Bökkers op de Zwarte Cross in Lichtenvoorde. Foto: MV Fotografie
Hij wordt gezien als een ambassadeur van het Nedersaksisch, de streektaal waar ‘zijn’ Sallands, maar ook het Drents, Gronings en Stellingwerfs varianten van zijn. Maar muzikant Hendrik Jan Bökkers ziet het zelf vooral als bijvangst van wat hij het liefst doet: rockmuziek maken en zingen in de streektaal.
„Mijn jongste dochter heeft lange tijd regelmatig gezegd: ‘Papa, het is zéven en geen zeuven!’ Tegenwoordig zegt ze soms: ‘Papa, jij zegt zeuven hè, want jij praat plat. Dat moet je tegen mij ook doen!’ Ze vindt het wel interessant, grappig is dat.”
Hendrik Jan Bökkers zit in zijn studio annex kantoor op een industrieterrein Raalte. Vanuit hier regelt hij met een medewerkster de boekingen voor de band die zijn achternaam draagt. Nog twee optredens staan er gepland dit jaar: vanavond (zaterdag 3 december) in een grote schuur bij een loon- en grondverzetbedrijf in Pesse en volgende week in popzaal De Lantaarn in Hellendoorn.
Dit jaar heeft de vijfmansformatie voor het eerst ook een theatertour gedaan. Onder de noemer Thuus he’j ook niks te lachen trad Bökkers op in voornamelijk Oost- en Noord-Nederland; een totaal andere setting dan bij vertrouwde tent- of schuurfeesten. „Ik kwam erachter dat ik het ontzettend leuk vind om theateroptredens te doen. Je hebt echt luisterpubliek. Dus alle grapjes, ook de grappen die verstopt zitten in het derde couplet van een nummer, komen over. En ik kan tussendoor verhalen vertellen, wat ik heel leuk vind. In een tent kun je nog wel een oneliner schreeuwen als: ‘Hebt jullie allemaol nog wat te zoepen?!’ maar meer ook niet, want dat verwaait compleet in het testosterongebeuren.”
‘Wij zijn geen boerenrockband’
Al jaren is zijn band een begrip in met name Oost- en Noord-Nederland. De associatie met Normaal ligt op de loer, net zoals dat voorheen gebeurde bij Jovink en de Voederbietels, de band waar Bökkers zelf drie jaar deel van uitmaakte. Rockmuziek in de streektaal wordt al snel gebombardeerd tot boerenrock. Te snel, vindt de 45-jarige muzikant. „Wij zijn geen boerenrockband. Jovink was dat ook niet. Omdat we in de streektaal zingen, wordt onze muziek wel snel in dat hokje gestopt. Als je ‘boeren’ ziet als geuzennaam, snap ik het heel goed. In die zin zijn we het ook, maar we zijn net zo goed een band voor bakkers, fietsenmakers en hersenchirurgen.”
Hendrik Jan Bökkers tijdens een optreden op het Hello Festival afgelopen zomer. Foto: MV Fotografie
„De term ‘boerenrock’ heeft echt met de streek te maken; wij uit het Oosten en Noorden worden nog wel eens als boeren bestempeld en dan is onze muziek boerenrock. Maar het is niet zo dat wij, zoals Normaal vroeger deed, fanatiek op de bres springen voor de boeren. Ik sta wel achter de boerenacties, maar Bökkers is niet ontstaan als boerenband of zo.” Hij lacht. „Ik rijd ook geen trekker, dat kan ik niet eens.”
Annie uut de bochte
Nummers als Bie moe, Jezus, Svetlana, De Neuze en Annie uut de bochte worden in feesttenten en op festivals luidkeels meegezongen. Sta je in het publiek dan is het nooit zeker dat je droog het einde van de avond haalt. Het bier vliegt je regelmatig om de oren. „Dat vind ik mooi, dat hoort erbij. Net als dat er wel eens een baal stro het publiek in wordt gegooid. Dat verhoogt de feestvreugde. Maar bier gooien naar de band, daar heb ik een hekel aan. Apparatuur gaat ervan kapot. Het gebeurt gelukkig bijna nooit meer; heel soms moet ik er nog wat van zeggen, maar de meeste mensen weten het zo langzamerhand wel.”
Een deel van het publiek dat normaal gesproken naar de feesttenten en festivals komt, is ook naar de theatervoorstelling geweest. „Maar we hebben daar ook een nieuw publiek bereikt; mensen die vaker naar het theater gaan, maar niet naar een festival en die ons wel een keer willen zien. Dat is hartstikke tof. Ik vind de combinatie vooral heel leuk. ’s Zomers optreden in een dampende tent en ’s winters in de theaters. In april 2023 start de nieuwe tent- en festivaltour en vanaf oktober staan we weer in de theaters.”
