Het gebied achter het Groninger Hoofdstation gaat compleet op de schop. Foto: Corne Sparidaens
ASML denkt aan een vertrek uit Nederland, Boskalis dreigt te gaan. Het ondernemersklimaat in Nederland beweegt zich richting vriespunt. Ook Noord-Nederland voelt de kilte. Gaat de economie naar de ratsmodee?
Innovatiespotter in Groningen kreeg onlangs op een vacature data science liefst 250 reacties. Van deze sollicitanten droeg slechts een aantal de Nederlandse nationaliteit, een slordige 75 procent was van buitenlandse komaf.
Innovatiespotter verzamelt data van alles wat onderneemt in Nederland en bouwt een daarmee indrukwekkende kennisbank op.
Er is in Nederland nauwelijks aanbod
De IT-afdeling van het bedrijf bestaat volledig uit buitenlanders. De reden daarvoor is dat de specifieke kennis die Innovatiespotter zoekt vooral in buitenlandse breinen zit. ,,We huren ze niet in omdat ze goedkoper zijn’’, zegt eigenaresse Gea Vellinga, ,,maar in Nederland is nauwelijks aanbod.’’
De Haagse maatregel om de belastingvoordelen voor expats te versoberen, de expatregeling, stemt Vellinga niet vrolijk. ,,Het belemmert ons in onze groei.’’
Het bedrijfsleven wordt niet vrolijk van dergelijke maatregelen die arbeidsmigratie moeten ontmoedigen. Ook de versobering van de innovatiebox (een lager belastingtarief om innovatie te stimuleren) en het minder aantrekkelijk maken van de aankoop van eigen aandelen leidt tot chagrijn.
Energie is beperkt beschikbaar
Chagrijn dat er toch al is vanwege zaken als de hoge rente en bouwkosten en beperkte beschikbaarheid van energie, die ook nog eens peperduur is.
Dat laatste baart in elk geval de Groningse gedeputeerde Henk Emmens (economie) ‘ernstige zorgen’. ,,Beschikbaarheid en betaalbaarheid van energie vind ik een zeer zorgelijk punt. Het kan betekenen dat bedrijven het niet redden (Aldel, PMC). Dat is bijzonder jammer. Jammer omdat deze bedrijven failliet gaan door een reden waar ze zelf geen grip op hebben.’’
Groningen Seaports kondigde twee jaar geleden een forse uitbreiding aan bedrijvenpark Oosterhorn in Delfzijl. Bedrijven stonden in rijen van drie voor de deur van het havenbedrijf. Allemaal met een wens: een forse kavel.
Er wordt inmiddels hard gewerkt aan de uitbreiding, maar concrete bouwplannen van bedrijven blijven uit. Ceo Cas König van Seaports zei begin januari in zijn nieuwjaarsboodschap dat de hoge bouwkosten, hoge rente en de energieproblemen een negatieve rol spelen. ,,Belangstelling is er wel, maar bedrijven zijn minder snel geneigd een besluit te nemen over vestiging.’’
Het Rundedal bij Emmen. Foto: Archief Boudewijn Benting
Frankrijk trekt hard aan batterijfabrieken
En er zijn kapers op de kust. Het buitenland zit niet stil. Een jaar geleden was er vrolijkheid over de interesse van vijf batterijfabrieken die misschien wel in Noord-Nederland honderden miljoenen wilden investeren. Daarvan lijkt niet veel meer over. Emmen lijkt op dit moment nog serieus in de slag om een batterijfabriek naar het Rundedal te halen. Prologium, dat toch zeer serieus rondkeek in Noord-Nederland, heeft voor Frankrijk gekozen.
De regering van Emmanuel Macron wil de regio rond Duinkerken een stevige impuls geven. En oogt dan ook een stuk assertiever en vrijgeviger dan de Nederlandse regering als het gaat om fabrikanten van batterijen.
Zou Elon Musk niet af en toe aan Emmen terug denken?
Kommer en kwel? Nee, Nederland heeft nog altijd aantrekkingskracht genoeg. 250 sollicitanten op een vacature bij Innovatiespotter. Dat is geen kattendrek. ,,Die mensen kunnen ook kiezen voor Amsterdam’’, zegt Vellinga. ,,Maar ze vinden Groningen prima en doen af en toe een weekendje Amsterdam.’’
Nederland heeft kennis, en Nederland is stabiel. De Tesla-fabriek in Berlijn lag vorige week stil na brandstichting. Zal Elon Musk niet af en toe eens terugdenken aan Emmen, de plek waar hij zijn Berlijnse fabriek bijna had gebouwd?
De cocktail is giftig, maar kijk toch naar het halfvolle glas
,,Er is zeker sprake van een giftige cocktail in Nederland, maar ik wil toch het halfvolle glas blijven zien’’, zegt Charles de Preter van internationaal vastgoedadviseur Cushman & Wakefield.
De Preter drinkt momenteel meer van die cocktail dan hem lief is. Als projectontwikkelaars, die een ontwikkeling in Noord-Nederland willen hem vragen of er huurders zijn, moet De Preter vake dan hem lief is ‘nee’ zeggen.
Maar potentie is er ook, zegt De Preter. Hij kijkt bijvoorbeeld naar de vernieuwingen rond de treinstations in Groningen en Assen. Waar post-corona het thuiswerken steeds belangrijker wordt, gelooft De Preter in knooppunten van reizen en werken.
,,Waar mensen thuis werken, wordt het kantoor meer een ontmoetingsplek. Gekoppeld aan het station ontstaat zo een knooppunt. Je ziet dat ook in Zwolle waar het oude sorteercentrum van de PTT bij het station nu een kantorenlocatie is. Die zit vol.’’
Bedrijvigheid in Delfzijl. Foto: Corne Sparidaens
Google in het nieuwe stationsgebied van Groningen?
En dat kan ook maar zo gebeuren in Groningen. In het gebied achter het station komen kantoren. ,,Kun je daar een grote trekker krijgen, kan er zomaar een cluster ontstaan. Zo’n trekker kan bijvoorbeeld BelSimpel zijn. Of misschien wel Google. Google bouwt in Winschoten en Westpoort en breidt uit in Eemshaven. Misschien kun je ze verleiden een kantoor te betrekken in Groningen.’’
In combinatie met de Lelylijn die de Randstad binnen handbereik brengt en de Nedersaksenlijn als oostelijke slagader zijn ontwikkelingen in het Noorden heel goed mogelijk, denkt De Preter.
Henk Emmens zegt geregeld via partijlijnen te hamer op zijn energiezorgen. Nederland heft veel belasting op energie, daar zou best naar gekeken kunnen worden, is zijn boodschap.
Doe aan voorspelbaar beleid
Het zou weer een compensatie zijn voor de Haagse belastingvoornemens die het bedrijfsleven kwellen. Want waar Nederland veel te bieden heeft, lijkt Den Haag wel te spelen met kind en badwater.
Marco Smit, oud-baas van Economic Board Groningen en tegenwoordig actief in Flevoland, zei het dit weekeinde op LinkedIn zonder omhaal. ‘Het vestigingsklimaat is niet slecht, maar wel steeds minder goed. Dat doen we ons zelf aan. Stop met versoberingen en verstikkende regelgeving, doe aan voorspelbaar beleid en investeer in innovatie.’’