Conservator Egge Knol met een van de bevrijdingsrokken. Foto: Peter Wassing
De bevrijdingsrokken stromen binnen bij het Groninger Museum die conservator Egge Knol in 2020 voor een expositie over 75 jaar bevrijding wil gebruiken. ,,Waaronder die van mijn moeder!''
De conservator deed in mei in Dagblad van het Noorden een beroep op mensen die nog in het bezit zijn van een authentieke bevrijdingsrok zoals die vlak na de bevrijding werd gemaakt en gedragen. Deze rokken, die elk jaar op bevrijdingsdag uit de kast kwamen, moesten destijds aan allerlei eisen voldoen voordat ze letterlijk en figuurlijk de stempel 'bevrijdingsrok' kregen. Ze moesten bijvoorbeeld persoonlijk zijn en gemaakt van allerlei lapjes stof, want ook na de bevrijding was er nog lange tijd tekort aan textiel. Maar Knol stelde nog een aanvullende voorwaarde. ,,Ze moeten in de provincie Groningen zijn gemaakt en gedragen.''
De bevrijdingsrok was een initiatief van verzetsstrijder Mies Boissevain- van Lennep. Zij werd in augustus 1943 met haar drie zonen door de Sicherheitsdienst gearresteerd. Ze overleefde achtereenvolgens de concentratiekampen Vught en Ravensbrück.
Twee van haar zonen werden gefusilleerd en haar man kwam in het concentratiekamp om het leven. Tijdens haar gevangenschap in Amsterdam vond ze op een dag in een waszak een lappendas die van een medegevangene was. Die gebruikte hiervoor kleding van haar kinderen en haarzelf. Achter elk lapje zat een verhaal. Het doel was dat de rokjes elk jaar op bevrijdingsdag werden gedragen, maar dat heeft niet heel lang geduurd. De bevrijdingsrok beleefde zijn hoogtepunt op 2 september 1948. Honderden vrouwen droegen de rok tijdens een bezoek aan de tentoonstelling De Nederlandse Vrouw 1898–1948 ter ere van het vijftigjarig jubileum van koningin Wilhelmina. Daarna verdwenen ze langzaam uit het straatbeeld.
Knol beschikt inmiddels over 29 rokken die nu nog bij de eigenaren liggen. ,,Deze worden onder meer beschikbaar gesteld door bijvoorbeeld musea en instellingen als de Borg Verhildersum, Museum Stad Appingedam, het Veenkoloniaal Museum en het Oorlogs- en Verzetscentrum Groningen. De historische vereniging Hoogkerk biedt het rokje aan dat in 1945 is gemaakt door mevrouw Kesimaat - Mellens. Zij was destijds 17 jaar. Er staat onder meer '14 april Peizerweg bevrijd' op.'' Bij de bevrijding van de Peizerweg kwam onder meer het negenjarige broertje van televisiepresentator Philip Freriks om het leven. ,,Maar ik ben ook veel door particulieren gebeld.''
Maar ook zijn eigen familie nam een kijkje op de zolder. ,,Ik wist dat een van mijn zussen nog de bevrijdingsrok heeft die van mijn moeder is geweest. Die is nog door mijn oma gemaakt. Deze werd elk jaar op bevrijdingsdag gedragen, van 1946 tot en met 1952. Die jaartallen vind je ook op de rok terug. Daarna werd hij nog een keer door een zus in 1973 gedragen. En deze rok werd daarna, net als zoveel van die rokken, zorgvuldig bewaard.''