Gerry Hamstra: ,,Het lijkt me fantastisch om met z’n allen weer een stabiele club neer te zetten.” Foto: FPh/Mustafa Gumussu
Talloze keren sprak Gerry Hamstra (49) de afgelopen jaren over voetballers en trainers. Nu vertelt hij eens over zichzelf. Als technisch manager van SC Heerenveen, maar bovenal als zoon van twee binnenvaartschippers. ,,Ik ga knokken als het moeilijk wordt.”
Gerry Hamstra voerde begin dit jaar stevige onderhandelingen met zaakwaarnemers en clubs. Gelijktijdig probeerde hij de rust te bewaren bij zijn medewerkers, tijdens de bestuurlijke crisis bij SC Heerenveen.
Tussendoor had Hamstra evaluatiegesprekken op zijn kantoor, lijmde hij de breuk met Morten Thorsby, vocht een paar verbale robbertjes uit met journalisten en schoof op vrijdagmiddag aan bij de regionale omroep.
Eigenlijk was het voor Hamstra een vrij normale slotweek van de winterse transferperiode. Met als verschil dat deze keer zijn moeder op sterven lag – en een paar dagen later overleed.
Moest Hamstra niet gewoon een paar dagen vrijaf nemen, was de vraag, pal na afloop van die tv-uitzending. Had hij geen betere dingen te doen dan te praten over de komst van verdediger Ibrahim Dresevic, het naderende vertrek van directeur Luuc Eisenga en de positie van trainer Jan Olde Riekerink?
Het was, gaf Hamstra toe, tamelijk hectisch. Maar hij kon zijn werk als technisch manager van Heerenveen nog wel met zijn privéleven combineren. ,,En weglopen voor mijn verantwoordelijkheid, dat doe ik niet”, voegde hij eraan toe.
Ruim negen maanden later, in een brasserie in het centrum van Heerenveen, blikt Hamstra terug op die periode. Op tafel staan een dubbele espresso en een glas water, ernaast ligt een telefoon. De eigenaar van het toestel negeert de bellers die regelmatig op het scherm verschijnen.
De vraag luidt nu: zou hij het een volgende keer anders doen? ,,Lastig”, zegt Hamstra, na enig nadenken. ,,Je voelt je betrokken en verantwoordelijk bij alles wat er bij de club gebeurt. Ik wil de boel onder controle houden. Maar wat ik wel heb geleerd: dat kán gewoon niet altijd. Soms is het juist ook goed om even afstand te nemen.” Een korte stilte. ,,Ik ga altijd maar door. Dat zit wel een beetje in me.”
,,Mijn moeder was 69 jaar”, vervolgt Hamstra. ,,Ze is veel te jong overleden. Het ging al twee jaar slecht. Haar dood was een geleidelijk proces. Ik zag een heel sterke, krachtige vrouw steeds verder aftakelen. Eigenlijk was het beter toen het afgelopen was. Hoe verdrietig ook, want ik mis haar nog elke dag. Momenteel zie ik hoe mijn vader zich staande houdt. Wat knap, denk ik dan, dat hij opnieuw iets van zijn leven probeert te maken. Terwijl hij elk moment van de dag zijn vrouw mist, met wie hij 50 jaar alles heeft gedeeld.”
Veel verantwoordelijkheid voelen en de extreme drang om die vervolgens ook te nemen – het is onmiskenbaar te herleiden naar zijn jeugd. Als zoon van binnenvaartschippers woonde Gerry Hamstra vanaf zijn zesde tot zestiende in een schippersinternaat. Een tuchtschool was het niet, integendeel, maar die tien jaren hebben Hamstra ontegenzeggelijk gevormd tot de man die hij nu is.
Als hij in de buurt is rijdt Hamstra nog weleens langs de plek waar hij opgroeide, het gebouw aan de Haydnlaan in Groningen. ,,Mijn ouders hadden me op het internaat voorbereid, in de zin dat ik mezelf al goed kon redden toen ik daar voor het eerst kwam. Er woonden zo’n honderd schipperskinderen, die over zes groepen waren verdeeld. Ik zag de kinderen in mijn groep als broertjes en zusjes. We ontbeten samen, gingen naar school en terug in het internaat werden er activiteiten georganiseerd. Ik voetbalde veel, naast het gebouw lag een groot veld.”
Hamstra werd er op jonge leeftijd volwassen. Schaafwonden na een valpartij? Even slikken en weer doorgaan. Zijn ouders waren er immers niet om troost te bieden. Ruzie met andere kinderen? ,,Lag ik te huilen op mijn slaapkamer, tot ik realiseerde dat ik het zélf moest oplossen. Ik leerde er dus dat ik voor mezelf moest opkomen. Ik was de oudste thuis, mijn twee jongere broertjes gingen later ook naar Groningen. Voor hen vervulde ik vanaf toen een soort vaderrol.”