Zijn leven is rustiger geworden
Met een dikke baard en weelderige haardos oogt Hendrik Jan Bökkers ruig, maar door de jaren heen is zijn leven rustiger geworden. Hij heeft samen met zijn vrouw Martine vier kinderen en nog twee uit een eerdere relatie. „Doordeweeks ben ik een heel saaie drol. Mensen vragen wel eens of mijn werk te combineren is met het gezin, maar dat gaat prima. Mijn vrouw heeft een eigen bedrijf en werkt doordeweeks. Dan ben ik meestal thuis. In het weekend als ik weg ben, is mijn vrouw thuis.”
Bökkers: 'In het theater hebben we een nieuw publiek bereikt'. Foto: Cas Busscher
In de periode dat hij bij de Achterhoekse band Jovink en de Voederbietels zat (2005-2007) en daarna, toen Bökkers begon als Normaal-coverband Bökkers dut Normaal, vloeide de drank rijkelijk. „Dat waren enorme zuippartijen. Vooral in de begintijd van Bökkers. Het waren voor ons eigenlijk gewoon stapavonden. Maar de zalen werden steeds groter en er kwam meer publiek en meer gage, dan wordt het op een gegeven moment gênant om dronken op te treden en ga je vanzelf minderen. We begonnen als hobbycoverbandje en dat werd een steeds serieuzere aangelegenheid. Daar ga je je ook naar gedragen. Ik spuug nog niet in een biertje, maar tegenwoordig is mijn motto: het drinken van mij mag geen zuipen meer heten.”
Vak leren
Van kleins af aan is Hendrik Jan Bökkers, die opgroeide in Heino, bezig met muziek maken. Hij komt uit een muzikale familie, maar fanatiek gemusiceerd wordt er niet. „Mijn vader speelde een klein beetje piano, als hij een borrel op had. Er stond een piano bij ons thuis. Ik ben op les gegaan. Toen mijn broer ging drummen, ben ik dat ook gaan doen. Later kreeg ik een gitaar en ben ik ook gitaar gaan spelen. Van lieverlee leerde ik mezelf van alles aan.”
Muzikant worden is zijn droom. Maar zijn ouders vinden dat hij eerst een ‘echt’ vak moet leren. Zijn moeder is onderwijzeres en ook Bökkers gaat naar de pabo in Zwolle. Ondertussen speelt hij in bandjes. Na het afronden van zijn opleiding staat hij op zijn 21ste – hij is een vroege leerling – voor de klas. „Jezus, dacht ik. En nu moet ik dit de komende 46 jaar gaan doen? Toen ben ik naar de Rockacademie in Tilburg gegaan, puur met de intentie om gelijkgestemden te vinden om een band op te richten. Na anderhalf jaar had ik een band, Soundsurfer, en een platendeal. Toen ben ik gestopt met lesgeven.”
Van de Engelstalige band stapt hij in 2005 over naar de streektaalmuziek. ,,Ik deed mee aan een sessie en we hadden daarvoor nog een drummer nodig. De sessieleider raadde me aan Cohen (bijnaam van oud-Jovinkfrontman Hendrik Jan Lovink, red.) te bellen, die kon goed drummen. Bij Jovink hadden ze net hun gitarist ontslagen en Cohen vroeg of ik nog een goede vervanger kende. ‘Ja, ik’, zei ik in een opwelling. ‘Ja, lek oe dat wel wat?’ vroeg hij. Toen pas ging ik er echt over nadenken en het leek me echt leuk.
Als jongen uit Heino ben ik opgegroeid met de muziek van Normaal en later Jovink. Ik vond dat altijd al heel tof. Dat was spelen bij Soundsurfer ook, maar na de overstap naar Jovink kon ik opeens tachtig tot honderd keer per jaar optreden en ontdekte ik: hé, dat zingen in de streektaal in zo’n volle feesttent is eigenlijk veel leuker dan Engelse muziek maken in het subsidieerde clubcircuit.”
Bökkers: 'Grammaticaal gezien praat ik keurig Nederlands, ik heb alleen een dijk van een accent. Ja, nou en'. Foto: MV Fotografie
De streektaal krijgt hij van huis uit mee. „Maar ik ben wel een product van de jaren 70, dus keurig opgevoed in het Hooghaarlemmerdijks door mijn moeder. Onderling praatten mijn ouders plat en mijn vader deed het tegen de kinderen ook wel. Ik heb een aantal jaren in Tilburg gewoond, maar ontdekte - eenmaal bij Jovink - dat de streektaal nog heel erg levend was. Ik had het Oosten ook echt gemist. Mijn accent heb ik altijd gehouden. Logopedie, wat me op de pabo werd aangeraden, heb ik geweigerd. Grammaticaal gezien praat ik keurig Nederlands, ik heb alleen een dijk van een accent. Ja, nou en.”
