Wilma Eisses (rechts) met haar gastgezin uit Oekraïne. Foto: Lammert Aling
De oorlogsbeelden uit Oekraïne kwamen ook bij Wilma Eisses hard binnen. Voor die mensen, dacht de Assense, wil ik iets doen. En ze opende niet alleen haar hart, maar ook haar deur.
Sinds vorige week zondag verblijft een Oekraïens gezin bij haar en haar man Wim, op de leegstaande bovenverdieping waar normaliter gasten kunnen overnachten. ,,Het is een beslissing geweest op gevoel, maar je moet zéker ook je gezond verstand gebruiken als je aan zoiets begint.”
Eisses woont in een prachtig huis aan de Vaart. De woonkamer wordt op dit moment verbouwd, maar er is nog plek genoeg over in de woning om (knus) te kunnen verblijven. Een man uit Oekraïne was al regelmatig te gast bij Wilma en Wim. ,,Hij doet zaken met bandenbedrijf Dikabo, koopt hier banden op die hij weer verkoopt in zijn land.”
Nuchter
Vlak voordat Rusland Oekraïne binnenviel en de spanningen al opliepen, kwam Wilma daarover met hem in gesprek.
,,Hij zei: Ach, dat is al eeuwen zo, die agressie van Rusland jegens Oekraïne. En toen het daadwerkelijk escaleerde, bleef hij er vrij nuchter onder. Het zat er volgens hem aan te komen…”
De beelden van slachtoffers, kapot geschoten steden en de grote vluchtelingenstroom grepen ook Wilma aan. ,,Ik appte hem: als ik iets kan doen, laat het me dan weten. En toen kreeg ik een bericht terug. Of ik een gezin van een vriend van hem wilde opvangen. En ja, toen kon ik geen nee zeggen. Kijk, in het verleden heb ik veel egoïsme me heen gezien. En dat ging volstrekt tegen mijn gevoel in. Ik vind dat je om je naaste moet geven, mensen moet helpen als je dat kunt. Dat zit gewoon in me.”
‘Moet bij je passen’
Maar, vult Wilma meteen aan, een heel gezin in huis nemen moet wel bij je passen. ,,Niet alleen bij je karakter, maar ook bij je persoonlijke situatie. Je wilt er na twee dagen niet achter komen dat het niet gaat werken. Want waar moeten die mensen dan heen!?”
Zondag 13 maart kwam het Oekraïense gezin – vader, moeder, twee dochters en een zoon – vanuit Polen per trein en bus aan in Assen. Wilma zegt dat de opvang voor maximaal twee maanden is, dan ziet ze wel hoe het verder gaat. ,,Als deze mensen voorlopig maar even veilig zijn en een dak boven hun hoofd hebben.”
De gezinsleden wilden - ondanks de taalbarrière - zo snel mogelijk meedraaien in de Nederlandse samenleving. Dat geeft immers enige structuur aan een toch al overhoop gehaald en onzeker leven. Wilma: ,,De vader kan bijvoorbeeld aan de slag bij Dikabo, dat was via zijn Oekraïense vriend al geregeld. De twee meisjes, 8 en 11 jaar, kunnen terecht bij basisschool De Cirkel en de zoon van 15 gaat naar de ISK-school (voor jonge nieuwkomers in Assen, red.) van het Dr. Nassau College.”
Kastje naar de muur
Maar dan moeten zij wél geregistreerd staan in Assen. Dus toog Wilma kort na aankomst van het gezin naar het gemeentehuis. Daar stuitte ze echter op medewerkers die nog niet waren voorbereid op dergelijke situaties. Aanvankelijk werd Wilma van het kastje naar de muur gestuurd. Op een gegeven moment was de Assense het zat en stapte mét het Oekraïens gezin het stadhuis binnen.
En dat werkte. ,,Nu zágen ze deze mensen tenminste en werd direct actie ondernomen. Kijk, ik snap best wel dat dit de gemeente overviel en dat de ambtelijke molens soms wat traag op gang komen, maar daar had ik even geen boodschap aan. Dit gezin moest nú geholpen worden. Want zolang ze niet geregistreerd staan, hebben ze een illegale status en kunnen ze niets in Nederland. En het gaat hier niet alleen om school en werk, wat als ze bijvoorbeeld ziek worden? Waar kunnen ze dan terecht?”
