Ons team van foodlovers test restaurants, eettentjes, foodtrucks en andere hotspots in het Noorden. Deze keer kwam Ton aanwaaien bij Herberg Foestrum in Westergeast.
Waar gaan we naartoe?
In de Fryske Wâlden heeft ieder dorp, hoe klein ook, een eigen tapperij. Of het nu eetcafé De Boerkes in Ie is, Jelle Joep in Twijzel, of Us Thús in Driezum – als je als inwoner buiten de deur een drankje wil doen, hoef je niet te zeggen waar je heen gaat.
Westergeast, ruim 600 inwoners, heeft sinds een aantal jaar het eigen stekkie weer terug. Lang leidde café Foestrum een zieltogend bestaan: het was één keer in de maand open voor een avondje-uit.
Het hoofdgerecht: Fries stoofvlees Foto: LC
In 2020, in coronatijd, heropende Ayolt Wiersma Foestrum, nu als herberg. Hij is de vierde eigenaar van het café dat sinds 1905 bestaat. Je kunt er nu slapen, in vier kamers, eten en uiteraard drinken, zelfs een speciaal gebrouwd biertje.
Wiersma liet de naam in ere. Hij moest wel. Westergeast kan niet zonder Foestrum, een bijnaam die al honderden jaren aan het dorp kleeft. Het zou komen van de Fries-Germaanse godheid Fostera en het Friese ‘hiem’, een plek van verering. Het klonterde door de eeuwen heen samen tot Foestrum.
Op naar Foestrum!
Op deze vrijdagavond lijkt er nauwelijks plaats in de herberg, maar Wiersma heeft voor iedereen een plekje. Een groep reserveerde de ‘huiskamer van Westergeast’, wij zitten met de andere gasten een vloer hoger, een knus ingerichte zaal die is af te huren voor een feestje.
Foestrum ademt de sfeer van een herberg. Het is prettig rumoerig, de omgang is informeel, niet alles hoeft perfect te zijn. De bediening is losjes, de gasten ook. Als een buurman het voor hem gereserveerde tafeltje te klein vindt voor drie, komt er een grotere tafel.
Wat schaft de pot?
Het voorafje: in 'kopke sop', in dit geval mosterdsoep en courgettesoep. Foto: LC
Wiersma blijft dichtbij waar Foestrum staat, aan de rand van de Fryske Wâlden. En in deze streek hoef je niet alles anders te benoemen dan zoals het is. Een kipspies is ‘pyk op stok’, een entrecôte is ‘koart bakt fleis’. Een vegetarische wrap is ‘ynpakt genot’, een gebakken slibtong ‘plat riden fiskje’.
Het meest nieuwsgierig zijn we naar de zelfgebrouwen biertjes, Wiersma’s ‘wetter mei skûm’. De herbergier brouwt in Buitenpost pilsbier onder het mom ‘doe maar normaal, dat smaakt al best genoeg’.
Wiersma maakt tripels, quadrupels en krachtig winterbier. Wij houden het bij een getapte Foestrum pils – we moeten nog rijden. Het is een fijne doordrinker.
En hoe smaakt het eten?
We laten ons na een ‘kopke sop’ verleiden tot het gerecht van de dag, al is het maar om de naam: ‘Wâldpykje’, een mals stuk kip, met spek en huisgemaakte Beerenburgsaus. De stroperige saus maakt het gerecht spannend en gelaagd.
Het hoofdgerecht: Het 'Wâldpykje', kip met Beerenburgsaus Foto: LC
Wat jammer genoeg afleidt, is de decoratie op het bord. Het is vaak het lot van het worteltje, tomaatje en kiemgroenten als tuinkers – je krijgt het erbij. Nu is daar niets mis mee, maar de groenten liggen op een dikke veeg truffelmayonaise. De uitgesproken smaak van deze mayo-afgeleide verstomt de andere smaken op het bord.
Op tafel komt ook ‘fleis lang op it fjoer’, Fries stoofvlees, en de bijgerechten patat, rode kool en gebakken aardappelen. Het stoofvlees is een winner, mals, smaakvol, thuis niet beter te maken. We laten er de truffelmayo met liefde voor liggen.
De dessertkaart nog even zien?
De Fries is een zoetekauw, weten ze bij Foestrum ook. De ijskaart staat vol klassiekers, als dame blanche en een sorbet. Het gebakken suikerboord is snel gekozen, net als het ‘neigesetsje fan mem’, het toetje van de dag, een cheesecake met witte chocolade.
Het dessert: Fries suikerbrood met ijs en slagroom. Foto: LC
Het zijn machtige desserts, met een scheut karamelsaus, een bol ijs en een flinke dot slagroom. Toetjes zonder poespas, je weet wat je krijgt, je weet hoe het zal smaken.
Hoe was onze eerste avondje Foestrum?
Weten wat je krijgt – de meeste Friezen gaan er goed op. En Wiersma kent zijn gasten. Wat zijn motto is voor in de bierbrouwerij, geldt ook voor de ‘huiskamer van Westergeast’: doe maar normaal, dat smaakt al best genoeg.