'Hille', door Anja Jager. Olieverf op paneel (50 bij 70 centimeter).
Veenkoloniale vrouwen uit de geschiedenis worden in het Veenkoloniaal Museum in Veendam in de schijnwerpers gezet op een tentoonstelling van 19 kunstenaars.
Een voorouder van haar werd in de 16de eeuw als heks verbrand. Zoiets trekt de aandacht, vooral omdat Anja Jager uit Hoogezand-Sappemeer kunstschilder is en het familiehistorische voorval in een schilderij heeft vereeuwigd. Hille heette haar voorouder, die de pech had in Wedde te wonen waar 19 of 20 Groningers van hekserij werden beschuldigd, gemarteld en daarna levend verbrand.
Het schilderij hing vorig jaar op de tentoonstelling Vrouwlu in het Museum aan de A in de stad Groningen. Het haalde zelfs de krant. Het is, door zijn treffende eenvoud, ook een prachtig schilderij.
Wie het gemist heeft kan nu terecht in het Veenkoloniaal Museum in Veendam op de tentoonstelling Ode aan de Veenkoloniale Vrouw. Daar hangt het tussen al dan niet toepasselijke werken van zo’n 18 andere kunstenaars, overwegend oud-studenten van de Klassieke Academie.
Elegante prentenboekstijl
Anja Jager (Hoogezand-Sappemeer, 1966) kreeg op de Academie Minerva in Groningen nog les van de noordelijke figuratieschilder Wout Muller, wat je inderdaad kunt zien, en een opleiding aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Daar leerde ze van Ellis Tertoolen de bewerkelijke ei-temperatechniek onder de knie te krijgen.
In haar vrije werk schildert Anja Jager uitsluitend vrouwen. Dat doet ze op een heel eigen manier, in een ‘prentenboekstijl’, open en kleurig, poëtisch, speels, licht en elegant. Ook zware thema’s weet ze symbolisch en lichtvoetig te verbeelden.
Het schilderij dat Anja Jager van haar verre grootmoeder maakte, de veronderstelde heks Hille, beeldt een typisch Gronings landschap uit, met de kerk van Marsum op een wierde. Hille, eigenlijk een zelfportret van Anja waarmee ze haar voorouder eert, zweeft met een vlam op een toverstaf door de voorstelling.
Je zou denken dat de vlam de brandstapel symboliseert, maar Anja Jager verwijst ermee naar de recente gaswinning. Het is een van de vele verbeeldingen op de tentoonstelling van vrouwen in de Veenkoloniën, van wie de in 1854 in Sappemeer geboren Aletta Jacobs de beroemdste is.
Aletta Jacobs in nachthemd
Ook Anja Jager schilderde Aletta Jacobs. We zien de eerste Nederlandse vrouwelijke arts in een nachthemd door een veld met geneeskrachtige planten rennen, een medisch handboek in de hand. Ook heeft Anja Jager Roelina Smit (1839-1918) uitgebeeld, een rijke Groningse weduwe in een rode japon, eveneens tegen de achtergrond van een Gronings kerkje.
Nog steeds ligt er tussen Wedde en Wessinghuizen een begroeid heuveltje uit de IJstijd met de toepasselijke naam Geselberg; daar herinnert een gedenksteen met plaquette aan de fanatieke geloofsijver van de regionale bevolking in de 16de eeuw.
Toen waren veel mensen, net als nu, bang voor mensen die er anders uitzagen of zich iets anders gedroegen, waardoor ze, ondanks het Zesde van de Tien Geboden om niet te doden, mededorpelingen zoals Hille op een gruwelijke manier om het leven brachten.
www.facebook.com/ericrhbos
Veenkoloniaal museum
Ode aan de Veenkoloniale Vrouw, schilderijen en sculpturen, Veenkoloniaal museum, Veendam. Open: di t/m zo 11-17 uur. T/m 29 september.