Het tempo gaat uit de bouw van nieuwe windparken op de Noordzee. Dat is slecht nieuws voor het Noorden en Nederland.
Vijf ondernemersorganisaties en netbeheerder Tennet roepen de Tweede Kamer op om meer vaart te maken met de bouw van nieuwe windmolens op de Noordzee. Een brief van VNO NCW en de gezamenlijke energiebedrijven daarover volgde afgelopen weekeinde op een besluit van minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei om de ambities voor wind-op-zee fors terug te schroeven, van de geplande 50 gigawatt aan stroom in 2040 naar 30 tot 40 gigawatt.
In de praktijk zijn er nu concrete plannen voor 21 gigawatt en de bouw verloopt langzamer dan de bedoeling was. Er is ook nog een fors tekort aan capaciteit op het stroomnet en aan kabels vanaf de Noordzee naar het vasteland.
Noord-Nederland zou een belangrijke rol gaan spelen in de plannen voor windenergie. Er komt nu al veel stroom vanaf de zee aan in de Eemshaven en dat zou fors toe gaan nemen. Dat is goed voor de economie van Groningen, Drenthe en Friesland. Het levert banen op in de techniek, transport, energie en dienstverlening.
Windenergie belangrijke economische kans Noorden
Na de sluiting van het grote gasveld in Groningen zou windenergie en de verdeling van stroom een belangrijke nieuwe economische activiteit in het Noorden moeten worden. Het kan de kennis en innovatie in het noordelijke bedrijfsleven en aan de Rijksuniversiteit Groningen en Hanzehogeschool ook vooruit helpen.
En het is ook nog eens goed voor het klimaat. Hoe meer stroom van windmolens, hoe minder fossiele energie nodig is. En het maakt Nederland minder afhankelijk van gas en olie uit andere landen.
Minister Hermans stelde dat het terugschroeven van de windmolenplannen ook nodig is omdat de vraag naar elektriciteit achterblijft. Dat komt ook doordat bedrijven en burgers minder snel overstappen van fossiele energie naar stroom. Minder snel dan eigenlijk goed is voor het klimaat.
Er zijn natuurlijk ook nadelen zoals de hoge kosten en de inpassing van stroomkabels in het landschap. Bij het besluit van de minister om twee belangrijke stroomkabels vanaf de Noordzee via Schiermonnikoog en Groningse landbouwgebieden te laten lopen in plaats van oostelijker via een tunnel kwam dat onlangs nog duidelijk naar voren. Het is dan ook zaak de kabelroute zo aan te leggen dat de landbouw zo min mogelijk last krijgt van verzilting en de natuur zo min mogelijk schade oploopt.
Ook dat zal het prijskaartje weer hoger maken. Maar op de lange duur zouden veel kosten anders ook fors oplopen.