Bijvangst
Zijn band Bökkers dut Normaal vult door de jaren heen steeds grotere zalen en van lieverlee speelt de band tussendoor steeds meer eigen materiaal. Tot de eigen nummers de overhand krijgen en het ‘dut Normaal’ uit de bandnaam wordt gehaald. Landelijk krijgt Bökkers meer bekendheid na een optreden in de ochtendshow van Giel Beelen op 3FM in 2016, waar ze, behalve een eigen single, ook een Top 40-nummer mogen coveren. Hij kiest voor Catch & Release van Matt Simons en vertaalt het naar Iederiene hef zien reden. Het nummer slaat aan, wordt vaker gedraaid en blijkt ook in feesttenten populair. Uiteindelijk staat de band in 2021 met dat nummer en Kold bloed in de Top 2000. „Hartstikke cool, dat voelt als erkenning.”
Nedersaksisch
Nedersaksisch wordt gesproken in Noord-Duitsland en in de Nederlandse provincies Groningen, Drenthe, Overijssel, de Gelderse regio’s Veluwe en Achterhoek, in een deel van Utrecht, op Urk, in de Stellingwerven en rond Kollumerpomp in Friesland. Het is is, naast het Limburgs en het Fries, een van de drie officiële streektalen in Nederland. De taal kent vele varianten, waaronder het Drents, Sallands, Twents, Stellingwerfs en Gronings.
Het tv-programma Beste Zangers, waarin hij een jaar geleden te zien is, legt hem qua bekendheid ook geen windeieren. Hij vertaalt onder andere een nummer van de Turks-Nederlandse zangeres Karsu naar het Sallands en doet hetzelfde met een lied van Katy Perry. „Je wordt gedwongen om je te verdiepen in andermans repertoire en je bent heel vrij in je aanpak. Dus ik besloot: ik ga een paar nummers in het Engels doen, een paar in het Nederlands en een paar in het Nedersaksisch, want dat vind ik tof.”
Taal- en cultuurgeschiedenis heeft Bökkers’ interesse. Hij heeft Overijsselse streektaalinstituut de IJsselacademie geholpen met het ontwikkelen van een leerlijn Nedersaksisch voor het basisonderwijs en maakt momenteel samen met de organisatie het derde seizoen van de podcast De Nedersaksen, waarin mensen uit het Nedersaksische taalgebied worden geïnterviewd. Dit jaar won de onlangs naar het Achterhoekse Ruurlo verhuisde muzikant de Cultuurprijs Overijssel, mede omdat hij wordt gezien als ambassadeur van het Nedersaksisch. „Maar ik ben er met het zingen in de streektaal nooit op uit geweest om het Nedersaksisch een boost te geven. Ik zie dat meer als een toffe bijvangst. En omdat ik het doe, komt het op bepaalde vlakken wat meer over het voetlicht. Als band hebben we altijd tot doel gehad om lekker op te treden en dat is wat we doen.”
‘Het is toch heel normaal om in je eigen taal te zingen?’
Het imago van de streektaal is behoorlijk verbeterd, merkt hij. „Ik denk dat mensen steeds trotser worden op hun roots en taal hoort daarbij. In het verleden was er regelmatig schaamte, toen kwam er een soort emancipatiebeweging op gang en was het credo dat je je niet meer hoefde te schamen en nu zijn mensen er echt trots op. Dat is wel een flinke verandering die zich de afgelopen dertig jaar heeft voltrokken. De officiële erkenning van het Nedersaksisch in 2018 heeft ook zeker bijgedragen aan de waardering ervoor. Ik ken heel veel mensen die sindsdien zeggen: ‘Ik ben tweetalig’, terwijl ze daarvoor dachten dat ze niet goed Nederlands konden. Die mindset is belangrijk.”
„Nederland heeft van oudsher drie talen: het Saksisch, het Frankisch en het Fries. Toevallig is het Frankisch ooit als officiële landstaal gekozen, maar die andere twee zijn ook landstalen. Het doet iets met je als je weet dat je één van die talen spreekt. Ik heb het idee dat mensen uit Westen het ook cool vinden dat we in onze eigen taal zingen. ‘Jullie zijn zo lekker authentiek’, zeggen ze dan. Gelul natuurlijk. Omdat dit onze eigen taal is, wordt er soms een heel ding van gemaakt, maar het is toch heel normaal om in je eigen taal te zingen? Dat doen zoveel bands. De Dijk deed deed het en ook Rammstein en The Rolling Stones zingen in hun eigen taal. Ik vind het hartstikke logisch.”
Paspoort
Hendrik Jan Bökkers 16 juli 1977 te Olst pabo in Zwolle en Rockacademie in Tilburg (niet afgerond). begonnen als leraar op een basisschool, zat daarna in meerdere bands, waarvan Soundsurfer (2001-2005) en Jovink en de Voederbietels (2005-2007) de bekendste zijn. Gaf ook les aan de Rockacademie in Tilburg en de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden. Heeft sinds 2010 zijn eigen band Bökkers (begonnen als Normaal-coverband Bökkers Dut Normaal). maakt samen met Albert Bartelds (IJsselacademie) de podcast De Nedersaksen en hielp mee met het ontwikkelen van een leerlijn Nedersaksisch. Nam in het najaar van 2021 deel aan het tv-programma . getrouwd met Martine, vader van zes kinderen.