Taeke Holwerda draagt een koffiekist op zijn schouder waarin kostbaarheden zaten die door Duitse soldaten waren gestolen. De kist lag begraven op Schiermonnikoog. Bron: Collectie Groninger Archieven.
Liggen in de duinen van Schiermonnikoog nog kostbaarheden die in de nadagen van de bevrijding door Duitse soldaten zijn begraven? Verslaggevers Frank von Hebel en Martin Groenewold gingen voor de historische podcastserie De Nostalgisten, gewapend met een kaart waarop een X staat, op schattenjacht.
Jan Holwerda (88) denkt nog wel eens aan hem, de Duitse militair die hem kort na de bevrijding een schop te leen vroeg en vervolgens met een welgevulde aktetas in de duinen van Schiermonnikoog verdween. „Wat zou er in die aktetas hebben gezeten? Ik heb nog gezocht. Meerdere keren zelfs. Maar ik heb niks kunnen vinden. Die gedachte heeft me nooit losgelaten.”
SD’ers vluchtten naar Schiermonnikoog
De Duitse soldaat was heel waarschijnlijk een van de 123 Duitsers en Nederlanders die tijdens de bevrijding van Groningen naar Schiermonnikoog vluchtten. De meesten – mannen en vrouwen – werkten in het Scholtenhuis in Groningen, het hoofdkwartier van de Duitse Sicherheitsdienst en de Gestapo. Hier werden honderden verzetsstrijders verhoord en gemarteld, onder meer door Robert Lehnhoff.
De Canadezen vielen op vrijdag 13 april Groningen aan, een dag later vluchtte het personeel van het Scholtenhuis beladen met kostbaarheden die het van de bevolking en zijn slachtoffers stal, naar Zoutkamp, vanwaar ze naar Schiermonnikoog voeren. Vermoedelijk hoopten ze het eiland als springplank naar Borkum te gebruiken.
Theun Talsma maakte een oorlogsmonument op de plek in de Eendenkooi waar in de oorlog de beruchte SD’er Lehnhoff bivakkeerde. Foto: DVHN
Onderweg sloten landwachters en NSB’ers zich bij hen aan. Met auto’s en op fietsen trok de wonderlijke stoet naar Zoutkamp. Op zondag 15 april 1945 voeren vier schepen met aan boord Duitse en Nederlandse SD’ers, SS’ers, NSB’ers en politiemensen, inclusief een aantal vrouwen en een Ierse setter, de haven van Zoutkamp uit. Nederlandse verzetsstrijders openden vanuit Oostmahorn het vuur op de schepen, met geschut dat door Duitse troepen was achtergelaten.
Duitse soldaten woonden in de eendenkooi
Tegen 13.00 uur kwamen de drie schepen aan op Schiermonnikoog. Het eiland was onderdeel van de Atlantikwall, een meer dan 5000 kilometer lange verdedigingslinie die een geallieerde invasie moest voorkomen. Deze liep vanaf de grens met Spanje tot het meest noordelijke puntje van Noorwegen en bestond uit bunkers, geschut, mijnenvelden, forten en andere versterkingen.
Kapitein-luitenant Wittko, commandant van het garnizoen op het eiland, wachtte ze met gemengde gevoelens op. Nee, op dit zootje zat hij bepaald niet te wachten. Wat moest hij met ze beginnen? Uiteindelijk installeerde de troep zich in en rondom drie boerderijen aan de Kooiweg, waaronder boerderij De Kooiplaats van de familie Talsma die een eendenkooi, een zoetwaterplas waar wilde eenden voor consumptie gevangen worden gehouden, aan de oostkant van het eiland heeft. De bewoners moesten maar ergens anders gaan wonen.
De plattegrond die Heinz Peters, een Duitse soldaat, maakte waarop met een X staat aangegeven waar kostbaarheden verborgen lagen. Bron: Tresoar
„Mijn vader had geen keus”, vertelt Theun Talsma (87). „De wagen werd aangespannen, onze spullen werden ingeladen en we vertrokken.” Wittko, die erg gehecht was aan de goede verstandhouding met de bevolking, zorgde ervoor dat de lopen van een luchtafweerbatterij altijd op de drie boerderijen stonden gericht.
Op 5 mei 1945 was heel Nederland bevrijd. Nou ja, bijna dan. Op Schiermonnikoog bivakkeerden nog steeds de mannen en vrouwen van het Scholtenhuis. Deze situatie duurde wekenlang.
Maar op den duur kwam Herman Kloppenborg van de Politieke Opsporingsdienst in actie. Met behulp van de Canadezen kreeg hij het voor elkaar dat Lehnhoff en de rest van de ‘Scholtenhuis-vluchtelingen’ zich overgaven.
Op 31 mei voeren om 9.30 uur twee boten uit de haven van Zoutkamp richting het Waddeneiland om ze op te halen. Het Duitse garnizoen vertrok op 11 juni naar de vaste wal. Maar de Duitsers lieten ook iets achter: de geroofde kostbaarheden die ze op het eiland hadden verstopt.
