De productie van woningen in Groningen, Drenthe en Friesland kent een stevige plus. Foto: Rens Hooyenga
De woningbouw in Noord-Nederland komt sterk terug na de dip in 2020 (-2,5 procent). De productie van woningen in Friesland, Groningen en Drenthe groeide de afgelopen maanden met 7 procent.
Dat blijkt uit cijfers van Bouwend Nederland en het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB).
Sterkste groei in Drenthe en Friesland
De productiegroei in 2021 doet zich voor in alle drie de noordelijke provincies, maar het sterkst in Drenthe en Friesland. In Drenthe nam de bouwproductie met 12 procent toe, in Friesland 7 procent. In Groningen steeg de woningbouwproductie met 3 procent.
Volgens Bouwend Nederland wordt de stijging in Drenthe mede veroorzaakt door de bouw van recreatiewoningen. In Groningen wordt veel gebouwd rond de stad Groningen en in het aardbevingsgebied.
Op een woningmarkt die al tijden aan de kook is, steken de noordelijke cijfers fier af bij het landelijk gemiddelde. Landelijk daalde de woningbouwproductie met 1,5 procent.
De groeicijfers in het Noorden vertalen zich ook in werkgelegenheid. Naar verwachting groeit de werkgelegenheid in de bouwsector dit jaar met 1 procent.
Daling in utiliteitsbouw en infra
Waar de woningbouwcijfers in het Noorden goed zijn te noemen, geldt dat niet voor utiliteitsbouw (kantoren, ziekenhuizen) en infra (wegen). In beide sectoren is sprake van een flinke krimp.
De infraproductie daalde met 5 procent in de noordelijke provincies. Vorig jaar was hier nog een plus van 1,5 procent. De utiliteitsbouw kent dit jaar opnieuw een krimp, zij het met 4 procent minder sterk dan in 2020, toen de productie met 6,5 procent daalde.
Volgens Sander Wubbolts, regiomanager Noord van Bouwend Nederland, is de daling van de infraproductie zorgelijk. ,,Tegelijkertijd zijn er voor de bouwsector in het Noorden volop kansen, bijvoorbeeld rondom waterstof.’’