Shell-directeur Ben van Beurden bij het verhoor van de parlementaire enquêtecommissie. Foto: ANP
De opdracht van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden aan het Openbaar Ministerie om een strafrechtelijk onderzoek te starten naar de NAM en de leidinggevenden van het bedrijf is voor CEO Ben van Beurden van Shell, dat samen met ExxonMobil aandeelhouder van de NAM is, een kantelpunt.
Samen met zijn evenknie van ExxonMobil Darren Woods gaan de 'olies' naar premier Mark Rutte. De oliebedrijven willen een winningsplicht, waarmee de overheid hen verplicht om gas te winnen uit Groningen. En op die manier de verantwoordelijkheid weg te halen bij de NAM. Rutte vraagt volgens Van Beurden om geduld te hebben, want er is nog geen nieuw kabinet. In september 2017 zou het zijn opgelost, maar in het regeerakkoord staat uiteindelijk niets over de winningsplicht.
'Veroordeling crimineel handelen' dat 'kan echt niet'
Het strafrechtelijk onderzoek vindt Van Beurden ,,ontzettend moeilijk" omdat NAM en Shell konden worden veroordeeld ,,voor crimineel handelen terwijl we een hadden met de overheid" dat de bedrijven gas mochten winnen. ,,Dus aan de ene kant doe je een maatschappelijke plicht, terwijl je aan de andere kant hoort: als je dat uitvoert, dan word je strafrechtelijk vervolgd. Dat is een onmogelijke situatie", zegt Van Beurden. Het praten over een 'new deal' kwam daarmee in een totaal ander licht te staan: ,,Dit kan echt niet meer. Het moet anders."
Van Beurden en Woods suggereren dat ze een winningsbesluit indienen dat ze helemaal geen gas meer gaan winnen uit Groningen. Maar uiteindelijk komt de winningsplicht er alsnog.
'Technisch gezien veilig'
De CEO zegt dat het technisch gezien veilig is in Groningen. ,,Technisch gezien denk ik dat we aan de normen voldoen. Praktisch denk ik niet dat dat de beleving is.''
De CEO zegt dat hij in 2016 ,,eerder en harder had moeten ingrijpen.'' Dat hij in 2017 wel, toen hij het plan bedacht om een winningsbesluit van 0 kubieke meter in te dienen. ,,Waarom heb ik niet in 2016 in een keer de hand op de tafel geslagen, wat ik uiteindelijk in 2017 heb gedaan?''
Van Beurden zegt dat ,,hij zich nog heel goed kan herinneren dat een van de gedupeerden uit Groningen zei: kunt u de angst en zorgen van mijn gezin meenemen in uw afweging? Daarvan kan ik nu alleen zeggen: dat heb ik gedaan, maar had ik het maar eerder en harder gedaan. Het heeft te lang geduurd.'' Van Beurden kijkt dan ook met ,,spijt, verdriet en schaamte'' terug op het gasdossier.