Honderdduizend gulden in een ‘biskwieblik’
Inspecteur Kerkhof van de Politieke Opsporingsdienst beschreef hoe hij op schattenjacht naar het eiland ging. ‘Het blijkt, dat men op het eiland het overschot van de kas, waaruit men de soldij betaalde, heeft begraven. Ook de duitsche gewone soldaten schijnen hier de laatste weken uit betaald te zijn, aangezien Wittko zelf geen geldmiddelen meer had. Het staat wel vast, dat alle SD’ers zich op het eiland van vele dingen hebben ontdaan, hetzij geruild met de bewoners hetzij verstopt in het zand, maar van deze ‘begrafenis’ weet een duitscher ons een toch vrij bruikbaar schetskaartje te maken. De volgenden dag gaat het er op los. Wij mogen weer mee.’
Canadese soldaten zoeken in een konijnenhol naar door Duitse soldaten verborgen spullen. Bron: Collectie Groninger Archieven
‘De bevelvoerende ‘Captain’ geeft Wittko de opdracht voor een twintigtal duitschers te zorgen, die met schoppen bewapend, met ons de duinen intrekken. Er wordt veel gegraven en bijna heele duinen worden ondersteboven gehaald maar we hebben blijkbaar de goede plek niet. Dan eindelijk hebben we geluk. Een biskwieblik, omwonden met zeildoek, wordt naar boven gehaald. Bijna honderdduizend gulden en een groot aantal gouden voorwerpen, zooals gouden heeren zakhorloges, trouwringen enz. Bij nadere beschouwing blijkt ons, dat in de meeste ringen inscripties voorkomen als “Ans 10-5- ’37”, “Boukje 25-12-’29” enz. Het is duidelijk, dat dit sieraden zijn afkomstig van door de SD gearresteerde en wellicht later vermoorde Nederlanders.’
‘In die kist zaten sieraden en bankbiljetten’
De vader van Jan Holwerda, die de duinen op zijn duimpje kende, werd ook ingeschakeld om de konijnenholen te onderzoeken. Holwerda laat een zwart-witfoto zien van een man die een grote kist van Douwe Egberts op zijn schouders draagt. „Da’s mijn vader. In die kist zat van alles: sieraden, bankbiljetten en waardepapieren.”
De collectie van cultuurhistorische vereniging ’t Heer en Feer in Het Koningshuis op Schiermonnikoog bevat onder meer geld dat door Duitse soldaten op het eiland was verstopt. Foto DVHN
Ook jaren later, op 23 december 1965, vond een opzichter van Domeinen in de eendenkooi een literfles met opgerolde bankbiljetten ter waarde van bijna 5000 gulden. Holwerda sluit niet uit dat er toch nog het een en ander op het eiland ligt. Er zijn inderdaad tal van aanwijzingen al is het zeer de vraag in hoeverre deze betrouwbaar zijn. De Nostalgisten stuitten in Tresoar, het provinciaal archief van Friesland, op een schatkaart waarop zelfs een heuse X staat. Alsof het rechtstreeks uit het boek Schateiland komt. Dus dan zit er eigenlijk niks anders op. Dan moet je op die plek gaan zoeken.
Frank von Hebel en Martin Groenewold vertrokken – in gezelschap van een amateurarcheoloog – naar Schiermonnikoog. En ja, ze vonden de X. Of ze nog meer vonden? Luister dan vooral naar deze aflevering.
De Nostalgisten zoeken met een amateurarcheoloog op een akker naar de plek waar volgens een schatkaart spullen zijn begraven. Foto DvhN
De Nostalgisten
De Nostalgisten is een zesdelige podcastserie van Dagblad van het Noorden over historische gebeurtenissen in Groningen, Drenthe en Friesland. In elke aflevering belichten Frank von Hebel, Martin Groenewold en Colin Mooijman één onderwerp.
De eerste aflevering, over het succesvolle Europacupdebuut van FC Groningen in 1983, kwam woensdag 14 februari online.
De week erop (21 februari) ging het over de mogelijke aanwezigheid van onderaardse gangenstelsels onder Groningen, Appingedam en Franeker.
Daarna (28 februari) volgde het verhaal van de spectaculaire ontsnapping van bankkluiskraker Aage M. uit het Huis van Bewaring in Leeuwarden. Met zijn beroemde thermische lans brandde hij zich op 18 april 1974 een weg naar de vrijheid.
Sinds woensdag 6 maart is de aflevering over het begin van de legendarische spelshow de Showbizzquiz beschikbaar.
Op 20 maart volgt de historie van ontgroeningen bij studentenverenigingen waarbij onder anderen Job Cohen, oud-burgemeester van Amsterdam en oud-Vindicater, over zijn studententijd vertelt.