Pieter Omtzigt begint aan het grootste waagstuk in zijn carrière. Na jarenlang een luis in de pels van de macht te zijn geweest, wil hij nu zélf de sleutels van het Torentje. Een thrillerachtige verkiezingsstrijd ligt in het verschiet.
Toen D66-staatssecretaris Menno Snel eind 2019 opstapte vanwege de toeslagenaffaire, kreeg Pieter Omtzigt een telefoontje. Of hij interesse had om het staatssecretarisschap van Financiën over te nemen. „Nou, Pieter heeft kritiek, dan moet Pieter het maar doen”, zei Omtzigt daarover vorig jaar in het tv-programma College Tour.
„Ze hebben echt lang geprobeerd om mij staatssecretaris te maken”, blikte Omtzigt terug. Het Twentse Kamerlid – toen nog lid van de CDA-fractie – zei meteen ’nee’ tegen het verzoek: „Ik heb tot nu toe nul informatie en medewerking gehad, dit lijkt mij niet verstandig. En ik weet niet of ik de juiste persoon ben om dit op te lossen.”
Nu denkt Omtzigt (49) wél de problemen in het land te kunnen oplossen. Met zijn eigen partij ligt hij op koers om niet ’slechts’ staatssecretaris te worden, hij is in pole position om Mark Rutte op te volgen als minister-president. Meerdere peilingen geven aan: áls Omtzigt met een eigen partij meedoet aan de Kamerverkiezingen, wordt hij in één klap de grootste. Hij kan volgens I&O Research rekenen op 46 zetels. Dat zijn er aanzienlijk meer dan de 26 zetels waarmee een eerdere nieuwkomer – de Lijst Pim Fortuyn – in 2002 de Kamer in denderde.
„Pieter is een belofte, een soort goede fee, die boven de markt hangt”, zegt onderzoeker Peter Kanne van I&O Research over de sensationele peilingen. „Hij wordt zo gewaardeerd vanwege zijn integriteit en het feit dat hij als een luis in de pels opereert. En het zegt veel over hoe kiezers nu naar de gevestigde partijen kijken: met veel scepsis en wantrouwen.”
Maar in het beeld van ’de Twentse verlosser’ zullen de komende maanden barsten ontstaan, verwacht Kanne. „Nu hij zijn eigen partij begint, moet Omtzigt concreet worden. Met een programma, een kandidatenlijst. Een deel van de kiezers zal dan denken: ’Oh, wacht even, dan haak ik toch af’. Ik voorzie dat geen enkele partij in Nederland de komende verkiezingen 46 zetels behaalt, ook Omtzigt niet.” Maar, benadrukt Kanne: „Ook met 30 zetels kan hij de grootste worden.”
En dat terwijl Omtzigts politieke carrière een decennium geleden nog gedoemd leek te mislukken. Het CDA plaatste hem in 2012 bij de Kamerverkiezingen op een onverkiesbare 39ste plaats. Binnen de CDA-top maakte hij meer vijanden dan vrienden. Zo beklaagde Omtzigt zich als beginnend Kamerlid over de ruime pensioenregeling van Nout Wellink, destijds president van De Nederlandsche Bank én prominent CDA’er.
Hoewel het CDA hem probeerde te lozen, kwam Omtzigt dankzij 37.000 voorkeursstemmen – vooral uit Twente – tóch in de Kamer. Sindsdien konden de christendemocraten niet meer om hem heen. In allerlei dossiers liet hij van zich horen: van de Bulgarenfraude en pensioenen tot het beleid van de Europese Centrale Bank en btw-verhogingen voor de grensregio.
Hij wist de media slim te bespelen. Als hij weer eens een lange lijst Kamervragen instuurde, informeerde hij keer op keer journalisten. Soms zat Omtzigt ernaast. Na de aanslag op MH17 liet hij in een zaal vol nabestaanden een nepgetuige suggereren dat een Oekraïens gevechtsvliegtuig MH17 had neergehaald. Hij moest diep door het stof en legde zijn MH17-woordvoerderschap neer.
Maar de meeste Nederlanders denken bij Omtzigt aan zijn onvermoeibare strijd – met SP’er Renske Leijten – in de toeslagenaffaire. „Onze rechtsstaat kampt met een groot probleem, namelijk dat burgers hun recht niet kunnen halen ten opzichte van de overheid”, schrijft Omtzigt in zijn boek Een nieuw sociaal contract. In dat boek noemt Omtzigt zichzelf ’koppig’ en zegt hij dat de ’mist in Den Haag moet worden weggenomen’.
Rond de tijd dat het boek verschijnt, in februari 2021, stort Omtzigt in. Het is de periode na de geflopte CDA-lijsttrekkersverkiezing: een strijd die hij met slechts 258 stemmen verschil verloor van Hugo de Jonge. Als Wopke Hoekstra even later het stokje overneemt van De Jonge – en dus niet Omtzigt – knapt er iets bij de Enschedeër. Hij voelt zich op ’onheuse wijze’ gepasseerd. Tijdens zijn burn-out besluit Omtzigt uit het CDA te stappen. In een intern document schrijft hij dat CDA’ers hem hebben uitgemaakt voor ’psychopaat, zieke man, teringhond, eikel, gestoord en labiel’.
Als afsplitser in de Kamer kost het Omtzigt moeite om de draad weer op te pakken. Zeker nadat het hele land maandenlang over ’positie Omtzigt, functie elders’ sprak. „Pieter heeft heel zware jaren achter de rug”, zegt zijn vertrouweling Matthijs Punter deze maand in De Telegraaf. Punter en andere ex-CDA’ers weten honderdduizenden euro’s voor Omtzigt op te halen. Daarmee kan Omtzigt nu een vliegende start maken met zijn eigen partij.
Maar geld alleen is niet genoeg. Vriend en vijand stellen dat Omtzigt nog niet is genezen van zijn burn-out. Is hij mentaal in staat een slopende campagne te voeren én zijn partij en mogelijk zelfs het land te leiden? „Laat mij even rustig mijn gang gaan”, zei Omtzigt vorig jaar in College Tour. „Ik ben geen Tesla die in drie seconden van nul naar honderd gaat.”