Het veulen Elvira met met haar moeder. Foto: Eigen foto
Een 47-jarige paardenhouder en zijn oud-medewerkster (36) zijn veroordeeld voor het stelen van een jong veulen in 2022. Het tweetal ontvreemdde het dier op klaarlichte dag tijdens een paardenkeuring, recht onder de neus van de eigenaar.
De ‘ontvoering’ van het veulen, de destijds 3,5 maand oude Elviera, kwam voort uit een slepend conflict tussen de twee verdachten en een paardenhoudster. Een hengst van de 47-jarige mannelijke verdachte dekte de merrie waaruit het veulen geboren werd. Daarop ontstond een geschil over niet-betaalde rekeningen.
Felle discussie
De drie raakten op 6 augustus 2022 tijdens een paardenkeuring voor het Bonte Paarden Stamboek in Dalerveen verwikkeld in een felle discussie, waarbij er ook flink aan het hoofd van het dier getrokken werd. De manegehouder besloot het dier en de ruziënde handelaren hun dispuut buiten de stal te laten uitvechten. Daarop rukten de twee verdachten het veulen volgens ooggetuigen met geweld los en zetten het rap in een paardentrailer, waarop het duo vertrok.
In eerste instantie besloot het Openbaar Ministerie de zaak tegen de twee verdachten te laten vallen wegens een gebrek aan bewijs. Nadat de eigenaresse van het veulen een zogeheten artikel 12-procedure startte moest het OM toch tot vervolging overgaan. Een civiele rechter oordeelde eerder al dat de verdachten het dier terug moesten brengen naar de eigenaresse.
‘Diefstal was nooit de opzet’
Nu worden ze ook strafrechtelijk vervolgd voor het ontvoeren van Elviera. De twee verdachten worstelen met de zaak, weet ook de politierechter. „Er is best het een en ander gebeurd, met veel onenigheid”, zegt hij. De vrouwelijke verdachte veert op. „Dit gaat verder dan onenigheid”, zegt ze boos. Haar medeverdachte, die kampt met een burn-out, had de hoop dat de zaak na de civiele rechtszaak afgerond zou zijn. „Het stelen van het veulen was nooit de opzet, we wisten niet eens dat de eigenaresse op de keuring zou zijn.”
De emoties zitten hoog bij het tweetal, dat de rechter en de officier van justitie regelmatig onderbreekt. Die hebben door alle verhalen en beschuldigingen over en weer moeite om de focus op de ontvoering te houden. De verdachten ontkennen hun betrokkenheid niet, maar vinden het oneerlijk dat zij als verdachten worden gezien. „Ik ben best wel verneukt”, zegt de man. „Het voelde daarom niet als diefstal. Zij betaalde niet, dus het mocht.”
Lichte taakstraf
Dat er veel zaken spelen tussen de partijen is de rechter wel duidelijk. „Maar het gaat mij over de vraag of er op 6 april een diefstal heeft plaatsgevonden, en dat is zo. Dat had u niet mogen doen.” De eis van de officier van justitie, die een taakstraf van 32 uur eist waarvan de helft voorwaardelijk, vindt hij redelijk. Ook moeten de dieven een schadevergoeding van 222,25 betalen aan de eigenaresse van Elviera.