,,Het schippersinternaat heeft mij veel gebracht”, vervolgt Hamstra. ,,Verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid, natuurlijk. Discipline en structuur, want in zo’n grote groep waren er wel regels nodig. Zo stonden de bedtijden en eettijden vast en hadden we corveedienst. Wat ik ook leerde: hoe ga je om met teleurstellingen en tegenslagen? Die moest ik voornamelijk zelf verwerken. Toen was dat niet leuk. Nu haal ik daar juist kracht uit. Ik stond er vanaf mijn zesde vaak alleen voor. Dan raak je als volwassene niet zo snel in de war van lastige situaties, zoals vorig jaar toen het bestuurlijk heel onrustig was bij de club. Ik ga juist knokken als het moeilijk wordt.”
Gerry Hamstra op het dek van het schip van zijn ouders. FOTO HARRY DE GROOT Foto: Harry de Groot
Het is fascinerend om te zien hoe bevlogen hij over zijn jeugdjaren vertelt, want normaal gesproken is Gerry Hamstra niet bepaald het favoriete gespreksonderwerp van Gerry Hamstra. Benaderbaar is hij over zijn werk, interesse toont hij volop in anderen, maar als het iets te lang over hemzelf gaat doet Hamstra het liefst een stap terug.
,,Wanneer je als kind jezelf moet beschermen, bouw je een muur om jezelf heen”, verklaart hij. ,,Het voordeel van die muur is dat kritiek van buitenaf me niet zo snel raakt. De keerzijde? Ik praat niet zo makkelijk over mezelf, zeker niet als er iets vervelends aan de hand is.”
Johnny Jansen werd daar vorig seizoen eens behoorlijk kwaad over, toen Hamstra opeens twee dagen niet op de club verscheen. Wat bleek? Hij lag in het ziekenhuis. Met een verhelpbare kwaal weliswaar, maar toch. ,,Altijd wil-ie alles van iedereen weten, maar over zichzelf zegt hij niks”, riep Jansen bozig ten overstaan van het personeel. Hamstra, lachend: ,,Had Johnny wel gelijk in. En toch denk ik dan: ik los het zelf wel op.”
,,Dat heeft natuurlijk met mijn achtergrond te maken”, zegt Hamstra. ,,Ik heb een geweldige jeugd gehad, laat dat duidelijk zijn. Mijn ouders verwijt ik ook helemaal niks en bovendien werd er op het internaat goed voor ons gezorgd. Maar ja, niemand kan je ouders vervangen. Een knuffel, het idee dat je op ze kunt terugvallen als je ergens mee zit. Al compenseerden mijn ouders dat in de weekenden volledig. Waar ze ook waren in Nederland, België of Duitsland – elke vrijdag zette mijn vader de auto vanaf het schip op de wal en haalde mijn moeder ons op, terwijl mijn vader doorvoer.”
Vervolgens was het gezin Hamstra twee dagen compleet, om op zondag weer met buikpijn naar Groningen te rijden. ,,Stond ik met mijn broertjes te janken terwijl die auto de straat uitreed. Pas veel later hoorde ik dat mijn ouders hetzelfde deden, bij het eerste tankstation dat ze tegenkwamen.”
Hamstra kreeg onlangs een flashback naar die zondagen, die nog steeds rotsvast in zijn geheugen staan gegrift. Zijn vader gaf hem en zijn vrouw een lift naar het vliegveld en hoe meer ze Schiphol naderden, hoe stiller Hamstra werd. ,,Dit doen we nooit meer pap, want het voelt precies als vroeger”, zei hij uiteindelijk tegen zijn vader.
Regelmatig krijgt hij vanuit zijn omgeving te horen: sta vaker stil bij de mooie momenten. ,,Nadat de transfer van Martin Ødegaard rondkwam, was iedereen blij. Maar ik dacht tijdens zijn presentatie slechts aan één ding: we moeten een nieuwe keeper hebben, omdat Erwin Mulder na het seizoen zou vertrekken. Hetzelfde geldt voor de afgelopen maanden bij Heerenveen. Het negatieve sentiment dat om de club hing, dat hebben we met z’n allen omgedraaid. Zou ik eigenlijk meer van moeten genieten.”
Hamstra’s contract bij Heerenveen loopt aan het einde van dit seizoen af. Hoe hij zijn toekomst ziet? ,,Mijn job, de club en de mensen met wie ik werk – dat is geweldig. Het lijkt me fantastisch om met z’n allen weer een stabiele club neer te zetten. Ja, ik weet dat de financiële vooruitzichten een uitdaging zijn. Maar hoe moeilijker iets lijkt, hoe meer ik mijn tanden erin ga zetten om het toch voor elkaar te krijgen.”