Archivaris Jos Arends vertelt over de archiefstukken die op 1 januari openbaar zijn gekomen in het Drents Archief. Foto: Marcel Jurian de Jong
Ieder jaar komen op 1 januari archiefstukken openbaar die soms jarenlang geheim waren. In het Drents Archief dit keer vooral materiaal uit 1947, dat inzicht geeft in de naoorlogse omgang met pro-Duitsers.
„Hier liggen miljoenen archiefstukken, met een totale lengte van 11 kilometer.” Archivaris Jos Arends wijst naar de lange, grijze kasten in de kelder van het Drents Archief. „Zo’n 14.000 van die stukken zijn niet openbaar. Eigenlijk maar een fractie.”
Nasleep van de oorlog
Bepaalde documenten van de overheid blijven 25, 50 of 75 jaar na archivering geheim, voordat onderzoekers deze mogen inzien. Ieder jaar in januari komen een heleboel van die stukken alsnog in de openbaarheid. Dit jaar zijn dat bij het Drents Archief in Assen vooral documenten die in het jaar 1947 zijn opgesteld. Daarin is veel informatie te vinden over de nasleep van de Tweede Wereldoorlog, zegt Arends.
Hij loopt naar een grote tafel, waar hij wat heeft klaargelegd voor zijn bezoek. Bijvoorbeeld een dossier met daarin veroordelingen van mensen die met de Duitsers hadden samengewerkt. „Kijk, hier zie je de veroordeling van een caféhouder die zich met de Duitsers zou hebben ingelaten. Hij krijgt huisarrest opgelegd en mag zijn café niet openen. En hier een mevrouw die omgang had met Duitse soldaten. Zij krijgt als straf dat zij niet meer met militairen mag omgaan en bij hen uit de buurt moet blijven. Waarschijnlijk was zij een dame van lichte zeden.”
Straffen zijn divers
De straffen zijn heel divers en lijken op het eerste gezicht vrij willekeurig opgelegd. Voor Arends is ook duidelijk dat het hebben van goede contacten kon helpen om een minder zware straf te krijgen.
Veel mensen werden na de oorlog opgepakt en veroordeeld omdat ze 'pro-Duitsch' waren geweest. Foto: Marcel Jurian de Jong
„Ik heb een voorbeeld gevonden van een mevrouw die omgang had met een SD-commandant en zich in de hogere kringen begaf”, zegt Arends. „Zij krijgt na de oorlog wel huisarrest, maar hoefde niet naar Westerbork. Anderen kwamen daar voor minder duidelijke zaken wel terecht.”
Een bijzonder stuk dat nu openbaar is gemaakt, is het register van het Huis van Bewaring in Assen van vlak na de oorlog. Hierin staan de namen van wegens collaboratie geïnterneerde personen. Niet iedereen werd daadwerkelijk veroordeeld, maar er staan ook een aantal bekende collaborateurs en Duitse hoogwaardigheidsbekleders op de lijst, zoals Albert Konrad Gemmeker, de commandant van Kamp Westerbork en Jan Liebbe Bouma, burgemeester van Emmen en Commissaris van Drenthe.
Albert Konrad Gemmeker, de commandant van Kamp Westerbork, zat maandenlang gevangen in Assen. Foto: Marcel Jurian de Jong
Veel te leren
Volgens Arends kunnen we veel leren van de verschillende soorten documenten die zijn vrijgekomen. „Het laat zien hoe we na de oorlog met pro-Duitsers omgingen in Drenthe. Globaal weten we daar al het een en ander over, maar voor historici geeft dit materiaal zwart op wit hoeveel mensen en wie precies hebben vastgezeten of zijn veroordeeld. Zij kunnen hiermee het verhaal van de eerste jaren na de oorlog vertellen.”
Niet alleen oorlogsstukken
Niet alleen overheidsdocumenten van vlak na de oorlog zijn vanaf nu openbaar, ook enkele particuliere en kerkelijke archieven worden vrijgegeven. Zo ook het archief van zorginstelling Kruiswerk Drenthe. Hierin zit een bijzonder document van zuster Bosma, uit eind jaren vijftig. Zij doet persoonlijk verslag van haar werk in de kraamzorg, waarvoor ze de gehele provincie door reist. Ze was, zonder eigen vervoer, dagen onderweg en overnachtte in cafés. Het kraamcentrum beschikte over 25 wiegjes die gratis werden uitgeleend aan arme gezinnen. „Vanuit eigen beleving omschrijft deze zuster hoe de kraamzorg in Drenthe professionaliseerde”, zegt Arends. „Opmerkelijk daarbij is dat de kraamzorg lange tijd actie voerde tegen de fopspenen. Die strijd lijkt me wel verloren.”