Hoe tientallen meters hoge modderuitbarstingen, een dansende caravan en een door de aarde opgeslokte boortoren het Drentse dorp 't Haantje wereldnieuws maakten
De krater van borrelende modder bij 't Haantje, waar op 1 december 1965 een boortoren werd opgeslokt door de aarde. Foto: Streekeigen Sleen
Het was nog nooit eerder voorgekomen in Nederland en de schok was dan ook groot op 1 december 1965. Een ‘blow-out’ veranderde een weiland in de buurt van ‘t Haantje in Drenthe in een almaar bewegend vulkaanlandschap. Tientallen meters hoge modderuitbarstingen, borrelend gas en een oorverdovend gebulder maakten het dorp 56 jaar geleden een paar dagen wereldnieuws.
Het is even na vier uur in de middag als de werknemers van het Franse bedrijf Forex elkaar verschrikt aankijken. Hun werkdag loopt bijna ten einde wanneer zij een diep onderaards gerommel horen. Het is voor de Fransen direct aanleiding om groot alarm te slaan. Vrachtwagens worden weggereden, bouwmaterialen in veiligheid gebracht en de dertig aanwezigen vluchten weg uit de buurt van de bijna vijftig meter hoge boortoren. Het is godswonder dat niemand gewond raakt als even later de aarde bulderend openbreekt.
Een maand eerder begint de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) met een proefboring in een weiland in de buurt van ‘t Haantje. De NAM wil verkennen of er op die locatie een gasbel onder de grond zit en dus wordt er een boorinstallatie opgebouwd. Blikvanger is de ultramoderne boortoren, die dankzij nieuwe technieken veel dieper kan boren dan voorheen. Op 20 november bereikt de installatie een diepte van 1850 meter en tot verrassing van de werklieden stuiten ze al op een gaslaag met een extreem hoge druk.
De boortoren van de NAM slechts een half uur voordat deze als een luciferstokje in tweeën brak. Foto: ANP
Dat is voor de NAM en de Franse experts nog geen reden tot paniek. Ze beschikken over genoeg kennis om met tegendruk de veiligheid te waarborgen. Zo spuiten ze water met kleipoeder in het boorgat en wordt de beitel van de boorinstallatie uitgerust met speciale ‘afsluiters’ afkomstig uit Duitsland. Maar op 1 december begint de aarde onder de boortoren zich te roeren. Het rommelt en de druk neemt, ondanks de maatregelen die de werklieden nemen, niet af. Het gas valt niet langer tegen te houden en komt omhoog.
Rennen voor hun leven
Dan klinkt een oorverdovende explosie. Enorme hoeveelheden modder, zand en stenen worden tot wel veertig meter hoogte de lucht in geslingerd. De aanwezigen op de boorlocatie rennen voor hun leven. Het fundament waarop de boortoren staat, is door de eruptie in één klap vernield. De installatie begint niet lang daarna vervaarlijk over te hellen en breekt als een luciferstokje in twee stukken. Met een zware knal slaat het gevaarte tegen de grond om daarna opgeslokt te worden door de bulderende aarde.
De opgestuwde aarde. Foto: ANP
Daarna verandert een steeds groter deel van de boorlocatie in een borrelende massa. Overal ontstaan modderfonteinen en het geluid zwelt aan tot het lawaai van een startende straaljager. Bouwketen, voertuigen en machines zakken langzaamaan weg in de grond. Een caravan blijft nog een tijdje ‘dansen’ op de kolkende modder, maar wordt daarna opgeslurpt door de woeste aarde. Het weiland met daarop een boorinstallatie is een tijdsbestek van nog geen half uur veranderd in een buitenaards ogend vulkaanlandschap.
Foto: ANP
De hulpdiensten zijn snel ter plaatse en houden nieuwsgierige inwoners van ‘t Haantje op afstand. Ook medewerkers van de NAM komen ter plaatse om de schade op te nemen en een veilige zone van 500 meter rondom de plek van de eruptie in te stellen. Gelukkig blijkt het gas niet gevaarlijk te zijn: het bestaat slechts voor 40 tot 50 procent uit methaan en verder vooral uit stikstof.
