Er gebeurt te weinig om te voorkomen dat kinderen en jongeren jeugdzorg nodig hebben. Foto: ANP
Er gebeurt te weinig om te voorkomen dat kinderen en jongeren jeugdzorg nodig hebben.
In de Hervormingsagenda Jeugd ligt de nadruk te veel op het anders organiseren van jeugdzorg, maar de oplossing voor het verminderen van de grote vraag naar jeugdzorg ligt daarbuiten: in de wijken, bij de gezinnen. Dat concludeert de Deskundigencommissie Hervormingsagenda Jeugd in een advies dat donderdag verschijnt.
De problemen in de jeugdzorg zijn groot: er zijn wachtlijsten voor jongeren die hulp het hardste nodig hebben; personeelstekorten; angst bij hulpverleners om tekort te schieten en vervolgens aansprakelijk te worden gesteld; en gemeenten (die verantwoordelijk zijn voor jeugdzorg) zien de vraag naar jeugdzorg toenemen en de financiële tekorten oplopen.
Plannen om dit te verbeteren zijn vastgelegd in de Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028, maar de deskundigencommissie onder leiding van oud-zorgminister Tamara van Ark die deze plannen nu heeft beoordeeld, heeft er ’onvoldoende vertrouwen in dat de huidige aanpak en voortgang van de Hervormingsagenda Jeugd tot de beoogde effecten gaan leiden’.
Bezuiniging
De gemaakte afspraken moeten ook leiden tot een flinke besparing vanaf 2026. Maar tegelijk blijft de vraag naar jeugdzorg en daarmee de uitgaven stijgen, constateert de commissie. De ingeboekte bezuiniging ’hangt als een zwaard van Damocles boven alle partijen die bij de uitvoering betrokken zijn’, staat in het rapport.
De commissie roept het Rijk en de gemeenten dan ook op om andere financiële afspraken te maken. Het is volgens haar ’niet haalbaar en niet wenselijk om de beoogde besparingen vanaf 2026 te handhaven’. Er zou voor het financieel kader een soort overgangsperiode moeten komen voor de periode tussen 2025 en 2028. De commissie wijst er wel op dat het moeilijk is om een goede inschatting te maken van doelen en effecten van mogelijke bezuinigingen. Dat komt omdat de informatie hierover niet goed meetbaar is.
Scholen en verenigingen
Er is te weinig aandacht voor de oorzaak van de problemen van jongeren. Vaak ligt deze niet bij de jongeren zelf, maar in de omgeving waarin zij opgroeien: thuis, op school of in de wijk. Armoede, schulden, complexe scheidingen, geestelijke problemen bij ouders, geen goede woning, toenemende prestatiedruk; het speelt allemaal mee bij het ontstaan van problemen in gezinnen.
De commissie vindt dat ’partners in het voorveld’, zoals jeugdgezondheidszorg, kinderopvang, scholen en verenigingen, onvoldoende betrokken zijn. ’Deze omgevingen van jongeren worden nog veel te weinig benut om vroegtijdig en laagdrempelig hulpsignalen op te vangen en te faciliteren, collectief of individueel’, staat in het adviesrapport.
Het rapport is donderdag overhandigd aan de staatssecretarissen Vincent Karremans (Jeugd) en Teun Struycken (Justitie en Veiligheid) en aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).