'De mogelijkheid om in de buurt te kunnen sporten of spelen zou een grondrecht moeten zijn'. Foto: Shutterstock
Bewegen is een eerste levensbehoefte. Investeer dus meer in speelpleintjes, trapveldjes en sportaccommodaties, schrijven Thijs Zonneveld en Mohammed Mohandis.
Een hek. Eén meter tachtig hoog, met tralies. Dat komt er om het schoolplein van basisschool De Buut in Nijmegen. De reden: spelende kinderen buitenhouden. Er is namelijk geklaagd dat ze geluid maken. Mag niet, blijkbaar. Het geluid van spelende kinderen valt tegenwoordig onder het kopje overlast.
Het pleintje in Nijmegen staat, ondanks het politieke ongemak dat daar werd gevoeld, helaas niet op zichzelf. Door het hele land verdwijnen pleintjes en veldjes.
De ene keer omdat mensen last hebben van het geluid van spelende kinderen, de andere keer omdat er huizen of bedrijven moeten worden gebouwd op trapveldjes of sportterreinen. Het is een trend die al heel lang geleden is ingezet. Sport moet plaats maken, de ruimte om te bewegen is niet belangrijk genoeg om te beschermen.
Geen prioriteit
Sport en bewegen zijn geen prioriteit. Er is altijd een acuter probleem, er zijn altijd mensen die harder schreeuwen. Stikstof, asiel, hypotheekrenteaftrek, asiel, boeren, asiel, bezuinigen op de publieke omroep, asiel niet te vergeten.
Over het belang van bewegen gaat het zelden. Niet in de rij bij de koffieautomaat, niet in talkshows, en veel te weinig in het parlement. Er worden nauwelijks debatten over gevoerd, op Prinsjesdag is het hooguit een voetnoot en er zijn partijen die sport in hun verkiezingsprogramma alleen gebruiken in het woord transport.
Steeds dikkere jongeren
En dan vinden we het gek dat jongere generaties steeds minder bewegen, steeds dikker worden en motorisch steeds beperkter zijn. Dat drie op de tien kinderen vrijwel nooit meer buiten spelen, dat een op de vier jongeren in de stad niet meer kan fietsen, dat de helft van de volwassenen overgewicht heeft en dat Nederland jaar na jaar worden gekroond als Europees kampioen stilzitten: op dit continent zit geen enkel ander volk zoveel op z’n kont als wij.
In Europa zit geen enkel ander volk zoveel op z’n kont als wij
Vijf jaar geleden werd er in het preventieakkoord tot doel gesteld om het aantal Nederlanders met overgewicht terug te brengen naar 38 procent. Resultaat in vijf jaar: nul.
Dat is ook niet zo gek. Er zijn nauwelijks maatregelen genomen. Zo zijn sluitende afspraken met de voedsel- en frisdrankindustrie over een suikerarm assortiment niet gemaakt; reclames voor ongezonde producten zijn evenmin aan banden gelegd. En in plaats van investeren in sport en bewegen kwam er nota bene een btw-verhoging op sportbeoefening.
Ondertussen verzuipen sportclubs stilletjes in het moeras van extra bureaucratie, energierekeningen en vrijwilligerstekorten. Zelfs toen de Universiteit Maastricht uitrekende hoeveel geld overgewicht en de consequenties ervan ons jaarlijks kosten –79 miljard euro (!) – kwam er geen storm van verontwaardiging.
Auto’s belangrijker dan kinderen
Treurig maar waar: we vinden onze auto’s belangrijker dan onze kinderen. In talloze gemeentes is er een afdwingbare parkeernorm, omdat we het van levensbelang vinden dat we onze auto’s voor de deur kunnen parkeren. Maar ondertussen zijn er geen landelijke, afdwingbare regels die vaststellen hoeveel vierkante meter sportvelden of speelpleintjes er in iedere nieuwe wijk moeten worden gebouwd.
De mogelijkheid om in de buurt te kunnen sporten of spelen zou een grondrecht moeten zijn voor ieder kind – misschien ook wel voor iedere volwassene trouwens.
Als we zo verdergaan, wordt bewegen hoe langer hoe meer een luxeproduct dat voor een groot deel van de bevolking te duur, te ingewikkeld en te ver weg is. Niet iedereen heeft een racefiets waar hij of zij gehuld in lycra de hort mee op kan, niet iedereen kan op dinsdagmorgen in z’n Bentley naar het buitengebied rijden voor achttien holes in een geruite broek.
Investeren in sport loont
Sport, in de breedste zin van het woord, is geen links of rechts onderwerp. Het is niet progressief of conservatief, het is niet iets wat slechts een klein groepje aan gaat. Bewegen is een primaire levensbehoefte, vooral voor de jongste generaties.
Daarom roepen we alle partijen op, landelijk en lokaal, om sport veel hoger op de agenda te zetten. Of je dat nu doet vanuit het perspectief van gezondheid, welzijn, verbinding, of puur en alleen omdat we de zorgkosten willen drukken: investeren in sport loont.
Weg met dat hek. Laat ons spelen.
Thijs Zonneveld is journalist, lid van de Sportraad Amsterdam en podcastmaker Mohammed Mohandis is Tweede Kamerlid GroenLinks-PvdA en woordvoerder sport