Op de burelen van de NAM vindt dan al koortsachtig overleg plaats. Nooit eerder heeft zich een dergelijke ‘blow-out’ van gas voorgedaan in Nederland en dus is de grote vraag: wat te doen? Niets doen is in ieder geval geen optie, want de aarde komt niet zomaar tot rust.
Uniek in Nederland
Dat blijkt wel in de dagen daarna. Zo’n 22 uur nadat de aarde de boortoren heeft opgeslokt, lijken de modderfonteinen eindelijk tot bedaren te zijn gekomen. Maar nog geen twee uur later wordt er weer met grote kracht modder, zand en water de lucht in gespoten. Op een persconferentie in Emmen geeft NAM-directeur J.M.P. Bongaerts tekst en uitleg over het incident. Hij benadrukt nog maar eens dat een blow-out uniek is voor Nederland, maar dat het in de Verenigde Staten tot wel 35 keer per jaar misgaat.
Een kleine krater op een verlaten boerderij in de buurt van de rampplek. Foto: ANP
Enkele dagen later komen de deskundigen van de NAM tot een mogelijke oplossing: een nieuwe boorinstallatie opstellen zo’n 600 meter van de verwoeste boorlocatie. Vanaf die plek moet een nieuw gat naar de oude boorput worden gegraven. Zo moeten de continue uitbarstingen worden bedwongen zodat de aarde weer tot rust wordt gebracht. Terwijl er volop wordt gewerkt aan de bouw van een nieuwe boortoren, is ‘t Haantje een toeristische attractie. Vele nieuwsgierigen komen een kijkje nemen (soms zelfs met verrekijker).
Nieuwsgierigen komen een kijkje nemen bij de rampplek in de buurt van 't Haantje. Foto: Nieuwsblad van het Noorden
Op 10 december, vier dagen na de eerste werkzaamheden, moet de realisatie van de installatie al worden stilgelegd. Een zware storm maakt het niet verantwoord om een tientallen meters hoge boortoren te bouwen. De werkzaamheden lopen enkele dagen vertraging op, maar in de weken daarna kan worden gestart met het boren van het nieuwe gat. Verderop blijft de modder maar uit de grond spuiten, wat de urgentie om snel te werken alleen maar duidelijker maakt. Maar het is tijdens het boren vooral voorzichtigheid troef.
In vier uur gepiept
Eind januari is het terrein rondom de nieuwe boorinstallatie bijna gereed om over te gaan tot de laatste fase. Zeven enorme spoelingsilo’s zijn opgesteld en evenzoveel pomptrucks staan klaar. Zij moeten met 6000 pk 400 ton vloeibaar cement door het boorgat spuiten. Zo moet de borrelende gaslaag af worden gesloten en de erupties tot stoppen gebracht. De NAM laat weten dat het karwei in principe binnen vier uur gepiept kan zijn. Op 21 februari 1966, 81 dagen na de eerste eruptie, is de gaskrater eindelijk getemd.
De spoelingsilo's en pomptrucks staan opgesteld op de nieuwe boorlocatie. Foto: Nieuwsblad van het Noorden
In de maanden daarna komt er zo heel af en toe nog een boertje uit de grond, maar daar blijft het bij. De opluchting bij de NAM is enorm. Er was goede hoop dat de hele operatie zou slagen, maar dat viel niet met honderd procent zekerheid te zeggen. Zeker is wel dat het bedrijf vele miljoenen guldens schade heeft geleden. Alleen al de boorinstallatie die door de aarde werd opgeslokt kostte ruim vier miljoen gulden. Daar kwamen later nog de kosten van de nieuwe installatie bij en het herstel van het totaal verwoeste landschap.
Exact 56 jaar nadat het weiland bij ‘t Haantje in een vulkaanlandschap veranderde, herinnert nog weinig aan die bewuste dag. Op de plek van de eruptie groeit weer gras en zijn een paar bomen te zien. Maar ergens diep onder de grond bevinden zich de resten van de opgeslokte boortoren. De herinnering aan een ramp die uiteindelijk geen mensenlevens kostte en na 81 dagen met een sisser afliep, is voor veel inwoners uit de omgeving van ‘t Haantje echter nog allesbehalve vervaagd. Hun dorp was toen immers heel even wereldnieuws.
Het kraterbosje bij 't Haantje Foto: Marcel van Kammen