Burgemeester Renze Bergsma van Coevorden krijgt een 'broescursus' Drents van directeur Renate Snoeijing van Huus van de Taol en streektaalambassadeur Henk van Tellingen (rechts). Foto Rens Hooyenga
Wie nog maar weinig van het Drents weet, wordt al snel op het verkeerde been gezet. Zoals Brabander Renze Bergsma, sinds kort burgemeester van Coevorden. Hij kreeg donderdag een ‘broescursus’.
‘Je kunt wel ies geliek hebben’ (ik geloof er niks van, zegt de Drent daarmee). Of: ‘het kun minder’ (het was goed). Het Huus van de Taol heeft voorbeelden te over die niet-Drenten dikwijls verkeerd interpreteren. Om de nieuwe burgemeester van Coevorden Renze Bergsma voor grote valkuilen te behoeden, spijkert de streektaalorganisatie niet alleen zijn Drents een beetje bij. De ‘broescursus’ speciaal voor hem gaat ook in op gewoonten, gebruiken en de volksaard.
‘Coevordenaren schakelen al snel over op het Drents’
Bergsma is geboren Rotterdammer met Friese roots. Zowat zijn hele leven woonde en werkte hij in Noord-Brabant. In zijn wittebroodsweken in Coevorden is hij al regelmatig met het Drents in aanraking gekomen. ,,Zoals bij het feliciteren van echtparen die 60 jaar zijn getrouwd. Ze beginnen vaak in het Nederlands, maar schakelen al snel over op het Drents. Dat gebeurt op het moment dat de plichtplegingen achter de rug zijn en het gesprek wat vrijer wordt. Bijna alles, toch wel 95 procent, begrijp ik.’’ Sinterklaosje (speculaasje) is het mooiste woord dat Bergsma tot nu toe tegenkwam.
Directeur Renate Snoeijing en streektaalambassadeur Henk Van Tellingen hebben niet de illusie Bergsma in een uurtje tijd Drents te laten spreken. ,,Maar het is voor een burgemeester wel van belang dat hij bepaalde uitdrukkingen kent en begrijpt hoe de Drent in elkaar steekt’’, zegt Snoeijing.
‘Moi betekent goedemorgen, goedemiddag, goedenavond en goedenacht’
Al met een handvol tips kan Bergsma een goede indruk maken. Zoals ‘groet altijd’. Bergsma: ,,Da’s niet zo moeilijk, want volgens mijn kinderen doe ik dat toch al aan de lopende band.’’ Dat groeten kan door even de vinger op te steken, maar ‘moi’ is altijd goed. ,,Dat betekent goedemorgen, goedemiddag, goedenavond en goedenacht’’, verklaart Van Tellingen. ,,Moi kun je ook gebruiken bij het afscheid. ‘Nou, moi hè?’ Wil je iets anders, zeg dan ‘tjeu’. Zie je wel, Drents is niet zo moeilijk.’’
‘Zat’ betekent niet dronken maar genoeg gegeten, ‘snakken’ is niet verlangen maar opscheppen en lief staat niet voor aardig maar lichaam. Niks is ‘slimmer’ as stille blieben staon? Zanger Daniël Lohues heeft het niet over ‘verstandiger’ maar ‘erger’. Lohues, vraagt Bergsma zich even af. ,,Oh, de zanger van Skik!’’ Zeg dat dan.
Bergsma vindt het Drents ronder en voller klinken dan het harde Nederlands. Dat komt volgens Van Tellingen mede door het inslikken van de ‘e’ en het aan elkaar knopen van losse woorden. ‘Hen hoes’ (naar huis) staat er, maar het klinkt als (wie gaot) ‘henoes’.
Pas met de deurklink in de hand komt de vraag
Dat de Drent bescheiden is en nooit met de deur in huis valt, is een andere les die Bergsma in zijn oren knoopt. Wie iets van de buren wil, vraagt hen eerst om even langs te komen voor een kop koffie. Vervolgens wordt er een borreltje geschonken. Pas bij het afscheid, met de deurklink al in de hand, komt de vraag waarom het allemaal ging. ‘Och buurman, wat ik nog eem vraogen wol...’
Dat ‘u’ niet bestaat als beleefdheidsvorm in het Drents, vindt Bergsma helemaal niet erg. Al moet hij wel even wennen aan hoe de gemiddelde Drent dit omzeilt. Wil burgemeester een kopje koffie? Wil burgemeester er een koekje bij?
Dat Bergsma een snelle leerling is, bewijst hij bij zijn afscheid. Hij zegt niet alleen ‘moi’, maar priemt daarbij ook nog eens zijn wijsvinger de lucht in. ,,Dit smaakt naar meer.’’