Zakelijk directeur Adriaan Dönszelmann van het Van Gogh Museum presenteert in Assen een gezamenlijk met het Drents Museum aangekocht schilderij van Vincent van Gogh: Onkruid verbrandende boer (1883). Foto: Jaspar Moulijn
Iets meer dan een maand na de veiling in New York werd maandag het schilderij Onkruid verbrandende boer van Vincent van Gogh gepresenteerd in Assen.
Dat gebeurde middels een wonderlijke eenvoudige handeling. Algemeen directeur Harry Tupan van het Drents Museum en zakelijk directeur Adriaan Dönszelmann van het Van Gogh Museum schoven een zwart scherm op wieltjes opzij en reikten elkaar daarna de hand. Glimlachend. Ook voor de fotografen.
Kort daarvoor hadden ze teruggeblikt op de totstandkoming van hun gezamenlijke aankoop; 2.854.566 euro hebben de twee musea ervoor betaald. Tupan vertelde onder meer over het moment dat conservator Annemiek Rens met rode wangen zijn kantoor was binnengestapt. ,,We kunnen een Van Gogh kopen, had ze geroepen. Nou, dat leek mij wel wat.”
Opnieuw ging het over het moment dat de twee musea het hoogste bod hadden uitgebracht: Tupan: ,,Toen het schilderij werd afgetikt, zat het bedrag onder dat wat wij er voor over hadden. Bij ons in Assen barstte een enorm gejuich uit, alsof FC Emmen kampioen van de Eredivisie was geworden. Euforie alom.”
Dönszelmann vertelde dat het Van Gogh Museum het schilderij eerder ter observatie heeft gehad, niet wetend dat het geveild zou worden. ,,Toen hadden we al het idee: als dit een keer op de markt komt, dan zou het een mooie aanvulling zijn. Het is 42 jaar geleden dat wij als museum voor het laatst een Van Gogh-schilderij hebben kunnen aankopen.”
Na de presentatie schetste Marije Vellekoop, hoofd collectie en onderzoek van het Van Gogh Museum, het belang van het ‘Onkruidverbrandertje: ,,Het is een bijzonder schilderij. Niet heel groot van formaat. Tamelijk donker, zoals we dat kennen van zijn vroege periode. Tonaal noemen we dat met een mooi woord.”
Van Gogh was 27 jaar en nog maar drie jaar als kunstenaar bezig toen hij het werk maakte. ,,Schilderen was vrij nieuw voor hem. Hij was nog aan het oefenen”, vertelde Vellekoop. Het moment om naar Drenthe te reizen, noemde ze weinig gelukkig gekozen. ,,Najaar. Slecht weer. Weinig mogelijkheden. Een zolderkamertje met licht door een dakpan van glas.”
Het landschap vergoedde veel. ,,Hij had specifieke interesse in het weergeven van licht-donker-effecten. Bij schemering is dat een flinke uitdaging. Dit schilderij is een mooi voorbeeld van waar hij zich mee bezig hield. Het kleine vuurtje aan de voeten van de boer weerkaatst heel mooi. Voor een beginneling heeft hij een mooi effect veroorzaakt.”
Dankzij zijn brieven weten we dat Van Gogh achttien schilderijen in Drenthe heeft gemaakt. Met zekerheid kunnen slechts vijf bestaande werken aan de Drentse periode worden gekoppeld. Drie daarvan bevinden zich in Amsterdam. Een daarvan, De turfboot, was al in Assen. Onkruid verbrandende boer komt daar dus nu bij.
Het schilderij is tot en met 22 maart in Assen te zien. Daarna wordt het in Amsterdam eerst herenigd met de overige drie Drentse schilderijen. Vervolgens krijgt het in juni 2020 een plek op een tentoonstelling over de brieven van Van Gogh. Dan volgt een grondig onderzoek waarbij wordt bekeken of de vernislaag kan worden verwijderd. Aansluitend krijgt het schilderij in het Van Gogh Museum een plek tegenover De aardappeleters.
Hoewel Onkruid verbrande boer nog maar net in Assen aan de muur hangt, blikte conservator Annemiek Rens maandag alweer vooruit. Ze vertelde niet alleen over het onderzoek naar de sporen die Van Gogh in Drenthe heeft achtergelaten, maar ook over de grote Van Gogh in Drenthe-tentoonstelling in voorbereiding. Te zien in 2023. 140 jaar na zijn aankomst in Hoogeveen en reis naar Nieuw-Amsterdam.