Zoekende
Met hulp van een tolk werden in het gemeentehuis de benodigde papieren in orde gemaakt en kwam er tevens weekgeld vrij voor de gezinsleden.
,,Maar de Nederlandse overheid moet hier snel werk van maken, nu ben je als ‘particulier opvangadres’ echt zoekende. Zo heb ik eerst aangeklopt bij het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers, maar het COA kan niets doen omdat het technisch gezien niet gaat om asielzoekers. En deze mensen blijken dus ook niet te vallen onder de Immigratie –en Naturalisatiedienst. Alle instanties verwijzen naar de gemeente. Maar daar moet nu wél snel een basis worden gelegd voor de intake van deze mensen, want ik vrees dat meer Nederlanders, die Oekraïners thuis willen opvangen, tegen deze chaos aan gaan lopen.”
‘We hebben in Oekraïne alles achter moeten laten. Ons huis, onze bezittingen, oma, de kat…’
Vader Igor, moeder Anna en hun kinderen Asia, Alia en Jaroslav. Foto: Lammert Aling
Nee, de Russische bommen, kanonnen en tanks hebben hun stad Chmelnytsky – in het westen van Oekraïne - nog niet bereikt. Maar ze hoorden en zagen wel regelmatig de gevechtshelikopters en straaljagers over de daken vliegen.
Vader Igor, moeder Anna en hun kinderen Asia, Alia en Jaroslav besloten niet te wachten tot het moment dat de legers van Vladimir Poetin ook in Chmelnytsky zouden verschijnen en vluchtten naar Polen. En nu zitten ze – na een reis van vele uren door Polen en Duitsland - bij Wilma Eisses in Assen.
Dreigend en beangstigend
Het was, vertelt de 15-jarige zoon Jaroslav, die het Engels als enige van het gezin aardig machtig is, moeilijk hun thuisland te verlaten. ,,Want we laten daar alles achter. Ons huis, onze bezittingen, oma, de kat… Maar de situatie bij ons is zó dreigend en beangstigend… Je weet niet wat er nog gaat komen. Poetin is zó agressief… En het ziet er niet naar uit dat hij ook maar iets gaat doen om deze oorlog te stoppen.”
Een oorlog, knikt Jaroslav, die ‘broedervolken’ verscheurt. ,,Er zijn veel familie- en vriendschappelijke connecties tussen Oekraïne en Rusland en dat geeft een oorlog tussen beide landen een heel vreemd gevoel. Ook wij hebben familie in Rusland, maar die gelooft niet dat in Oekraïne een oorlog woedt. Door de propaganda, de ‘brainwash’ in Rusland denken veel mensen daar dat Poetin op een ‘vredesmissie’ is en ongewenste, corrupte elementen in Oekraïne aanpakt.”
Marioepol
Jaroslav en zijn familie kijken vanuit Nederland met afschuw naar wat er bijvoorbeeld in de Oekraïense stad Marioepol gebeurt. Heel veel burgerslachtoffers, enorme puinhopen waar tot voor kort gebouwen stonden en de Russische tactiek om de stad letterlijk uit te hongeren. ,,Wij hebben familieleden daar. We konden hen tot voor kort nog bellen, maar weten niet wat daar nu allemaal gebeurt. Verschrikkelijk.”
Het gezin zit nu in elk geval veilig in Assen, maar dat betekent ook nieuwe onzekerheden. Jaroslav: ,,Alles beter dan oorlog natuurlijk, maar we zitten in een vreemde stad, spreken de taal niet… Mijn zusjes bijvoorbeeld zijn erg zenuwachtig, vooral dat ze hier naar school moeten en niemand kunnen verstaan.’ Lachend: ‘Ja, als grote broer zal ik ze steunen waar ik kan.”
Het gezin wil in elk geval in Nederland blijven totdat de oorlog in Oekraïne voorbij is. En dan? Jaroslav en vader Igor kijken elkaar even aan. ,,Als we terug kunnen naar een vrij, democratisch land gaan we zeker terug. Maar wat als Oekraïne het ‘land van Poetin’ wordt? Want dát is het grote schrikbeeld. In dat geval willen we bekijken of we in Nederland kunnen blijven.”
Enorm dankbaar
Maar voorlopig leven ze van dag tot dag. Jaroslav: ,,En we zijn blij dat dat in Assen kan. Nederland is een mooi land, Assen is een mooie stad en we zijn Wilma en Wim natuurlijk enorm dankbaar dat we hier voorlopig mogen wonen.”