Schaapskudde Het Stroomdal in Schipborg moet nu elke nacht achter een wolvenraster staan. Het plaatsen en onderhouden daarvan is zwaar werk en kost enorm veel tijd. Foto: Jaspar Moulijn
De nood is hoog voor schaapskudde Het Stroomdal in Schipborg. De kudde heeft dringend een nieuwe, grotere schaapskooi nodig, maar dat blijkt lastig. Ondertussen neemt de noodzaak toe door het blauwtongvirus en de wolf.
De zon laat zich voorzichtig zien achter het wolkendek. De schaapskudde van Het Stroomdal graast deze ochtend op de heide van natuurgebied Strubben/Kniphorstbos bij Anloo. Schaapherder Julie Teunen haalt de stroom van het wolfwerende raster af en opent het. Even fluit ze, waarna haar twee honden de kudde de open heide opdrijven.
De kudde is een paar kilometer verwijderd van haar onderkomen; een oud defensiegebouw bij Schipborg naast de N34. Even voor Teunen op pad ging met de kudde, liet ze de ruimte zien. Samen met bestuursleden van de stichting van de schaapskudde Het Stroomdal.
Veel te klein
De huidige kooi van de schaapskudde is veel te klein. Sinds 2006 begraast de kudde het Nationaal Park Drentsche Aa, in opdracht van Staatsbosbeheer. De ongeveer 250 schapen houden samen met zo’n 40 heidekoeien het heidelandschap gezond. „De schuur is, denk ik, 60 vierkante meter. Terwijl we voor het aantal schapen minimaal 400 vierkante meter nodig hebben”, schat bestuurslid Reinier Van Klinken.
Daardoor is niet genoeg ruimte om te lammeren. Schaapsherder Teunen moet tijdens de lammerperiode het gebied uit, naar een stal in Annen op zo’n 7 kilometer afstand. Te voet kan niet, vanwege de ligging aan de andere kant van de N34. Teunen: „De huur van die stal en het vervoer met de vrachtwagen ernaartoe kosten extra geld.”
Het huidige onderkomen van schaapskudde Het Stroomdal is veel te klein. Foto: Jaspar Moulijn
Ook in de winter is er te weinig plek. In die periode zitten minder voedingsstoffen in de grond en moeten de schapen worden bijgevoerd. „Dat kan niet als schapen als sardientjes in een blikje zitten”, legt Teunen uit. „Alle schapen moeten tegelijk kunnen eten, anders verdrukken ze elkaar.”
Blauwtongvirus en wolf
De noodzaak van een grotere kooi is de laatste tijd alleen maar toegenomen. Met een uitbraak van het blauwtongvirus moeten zieke dieren apart worden gezet. Ook hier sloeg het virus afgelopen zomer flink toe. Een enkel schaap is nog steeds herstellende en loopt deze ochtend strompelend door het gras.
Ook ervaren de herders druk van de wolf. De kudde moet nu elke nacht achter een wolfwerend raster staan. Het plaatsen en onderhouden daarvan is zwaar werk en kost enorm veel tijd. Zo’n 20 uur extra per week, schat Teunen. Tijd die ze niet vergoed krijgt.
„De rasters moeten vrij blijven van begroeiing, zodat de stroom erop blijft staan. Af en toe valt er een boom op of proberen andere dieren door de rasters heen te gaan”, legt Teunen uit. Met een grotere plek worden de schapen van het Stroomdal in elk geval in de nacht beschermd tegen de wolf.
Niet nieuw
De schreeuw om een nieuwe kooi is niet nieuw. Zo was er een paar jaar geleden een plan voor een ‘stroomdalboerderij’, een samenwerking met een biologisch landbouwbedrijf. Ook werd er gedacht aan een nieuwe schaapskooi met horeca en infocentrum bij de parkeerplaats van het Kniphorstbos in Anloo.
Maar keer op keer blijkt financiering een lastig verhaal. „Dan willen partijen als de gemeente Aa en Hunze en Staatsbosbeheer wel, maar het strandt vaak op geld”, weet bestuurslid Dino Andriol. „Je bent alleen al veel geld kwijt om een plan op papier te zetten en uit te zoeken wat de impact precies is. Het kan ook wel wat eenvoudiger”, denkt hij.
Ook andere voorwaarden maken de zoektocht lastig. Niet elk gebouw in het gebied is zomaar geschikt. Van de provincie moeten de schapen ondergebracht worden in een bestaand pand. Ook wil ze dat de kooi tegen een dorpskern aan ligt.
Het huidige thuis van de schaapskudde is een oud defensiegebouw op een voormalig oefenterrein in de buurt van Schipborg pal naast de N34. Foto: Jaspar Moulijn
Midden in begrazingsgebied
In de meest ideale situatie ligt een nieuw huis voor de schapen midden in het begrazingsgebied. Sinds twee jaar is dat groter geworden en bestaat het behalve het Strubben/Kniphorstbos ook uit delen bij Oudemolen en de Gasterense Duinen.
Anloo en Schipborg liggen aan de buitenkant van dat gebied. „Dat is niet ideaal. Als je naar Oudemolen loopt, een paar kilometer verder op, dan hebben de schapen zich al volgevreten. En dan moet je ook nog terug”, legt schaapsherder Teunen uit. „Toch zouden we ook daar blij mee zijn.”
Hoe die nieuwe schaapskooi eruitziet, maakt Teunen niets uit. „Als-ie maar groot genoeg is”, zegt ze. „Liever snel een grote kooi op een niet-perfecte locatie, dan dat het nog jaren duurt voor we iets vinden op de ideale plek.”
Julie Teunen is sinds vijf jaar schaapherder van schaapkudde het Stroomdal in Schipborg. Foto: Jaspar Moulijn