Menno van Dam kent geen enkele twijfel: ‘Romano Postema een KKD-spits? Gezeik, ik geloof daar niet in’

De vreugde was groot op De Oude Meerdijk na de overtuigende 4-1 zege op Helmond Sport. In de hoek met de fanatieke aanhang zongen en dansten spelers en staf van FC Emmen minutenlang zij aan zij, totdat het Groninger goudhaantje Postema door zijn teamgenoten naar voren werd gedrukt.

Traditiegetrouw neemt de man van de wedstrijd daar het voortouw in de festiviteiten. „Het clublied van FC Emmen? Dat gaat hij echt niet doen”, zei technisch directeur Nico Haak, terwijl hij de huldiging op een afstandje aanschouwde. „Dan maken ze hem af in Groningen.”

Niets was minder waar. Zonder enig voorbehoud knalde de hattrickheld, gehuurd van de regionale rivaal FC Groningen, het prachtige refrein door de megafoon: ‘Rood-wit, rood-wit. Rood-wit aan de bal, dat is Emmen!’  

Postema: „Het is feest natuurlijk. Na een hattrick kun je zulke gekkigheid verwachten. Dat ik bij FC Groningen onder contract sta, telt nu even niet. Ik speel voor FC Emmen en heb nu totaal niet het gevoel dat ik FC Groningen-speler ben.”

Dat was puur bedoeld als dankbetuiging aan FC Emmen, waar Postema uitstekend op zijn plek is. Toch had de topscorer van de eerste divisie (15 goals) even wat hulp nodig bij zijn zangsolo. „De nummers van FC Emmen ken ik nog niet zo goed, dus ik vroeg aan de jongens wat ik moest zingen. Freddy Quispel hielp me gelukkig op weg.”

Tot groot genoegen van Haak, die instemmend stond te grijnzen toen Postema het clublied inzette. „Dit vind ik mooi, dit doet hij heel netjes.”

Met drie doelpunten was Postema de grote man. Vier of vijf treffers had overigens ook gekund, met nog een afgekeurd doelpunt en gemiste riante kans. „Het was klote voor mij dat de grensrechter zijn vlag in de lucht stak, want toen had ik die derde nog niet op mijn naam. Het eerste dat toen door mijn hoofd ging: nu heb ik nog steeds mijn eerste hattrick niet gemaakt. Gelukkig kwam ie snel daarna wel. Het is een gevaarlijke uitspraak om nu te zeggen dat ik er dit seizoen dertig ga maken. Eerst maar de twintig halen, daarna kan ik de doelstelling aanpassen.”

Postema vertelde afgelopen week in een reportage van RTV Drenthe nog nooit zoveel vertrouwen te hebben gevoeld als onder zijn huidige coach Menno van Dam. „Ik geloof erin dat je moet verbinden met spelers”, zei de coach na de ruime zege. „Luisteren, in gesprek gaan. Ik denk dat Romano voelt dat we spelen om hem te bereiken in de eindfase, ik snap dat dat vertrouwen geeft.”

Volgens de trainer is zijn spits te goed voor de eerste divisie. „Nu krijgen we dat gezeik weer. Over dat Romano een KKD-spits is. We gaan er dit jaar samen alles aan doen dat die twijfel wordt weggehaald. Hij kan stappen maken in het fysieke, hij kan stappen maken in het voetbal. Dat gaat hij op het veld bewijzen. Ik hoop dat hij iedereen de mond kan snoeren en dat hij daarna gewoon op het hoogste niveau kan spelen.”

Aan Van Dam zal het niet liggen, beloofde de coach. „Ik blijf hem uitdagen om hongerig te zijn naar goals. Het is typisch Romano dat hij na zijn drie goals een bal aflegt op Franck Evina. Bij een 1-0 tussenstand had hij zelf geschoten, dat ga ik hem vertellen ook. Spitsen moeten gewoon goals maken. Dat vraag ik van hem.”

In zijn jacht naar doelpunten kan Postema ook vertrouwen op Djenahro Nunumete. De begaafde middenvelder stond tegen Helmond Sport weer in de basis. „We hebben een connectie”, zei Nunumete. „Hij blijft zijn loopacties in de diepte altijd maken. Niet iedereen ziet dat elke keer. Ik wel en ik geef die ballen ook. Hopelijk volgen er nog meer goals en assists via ons.”

Postema: „Wij begrijpen elkaar heel goed. Dat zag je ook tegen FC Eindhoven. Het is lekker als je zo’n middenvelder achter je hebt. Hij ziet de mogelijkheden en kan die ballen ook geven, dat is niet onbelangrijk. Heerlijk dat we de supporters zo’n mooie laatste thuiswedstrijd hebben kunnen geven.”