De radiotelescopen van Lofar in Drenthe mogen van de provincie niet verstoord worden door de oefenende straaljagers. Foto: Marcel Jurian de Jong
Uitbreiding van het militair oefengebied van de luchtmacht boven Noord-Nederland mag de kernkwaliteiten van Drenthe niet aantasten. Defensie moet pas op de plaats maken met besluitvorming hierover.
„We willen dat het ministerie met betere informatie komt over de effecten van de uitbreiding”, zegt gedeputeerde Cees Bijl (PvdA) in een toelichting. De uitbreiding mag de ontwikkeling van Lofar, de radiotelescopen bij Dwingeloo, en Groningen Airport Eelde niet in de weg staan en dit moet Defensie zwart op wit garanderen, verklaart het college van Gedeputeerde Staten in een zienswijze op de Ontwerp Voorkeursbeslissing Luchtruimherziening van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
De luchtmacht heeft volgens het ministerie meer ruimte nodig boven Noord-Nederland omdat zij boven Zuidoost Nederland straks niet meer mag oefenen. Dit vanwege een nieuwe aanvliegroute op Schiphol. Volgens Bijl zijn de vragen van de provincie over de gevolgen van deze maatregel voor Drenthe nog niet goed beantwoord. Ook een informatiebijeenkomst afgelopen week brengt volgens hem nog te weinig houvast.
Volgens Bijl is er wel een participatietraject geweest, maar kwam dit neer op informatievoorziening van het ministerie richting de provincies. „We vinden dat we nog onvoldoende inzicht in de effecten hebben. En in hoe het er uit gaat zien. Aanvankelijk lag de grens van het oefengebied veel noordelijker, terwijl nu heel Drenthe in beeld is”, zegt Bijl. Ook vraagt hij zich af of het wel klopt dat er boven Drenthe alleen hoogvliegroutes komen, zoals Defensie zegt.
Drenthe is in allerlei opzichten de provincie van rust en natuur en dat wil de provincie niet verstoren. Natuurlijk vanwege het toerisme, maar ook vanwege de radiotelescopen van Lofar. „Ook het Rijk heeft hier veel in geïnvesteerd”, betoogt Bijl. „Daarom zeggen wij: zoek nou eerst eens goed uit wat de gevolgen zijn voor je besluiten neemt over de uitbreiding.”
Drenthe trekt in het proces op samen met Groningen en Friesland. De provincies is gevraagd om met zienswijzen te komen, maar uiteindelijk neemt het Rijk de beslissingen. „Als het ministerie niets met onze zienswijzes doet, zullen we ons tot de Tweede Kamer richten”, zegt Bijl.
Begin maart bespreekt Bijl de kwestie met Provinciale Staten. Het Drents Parlement kan de zienswijze desgewenst aanvullen voor die naar het ministerie gaat.