staatsbosbeheer. Foto: Jilmer Postma
„Afschuwelijk en totaal afkeurenswaardig”, oordeelde de rechter meteen. Advocaat Bertil Westers (Bout Advocaten) haastte zich te zeggen dat zijn cliënten daar niets mee te maken hebben.
Angst voor dode dieren
Volgens Jeroen Langbroek, advocaat namens Staatsbosbeheer, is er geen aanleiding om te denken dat de verdwenen exmoorpony’s in het natuurgebied leiden tot dode paarden bij omwonenden.
De rechter gaf vrijdag aan het begin van de rechtszaak expliciet aan níét te willen praten over de vraag of kleine natuurgebieden geschikt zijn om de wolf te herbergen. Foto: Jilmer Postma
Paardenhouder Veenstra uit Boijl vreest dat wel, hoewel hij gebruik maakt van wolfwerend raster en hij zijn veulens ‘s nachts naar binnen haalt. Hij woont 150 meter van het Aekingerzand en ziet zijn dieren regelmatig in een hoek van de wei snuiven vanwege gevaar. „Ik ben een paardenman in mijn hart. Ik zit er niet op te wachten dat ik hier volgend jaar weer zit om te zeggen: ‘Drie van mijn dieren zijn opgegeten’”, begint hij. De man, groot van stuk, schiet vol.
Met een dichtgeknepen keel vervolgt hij: „Het is wachten tot dat gebeurt. Wolven leren nu om paardenvlees te eten.”
Oerinstinct van Exmoors
Dat laatste betwisten Staatsbosbeheer en Mekel. Volgens hen zijn exmoorpony’s weerbaar en kunnen de dieren zich in een kudde goed verdedigen tegen de wolf. Mekel: „Er is naar mijn weten nog nooit een volwassen dier gepakt.” Dat er wel veulens worden aangevallen, hoort volgens hem bij het proces waar de kudde doorheen moet om te leren omgaan met de wolf.
De paardeneigenaren in de rechtbank gaan daar tegenin. Volgens hen wordt het oerinstinct van exmoorpony’s hier overschat, omdat de dieren gefokte landbouwhuisdieren van 1,30 meter hoog zijn, die tevens gebruikt worden voor ritjes met kinderen of het trekken van een kar.
Paardenfokker Tel vindt dat Mekel niet goed voor zijn dieren zorgt. „Je weet van te voren: als je veulens in zo’n natuurgebied neerzet, worden ze opgevreten. Zo’n veulen moet in de stal.”
‘Alsof je reeën op stal zet’
Mekel gaat daar tegenin. „Dit zijn echt andere paarden dan exmoors bij fokkers. De voorouders van deze pony’s hebben ook altijd in het wild geleefd. Ze komen alleen met mensen in aanraking bij vervoer of chippen. Als je deze dieren op stal zet, is dat heel stressvol: alsof je reeën op stal zet. Ze vinden het niet fijn om geborsteld worden. Dát is dierenmishandeling.”
Volgens Mekel kunnen deze exmoors alleen naar de slager als ze het gebied uit moeten. „Want er is geen andere plek waar deze pony’s dierwaardig – exmoorwaardig – gehouden kunnen worden.”